direct naar inhoud van 5.1 Hoofdopzet
Plan: Kern Elst 2012
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0340.BPKernElst2012-oh01

5.1 Hoofdopzet

Het bestemmingsplan voor Elst is een conserverend plan. Dat houdt in dat het plan zoveel mogelijk aansluit bij de bestaande planologische rechten en situatie in Elst. In die zin verandert er weinig voor bewoners en ondernemers in Elst.


Bebouwing

Het conserverende karakter komt goed tot uiting in de in het plan opgenomen bouwvlakken rondom de bebouwing. Deze bouwvlakken zijn overgenomen uit de vigerende bestemmingsplannen. De bouwvlakken liggen in de regel strak om de bestaande bebouwing heen, met name aan de voorzijde en de aan openbare ruimte gelegen zijgevels. Voor woningen in woongebieden wordt uitgegaan van zekere standaarddiepten van de bouwvlakken. Deze bedraagt 10 m bij aaneengebouwde woningen, 12 m bij half-vrijstaande woningen en 15 m bij vrijstaande woningen.


De hoofdgebouwen dienen binnen de bouwvlakken te blijven. De goot- en bouwhoogten van hoofdgebouwen zijn aangegeven op de plankaart en waar nodig voorzien van een maximaal bebouwingspercentage.


De erfregeling

Ten aanzien van het bouwen van bijbehorende bouwwerken binnen de bestemming 'Wonen' (zoals aan- en uitbouwen en bijgebouwen) sluit de regeling aan bij de definitie van het achtererf, zoals deze in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) wordt gehanteerd. Op dit achtererf mag worden gebouwd. Dit betreft het erf aan de achterkant van de woning en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant van het hoofdgebouw.


Het openbaar toegankelijk gebied betreft:

  • openbaar groen: parken, plantsoenen en speelveldjes, die het gehele jaar (of een groot deel van het jaar) voor publiek algemeen toegankelijk zijn;
  • openbare wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;
  • openbaar water: water (bijvoorbeeld een sloot, gracht, kanaal, rivier of vijver) dat voor enig gebruik open staat voor publiek. Hierbij valt te denken aan bevaarbaar water voor zowel beroeps- en pleziervaart, maar ook wateren waar het is toegestaan te zwemmen of te vissen en dergelijke.


De volgende voorbeelden verduidelijken wat als achtererfgebied wordt gezien.


afbeelding "i_NL.IMRO.0340.BPKernElst2012-oh01_0002.png"
De voorgevel

Voor de bepaling van het achtererfgebied is ook het bepalen van de voorgevel (voorkant van het gebouw) van belang. De voorgevel wordt gedefinieerd als de naar de weg of openbare ruimte gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg of naar de openbare ruimte gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangerekend. In onduidelijke gevallen is op de verbeelding expliciet de voorgevel aangeduid.

De maatvoering van bijbehorende bouwwerken

Voor het op deze wijze bepaalde achtererfgebied is in de bestemming 'Wonen' een erfregeling opgenomen die voor de meeste percelen inhoudt dat maximaal 25% van de bij de woning behorende kadastrale percelen mag worden bebouwd tot een maximum van 125 m². De toegestane goot- en bouwhoogte bedraagt 3,30, respectievelijk 4,50 m.

Overkappingen

Overkappingen vallen onder de definitie bijbehorende bouwwerken. Deze bijbehorende bouwwerken zijn in de bestemming Wonen aan bouwregels verbonden. De overkappingen zijn ook binnen het bouwvlak van de volgende bestemmingen toegestaan: Agrarisch, Bedrijf, Detailhandel, Gemengd - 3, Horeca, Kantoor, Maatschappelijk en Maatschappelijk - Begraafplaats. Hier zijn expliciet regels opgenomen voor de bouwhoogte.