8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. ter plaatse van de aanduiding volkstuin (vt) uitsluitend volkstuinen;
-
b. ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van recreatie-dahliatuin (sr-dlt) uitsluitend dahliatuinen;
-
c. bij een en ander behorende voorzieningen, zoals parkeer-, nuts- en groenvoorzieningen;
met dien verstande dat dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid zoals vastgelegd in de van deze regels (bijlage 5) deel uitmakende Nota Parkeernormen d.d. 27 januari 2009.
8.2 Bouwregels
Op deze gronden zijn uitsluitend niet voor bewoning bestemde gebouwen en andere bouwwerken toegestaan, die ten dienste staan van de bestemming en nutsvoorzieningen.
8.2.1 Gebouwen - algemeen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
a. op gronden met de aanduiding specifieke vorm van recreatie-dahliatuin (sr-dlt) zijn gebouwen uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;
-
b. op gronden met de aanduiding volkstuin (vt) zijn gebouwen toegestaan binnen en buiten het bouwvlak;
-
c. de gronden binnen het bouwvlak mogen geheel worden volgebouwd, tenzij ter plaatse een bebouwingspercentage of een bebouwde oppervlakte is aangegeven; in dat geval geldt dat bebouwingspercentage of de bebouwde oppervlakte;
-
d. de goot- en/of bouwhoogte van gebouwen binnen het bouwvlak mag ten hoogste zo veel bedragen als ter plaatse op de verbeelding is aangegeven;
-
e. op gronden met de aanduiding volkstuin (vt) mogen buiten het bouwvlak gebouwen worden gebouwd met een inhoud van maximaal 7 m3 en een goot- en bouwhoogte van niet meer dan 3 m;
-
f. in afwijking van het bepaalde in a tot en met e geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen een maximale hoogte van 3,5 m.
8.2.2 Andere bouwwerken
Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:
de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
|
bouwwerken
|
max. bouwhoogte
|
| erf- en terreinafscheidingen
|
2 m
|
| overige andere bouwwerken
|
3 m
|
8.3 Afwijkingen
8.3.1 Bouwen buiten het bouwvlak
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.2.1. ten behoeve van het bouwen van bijbehorende bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals bijvoorbeeld bergingen of fietsenstallingen, met dien verstande dat:
-
a. de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 50 m2;
-
b. de bouwhoogte niet meer bedragen dan 3 m.
8.3.2 Parkeernormen
Burgemeester en wethouders en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.1 voor het wijzigen van de parkeernormen overeenkomstig een nieuwe door de gemeenteraad vast te stellen parkeernota, dan wel een wijziging van de parkeernormen.