4.6 Waterparagraaf
Algemeen
Op grond van de afspraak uit de startovereenkomst WB21 dienen decentrale overheden in de toelichting op ruimtelijke plannen een waterparagraaf op te nemen. In die paragraaf dient te worden uiteengezet wat voor gevolgen het plan in kwestie heeft voor de waterhuishouding, dat wil zeggen het grondwater en het oppervlaktewater. Deze waterparagraaf bevat zowel het wateradvies als enkele randvoorwaarden waaraan het plan moet voldoen.
Beschrijving plangebied
Het plangebied betreft de locatie Bulkheuvelseweg 10 - 12 te Ophemert. Het plangebied is kadastraal bekend als gemeente Ophemert, sectie H, perceel 828 en heeft een oppervlakte van 4.213 m2. In de huidige situatie is het verhard oppervlak als gevolg van de aanwezige bebouwing circa 1.150 m2. In de nieuwe situatie is het verhard oppervlak als gevolg van de te realiseren bebouwing circa 347 m2.
Beleid
Het algemene waterbeleid dat op het plangebied van toepassing is, staat beschreven in de Vierde Nota Waterhuishouding van de rijksoverheid, het Waterhuishoudingsplan Gelderland van de provincie Gelderland en het Beheersplan van het waterschap Rivierenland.
Op Europees, nationaal en stroomgebiedsniveau wordt gewerkt aan de Kaderrichtlijn Water (KRW). De KRW streeft naar duurzame en robuuste watersystemen. Basisprincipes van het nationaal en Europees beleid zijn: meer ruimte voor water, voorkomen van afwenteling van de waterproblematiek in ruimte of tijd en stand-still (géén verdere achteruitgang in de huidige (2000) chemische en ecologische waterkwaliteit).
Het bovenstaande resulteert in twee drietrapsstrategieën die zijn vastgelegd in de Nota Ruimte (2006):
- Waterkwantiteit (vasthouden, bergen, afvoeren)
- Waterkwaliteit (schoonhouden, scheiden, zuiveren)
De trits voor waterkwantiteit betekent dat neerslag bij voorkeur wordt vastgehouden op de plaats waar het valt. Indien vasthouden niet mogelijk is, wordt neerslag geborgen in oppervlaktewater. De trits voor waterkwaliteit houdt in dat gestreefd moet worden naar het voorkomen van verontreinigingen. Indien schoonhouden niet mogelijk is, worden schone en vervuilende bronnen gescheiden.
Proces van de watertoets
Bij de beoordeling van het plan is gebruik gemaakt van AquaRO. Op basis hiervan is gebleken dat voor het voorliggende plan de verkorte procedure gevolgd kan worden.
Hemelwater en riolering
Het hemelwater binnen het plangebied zal doelmatig worden afgevoerd naar het oppervlaktewater. De riooltechnische ontsluiting van het plangebied bevindt zich aan de Bulkheuvelseweg. De riolering is uitgevoerd als gescheiden stelsel. Het plan vormt geen risico voor de doelmatige afvoer van afvalwater via een hoofdrioolvacuümleiding.
Grondwater
Het plan is niet gelegen in een grondwaterbeschermingsgebied. In en om het plangebied is geen grondwateroverlast bekend. Ingrepen voortkomend uit dit plan zullen geen bodemlagen aantasten als gevolg waarvan het grondwatersysteem verandert.
Oppervlaktewater
Het plan ligt niet binnen de kern- of beschermingszone van een waterkering. Het is daarom niet te verwachten dat het plan van invloed zal zijn op de veiligheid van een waterkering.
Naar aanleiding van dit plan zal geen extra oppervlaktewater worden gecreëerd dat in verbinding staat met het hoofdwatersysteem.
Het plan heeft geen nadelige gevolgen voor waterkwaliteit in de omgeving. De gemeente streeft ernaar om het gebruik van uitlogende bouwmaterialen (zoals zinken dakgoten) te voorkomen. Het plan veroorzaakt geen nadelige gevolgen voor of door het oppervlaktewatersysteem in de omgeving.
Natuur
Het plan ligt niet in een gebied met bijzondere natuurwaarden. Verstoring van natuurwaarden als gevolg van het plan worden daarom niet aannemelijk geacht.
Conclusie
De nieuw te bouwen woning levert geen nadelige gevolgen op voor de bestaande bebouwing.