direct naar inhoud van Artikel 20 Overgangsrecht
Plan: Nunspeet-Kom
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.03020000BP01005-

Artikel 20 Overgangsrecht

20.1 overgangsrecht bouwwerken
20.1.1

Een bouwwerk dat op het tijdstip van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:

  • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
  • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
20.1.2

Artikel 20.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het voorheen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

20.2 vrijstelling bijgebouwen (sanering)
20.2.1

Indien de in artikel 20.1 bedoelde bouwwerken bebouwing betreft welke reeds aanwezig was ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan, zijn burgemeester en wethouders bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in artikel 20.1 ten behoeve van het geheel vernieuwen van een gedeelte van die bebouwing ten behoeve van bijgebouwen.

20.2.2

De vrijstelling wordt alleen verleend indien gelijktijdig tweemaal de hoeveelheid m2 aan de bestaande bebouwing wordt afgebroken voor elke m2aan bijgebouwen waarvoor vrijstelling wordt verleend, met het doel om te komen tot een sanering van de aanwezige bebouwing.

20.3 overgangsrecht gebruik
20.3.1

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;

20.3.2

Het bepaalde in artikel 20.3.1 geldt niet indien het betreft een gebruik dat reeds in strijd is met het vóór het onderhavige plan geldende bestemmingsplan;

20.3.3

Het bepaalde in artikel 20.3.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvoor geldend plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

20.4 hardheidsclausule

Voor zover toepassing van het overgangsrecht bouwwerken of gebruik leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard jegens een of meer natuurlijke personen kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht vrijstelling verlenen.