7.6 Regeling bijbehorende bouwwerken
7.6.1 Inleiding
Utrecht hanteert regels voor erfbebouwing. Deze worden in alle bestemmingsplannen opgenomen. Hierbij wordt uitgegaan van uniforme regels voor de hele stad die, waar nodig, aan specifieke situaties en gebiedskarakteristieken kunnen worden aangepast.
Uitgangspunten voor deze regels zijn:
- het waarborgen van een goed woon- en leefklimaat. Dit houdt onder andere in dat op alle erven voldoende licht, lucht en ruimte aanwezig kan zijn, en dus ook dat erfbebouwing op het ene perceel geen onevenredig grote negatieve gevolgen heeft voor de naastgelegen percelen;
- het mogelijk maken van groen (bomen, tuinen) op erven;
- het waarborgen van goede verhoudingen in maat en schaal tussen hoofd- en bijgebouwen;
- voor de grotere percelen: het in stand houden en versterken van bestaande landschappelijke structuren.
7.6.2 Aanleiding
De tot nu toe gehanteerde regels voldoen in de meeste situaties. Op een aantal punten moeten ze worden aangepast.
- de bestaande regeling vertoont een discontinuïteit in bebouwingsmogelijkheden op de overgang van kleine naar middelgrote percelen;
- voor de grote en zeer grote percelen is er momenteel geen eenduidige uniforme regeling, maar is sprake van verschillende onderling afwijkende regelingen;
- de bestaande regeling houdt geen rekening met de mogelijkheden om zonder vergunning aan- en bijgebouwen op te richten.
De nieuwe opzet sluit qua bouwmogelijkheden in verreweg de meeste gevallen aan op de bestaande regels, maar voorziet in een oplossing voor de genoemde punten.
7.6.3 De regeling
Voor de nieuwe regeling zijn de mogelijkheden om op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) vergunningvrij te bouwen als uitgangspunt genomen. Voor de meeste percelen in stedelijk gebied zijn deze mogelijkheden voldoende, maar voor de grotere percelen niet. De nieuwe erfbebouwingsregeling voorziet hiervoor in meer bebouwingsmogelijkheden.
Regels vergunningvrij bouwen:
- uitsluitend op het achtererf, minimaal 1 meter achter de voorgevelrooilijn;
- maximaal 50 % van het totale achtererf bebouwd;
- zone grenzend aan het hoofdvolume van 2,5 meter vergunningvrij;
- maximaal 30 m2 aan- en bijgebouwen mogelijk buiten deze zone.
- Aanbouwen (aan achtergevel of zijgevel) maximaal 3 meter diep
1. Achtererf tot 300 m2:
- als vergunningvrij
- goothoogte bijgebouwen maximaal 3 meter
- nokhoogte bijgebouwen maximaal 4,5 meter
- Aanbouwen (aan achtergevel of zijgevel) maximaal 3 meter diep
2. Achtererf 300-1500 m2:
- zone vergunningvrij rond hoofdvolume
- maximaal 10% aan- en bijgebouwen buiten zone vergunningvrij op achtererf tot maximaal 75 m2
- goothoogte bijgebouwen maximaal 3meter
- nokhoogte bijgebouwen maximaal 4,5 meter
- Aanbouwen (aan achtergevel of zijgevel) maximaal 3 meter diep
3. Achtererf groter dan 1.500 m2:
- zone vergunningvrij rond hoofdvolume
- maximaal 5 % aan- en bijgebouwen buiten zone verg. vrij op achtererf, tot maximaal 125 m2
- goothoogte bijgebouwen maximaal 3 meter
- maximale nokhoogte 6 meter
- Aanbouwen (aan achtergevel of zijgevel) maximaal 3 meter diep
Deze regels zijn vertaald in de regels van de woonbestemming(en).