direct naar inhoud van Regels
Plan: Partiële herziening Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Koninginneweg 114
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0342.BPLG0029-0301

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 plan:

de Partiële herziening Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Koninginneweg 114 met identificatienummer NL.IMRO.0342.BPLG0029-0301 van de gemeente Soest;

1.2 bestemmingsplan Landelijk Gebied:

het bestemmingsplan Landelijk Gebied met identificatienummer NL.IMRO.0342.BPLG0002-0401 van de gemeente Soest;

1.3 partiële herziening:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

Artikel 2 Relatie bestemmingsplan - partiële herziening

De regels behorende bij het bestemmingsplan Landelijk Gebied zijn onverminderd van toepassing voor de onderhavige partiële herziening, tenzij in deze partiële herziening anders wordt bepaald.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Aanpassing van de regels

3.1 Aanpassing bestemming "Agrarisch met waarde"
3.1.1 Aanpassing bestemmingsomschrijving

Aan de bestemmingsomschrijving in artikel 3, lid 3.1 van het bestemmingsplan Landelijk Gebied wordt onder q1 toegevoegd:

q1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak': een paardenbak voor het hobbymatig berijden van dieren;

3.1.2 Aanpassing bouwregels

De bouwregels voor andere bouwwerken in lid 3.2.4 worden aangevuld met een sub d:

d. in afwijking van het bepaalde sub c;

    • 1. is het plaatsen van lichtmasten toegestaan, waarbij:
      • de hoogte niet meer dan 4 meter mag bedragen;
      • niet meer dan 6 lichtmasten zijn toegestaan;
      • de lichtbundel door middel van een afscherming uitsluitend op de paardenbak wordt gericht.
    • 2. bedraagt de hoogte van hekwerken niet meer dan 1,35 meter.

3.1.3 Aanpassing specifieke gebruiksregels

De specifieke gebruiksregels in lid 3.4, worden aangevuld met de volgende bepalingen;

f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak ' is een paardenbak toegestaan met een maximumoppervlakte van 750 m²;

g. gebruik ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak' overeenkomstig de bestemming is uitsluitend toelaatbaar indien de grond, uiterlijk binnen één jaar na inwerkingtreding van het plan, wordt ingericht conform het inrichtingsplan, zoals opgenomen in de bijlage 'Landschappelijk inpassingsplan' van deze planregels en aldus in stand wordt gehouden.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

5.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van de partiële herziening aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan;
  • b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van lid 5.1, sub a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 5.1, sub a met maximaal 10%.
  • c. Lid 5.1, sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

5.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van de partiële herziening en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met de partiële herziening strijdige gebruik, bedoeld in lid 5.2, sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in 5.2, sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Lid 5.2, sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

Artikel 6 Slotregel

Deze regels kunnen worden aangehaald als "Regels Partiële herziening Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Koninginneweg 114".