0230BPLGOWB (Laagraven-Oudwulverbroek)
Status: | Vastgesteld |
Idn: | NL.IMRO.0321.0230BPLGOWB-VAST |
Artikel 20 Leiding - Brandstof
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Brandstof' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar geldende bestemming(en), tevens bestemd voor de aanleg, de instandhouding en bescherming van brandstofleiding.
20.2 Bouwregels
Binnen deze bestemming mogen uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, ten behoeve van de bestemming worden gebouwd. Voor de gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, geldt dat de maximale hoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.
20.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
20.3.1 Werken en werkzaamheden
Het is verboden op de tot 'Leiding - Brandstof' bestemde grond, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, die de veiligheid kunnen schaden of de continuïteit van de energievoorziening in gevaar kunnen brengen:
het aanleggen van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen, uitgezonderd lichte verhardingen in de zin van losse stoeptegels;
het uitvoeren van graafwerkzaamheden, uitgezonderd niet-mechanische graafwerkzaamheden zoals mengen, egaliseren en ophogen en (licht-mechanische) grondbewerkingen tot 30 centimeter onder het maaiveld;
het uitvoeren van heiwerken of het anderszins inbrengen van voorwerpen in de bodem;
het aanbrengen en rooien van hoogopgaande en / of diepwortelende beplantingen en bomen;
het indrijven van voorwerpen in de bodem, zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair;
het permanent opslaan van goederen;
het aanleggen, vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren.
20.3.2 Uitzonderingen
Van het vereiste van een omgevingsvergunning zijn uitgezonderd werken en werkzaamheden die:
die het normale onderhoud ten aanzien van de leiding en de belemmeringenstrook of ten aanzien van de functies van de andere voorkomende bestemmingen betreffen;
graafwerkzaamheden betreffen als bedoeld in de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten vormen;
die op het tijdstip waarop het plan rechtskracht, verkrijgt in uitvoering zijn.
20.3.3 Toelaatbaarheid
De genoemde omgevingsvergunning in lid 20.3.1 kan slechts worden verleend, indien:
door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de belangen van de brandstofleiding ontstaat of kan ontstaan;
advies is ingewonnen bij de verantwoordelijk leidingbeheerder.