Plan: | 't Hul Noord |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0302.BP01218-VG01 |
het bestemmingsplan 't Hul Noord met identificatienummer NL.IMRO.0302.BP01218-VG01 van de gemeente Nunspeet.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij horende bijlagen.
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch, of hiermee gelijk te stellen gebied, uitgezonderd prostitutie, dat in of bij een woonhuis wordt uitgeoefend door de gebruiker, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is. Het oppervlakte dat hiervoor gebruikt wordt is maximaal 40% van het oppervlakte van de woning tot een maximum van 50 m2. Detailhandel is niet toegestaan en reclame-uitingen alléén na een vergunning;
Onder een aan huis gebonden beroep wordt tevens verstaan:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
woningen van het type twee-aaneen of méér dan twee woningen aaneen gebouwd;
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen;
een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheid;
personen die hun vaste woon-, of verblijfplaats in een ander land dan Nederland hebben en op grond van een EU-paspoort of werkvergunning legaal in Nederland werkzaam zijn;
arbeidsmigranten die kort – tot maximaal 1 jaar – in Nederland verblijven. Ze verrichten vaak seizoensarbeid of worden voor een kortere periode van 3 tot 4 maanden via een uitzendbureau ingezet bij verschillende bedrijven (waarbij ze soms tussendoor terugkeren naar het land van herkomst);
arbeidsmigranten die voor middellange termijn in Nederland verblijven, van minimaal 1 tot maximaal 3 jaar. Ze verrichten vaak niet- seizoensgebonden werkzaamheden en hebben hun hoofdwoonverblijf buiten Nederland;
arbeidsmigranten die langer dan 3 jaar in Nederland (gaan) verblijven. Het gaat vaak om mensen die zich hier definitief (willen) vestigen;
de waarde die van belang is voor de archeologie en voor de kennis van de beschavingsgeschiedenis;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
achtererfgebied alsmede de grond onder het hoofdgebouw, uitgezonderd de grond onder het oorspronkelijk hoofdgebouw;
de oppervlakte van de bebouwing binnen een bestemmingsvlak, uitgedrukt in een percentage van de oppervlakte van dat vlak;
een bedrijfsmatige voorziening gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt als toeristisch-recreatieve activiteit, welke bedrijfsmatige voorziening ondergeschikt is aan de hoofdbestemming;
bestaand en legaal aanwezig op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke bouwhoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, met uitsluiting van kelder(s), onderbouw(en), zolder(s) en/of vliering(en);
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren;
de aan een bouwwerk of gebied (waaronder begrepen landschapselementen) toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt;
iedere bovenbeëindiging boven de goothoogte van een bouwwerk;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
het terrein en/of bouwwerk dat de aanvrager in eigendom of in gebruik heeft en waarover hij kan beschikken en die bij het te realiseren (bouw)plan en/of het bouwwerk horen;
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden;
degene die de bed en breakfast exploiteert;
een extensief dagrecreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan, waaronder in elk geval niet wordt verstaan: boerengolf, paintball, gemotoriseerde sport;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven;
de totale vloeroppervlakte van die delen van een gebouw met eenzelfde gebruiksbestemming;
huurwoning met een aanvangshuurprijs van ten minste het bedrag, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag, en ten hoogste een in de gemeentelijke verordening bepaalde aanvangshuurprijs. De maximale aanvangshuur wordt jaarlijks per 1 januari geïndexeerd overeenkomstig de consumentenprijsindex van het Centraal Bureau voor de Statistiek + 1 procentpunt, tenzij wet- en regelgeving anders bepaalt. Waarbij de instandhouding in de gemeentelijke verordening voor ten minste tien jaar na ingebruikname is verzekerd;
een voor de recreant ingerichte ruimte voor ontspanning en vermaak waar ook het ontbijt kan worden genuttigd;
gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf. De volgende categorieën horeca worden onderscheiden:
een persoon of groep personen, die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voer(t)(en) en wil(len) voeren. Hierbij moet sprake zijn van onderlinge, met een gezinsverband vergelijkbare, verbondenheid en continuïteit in de samenstelling. Kamer(ver)huur wordt hieronder niet begrepen;
een (bedrijfsmatige) dienst bestaande uit een keten van activiteiten gericht op het maken, onderhouden en exploiteren van een website met een afhaalcentrum*. Ondersteunend aan de website kan tevens een fysieke bezoekmogelijkheid aanwezig zijn gericht op het showen en informeren (etc.) van klanten. Er wordt onderscheid gemaakt in 4 type internetwinkels:
A1. Zonder fysieke bezoekmogelijkheid op locatie. Indien een fysieke bezoekmogelijkheid elders aanwezig is dient deze aldaar passend bestemd te zijn. Dit geldt ook voor het elders aanwezige afhaalcentrum;
A2. Zonder fysieke bezoekmogelijkheid en met een afhaalcentrum. Indien een fysieke bezoekmogelijkheid elders aanwezig is dient deze aldaar passend bestemd te zijn;
B1. Met fysieke bezoekmogelijkheid. Het afhaalcentrum is elders gevestigd en aldaar passend bestemd;
B2. Met fysieke bezoekmogelijkheid en met een afhaalcentrum.
*: Een locatie waar de consument uitsluitend via internethandel bestelde goederen kan afhalen of retourneren, waar uitsluitend logistiek en opslag van bestelde goederen gedurende een korte periode plaatsvindt en waarbij geen sprake is van uitstalling ten verkoop en/of overige activiteiten;
kamerverhuur
het geheel of gedeeltelijk verhuren van een woning en/of wooneenheid en/of woonhuis en/of bedrijfswoning aan die geen gezamenlijk huishouden vormen, waarbij de bewoners beschikken over een eigen (slaap)kamer en waarbij zij afhankelijk zijn van één of meer gedeelde wezenlijke voorzieningen (keuken, douche en/of toilet) buiten die kamer;
een woning: / wooneenheid:/woonhuis/bedrijfswoning die wordt gebruikt door personen die niet als één huishouden kunnen worden aangemerkt. De woning / wooneenheid kenmerkt zich door het gezamenlijk gebruik van kook- en wasgelegenheid en / of toilet en in de meeste gevallen met een gezamenlijke toegang. In afwijking van deze definitie wordt een kamer in een verzorgings- of verpleeghuis niet aangemerkt als onzelfstandige bewoning in een kamerverhuurpand;
een tent, een vouwwagen, een camper, een caravan, een wagonette of een huifkar;
een dak dat loodrecht geprojecteerd voor minder dan 50% in het horizontale vlak ligt;
de aan een gebied toegekende waarde, in verband met de waarneembare verschijningsvorm van dat gebied;
een verblijf, anders dan hotel, dat gericht is op het verstrekken van nachtverblijf voor een langdurige verblijfsperiode van minimaal een week aan personen die elders hun hoofdverblijf hebben, zoals arbeidsmigranten/seizoenarbeiders e.a.;
culturele, educatieve, medische, sociale, levensbeschouwelijke, sport- en
recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
de aan een gebied toegekende waarde, in verband met de geologische, geomorfologsiche, bodemkundige en/of biologische elementen, voorkomend in dat gebied;
werkzaamheden die regelmatig noodzakelijk zijn voor een goed beheer van de gronden, waaronder begrepen de handhaving dan wel de realisering van de bestemming;
voorzieningen ten behoeve van het openbaar nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie;
hieronder wordt verstaan plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken. (Schotel)antennes voor zover gelegen aan het voorerf vallen hier niet onder;
voor verblijf geschikte al dan niet aan de bestemming onttrokken voer- en vaartuigen en kampeermiddelen;
bewoning van onzelfstandige woonruimte, waaronder kamerverhuur;
woonruimte die geen eigen toegang heeft en waarbij de bewoner afhankelijk is van één of meer gedeelde wezenlijke voorzieningen (keuken, douche en/of toilet) buiten die woonruimte, waaronder een kamerverhuurpand;
weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar vaarwater en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen gebouw zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een door middel van een afscheiding afgezonderd stuk terrein met een andere ondergrond dan gras, kennelijk ingericht voor het africhten en/of trainen en berijden van paarden en pony's en/of het anderszins beoefenen van de paardensport, met of zonder de daarbij behorende voorzieningen;
situatie dat de burger of een groep van burgers – in dat laatste geval georganiseerd als rechtspersoon zonder winstoogmerk of krachtens een overeenkomst – tenminste de economische eigendom verkrijgt en volledige zeggenschap heeft over en verantwoordelijkheid draagt voor het gebruik van de grond, het ontwerp en de bouw van de eigen woning;
een gebouw dat dient voor recreatief (nacht)verblijf voor recreanten die hun hoofdverblijf elders hebben;
werknemer die in een periode van grote arbeidsbehoefte tijdelijk op een (agrarisch) bedrijf werkzaam is;
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
een gebouw, bestaande uit een lichte constructie, dat naar de aard en de inrichting is bedoeld voor recreatief verblijf, dat geen vaste verankering in de grond heeft en binnen 24 uur demontabel is. De stacaravan mag niet zijn/worden opgebouwd uit steenachtige materialen;
het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven;
erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied;
de naar de weg gekeerde gevel van een woning of, bij onduidelijkheid daarover, de als zodanig door of namens het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen gevel;
denkbeeldige lijn getrokken langs de voorgevel van een gebouw en het verlengde daarvan;
het gehuisvest zijn in een woning en/of wooneenheid en/of woonhuis en/of bedrijfswoning conform de begripsbepaling van woning en/of wooneenheid en/of woonhuis en/of bedrijfswoning;
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting uitsluitend bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting uitsluitend bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
een als zodanig ontworpen en gerealiseerd gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden, niet zijnde een oorspronkelijke (eengezins)woning die bouwkundig in meerdere zelfstandige wooneenheden is gesplitst;
een gebouw, hetzij vrijstaand, hetzij aaneengebouwd, dat slechts één woning omvat;
de gronden gelegen binnen een enkel aanduidingsvlak 'specifieke vorm van woongebied - regulier woonveld', 'specifieke vorm van woongebied - landschappelijk woonveld', 'specifieke vorm van woongebied - lint' of 'specifieke vorm van woongebied - buurtfuncties'.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
tussen de zijdelingse grens van het perceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van de scheidingsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel. Wolfseinden worden hieronder niet begrepen;
de hoek die het dakvlak maakt ten opzichte van het horizontale vlak gerekend in graden;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk. Bouwonderdelen zoals goten, dakoverstekken en in dakoverstekken geïntegreerde goten en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen met een oversteek van meer dan 75 cm worden in de oppervlakte meeberekend.
tussen de binnenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren van de ruimtes die in gebruik zijn voor de beroeps- en/of bedrijfsactiviteit.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bij een en ander behorende voorzieningen zoals paden, bermen, en bouwwerken, zoals palen, masten, kunstwerken en terreinafscheidingen.
Op de voor 'Groen' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Voor het bouwen van een gebouw ten behoeve van één kleinschalige horecavoorziening gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bij een en ander behorende gebouwen en voorzieningen zoals paden, bermen, tuinen, parkeervoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen en bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, zoals palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens, kunstwerken, technische installaties en terreinafscheidingen.
Op de voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd zonder aansluiting op het gastransportnetwerk.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 4.2.1 gelden de volgende eisen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bouwen of gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van de functie maatschappelijk is uitsluitend toegestaand met een door het bevoegd gezag goedgekeurd (verkennend en zo nodig nader) bodemonderzoek en daaruit volgt dat de bodem geschikt is voor de functie maatschappelijk eventueel nadat sanering heeft plaatsgevonden.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende gebouwen, zoals bushaltes, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, andere werken en voorzieningen, zoals voet- en fietspaden, taluds, ongelijkvloerse kruisingen, faunapassages, carpoolplaatsen, parkeer- en groenvoorzieningen, met dien verstande dat:
Op de voor 'Verkeer' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Voor het bouwen van een gebouw gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Tot een met het bestemmingsplan strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken van de gronden ten behoeve van de inrichting van wegen met meer dan 2 rijstroken.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen zoals paden, bermen, oevers, taluds, waterhuishoudkundige voorzieningen en andere bouwwerken, zoals bruggen, duikers, palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens, kunstwerken, technische installaties en terreinafscheidingen.
Op de voor 'Water' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bij een en ander behorende gebouwen en voorzieningen zoals paden, bermen en bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, zoals een geluidscherm, palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens, kunstwerken, technische installaties en terreinafscheidingen.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - buurtfuncties' gelden de volgende regels:
met dien verstande dat de bedrijfsvloeroppervlakte van de functies genoemd onder 1 en 2 gezamenlijk minimaal 150 m2 en maximaal 500 m² mag bedragen per aanduidingsvlak;
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - deelgebied 1' gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - deelgebied 2' gelden de volgende regels:
Van het totaal aantal woningen betreft:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van erkers gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige bouwwerken geen gebouw zijnde bij grondgebonden woningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van overige bouwwerken geen gebouw zijnde, niet behorende bij grondgebonden woningen gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied - landschappelijk woonveld', 'specifieke vorm van woongebied - lint' en 'specifieke vorm van woongebied - buurtfuncties' kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van artikel 7.2.5 sub b en d ten behoeve van een grotere of kleinere afstand tot de voorste of achterste perceelsgrens, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarde:
Tot een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden met de bestemming 'Woongebied' voor het wonen in een woning, tenzij is voorzien in de aanleg en instandhouding van een gebiedsontsluitingsweg ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluiting' voor het gedeelte om het desbetreffende woongebied te ontsluiten.
Nadat de volgende elementen onder sub a t/m d zijn gerealiseerd, wordt tot een gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval gerekend het gebruik van gronden met de bestemming 'Woongebied' voor het wonen in een woning, tenzij is voorzien in de instandhouding van deze elementen onder sub a t/m d:
Het bouwen en gebruiken van een woning is uitsluitend toegestaan als deze via een openbare weg verbonden is met een weg met de bestemming 'Verkeer' of bestaande omliggende wegen, met dien verstande dat er per woonveld minimaal 1 en maximaal 4 aansluitingen op een weg met de bestemming 'Verkeer' of bestaande omliggende wegen mogen zijn en deze aansluitingen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied – verkeer' gerealiseerd mogen worden.
Het bouwen of gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van de functie wonen is uitsluitend toegestaand met een door het bevoegd gezag goedgekeurd (verkennend en zo nodig nader) bodemonderzoek en daaruit volgt dat de bodem geschikt is voor de functie wonen eventueel nadat sanering heeft plaatsgevonden.
Tot een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend:
Het college van Burgemeester en Wethouders mag afwijken van het bepaalde in artikel 7.4.5 sub c door een omgevingsvergunning te verlenen voor het gebruiken van en het verbouwen tot een bed en breakfast overeenkomstig de volgende regels:
Gemeenschappelijke verkeersruimtes hoeven niet bij de toegestane oppervlakte te worden meegerekend.
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de voorkomende archeologische waarden.
Voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 120 m2 waarbij voor de gehele oppervlakte werkzaamheden dieper dan 0,50 m onder het maaiveld plaatsvinden, moet alvorens een omgevingsvergunning voor het bouwen wordt verleend, door de aanvrager een rapport worden overlegd waarin naar het oordeel van het van het bevoegd gezag is aangetoond dat:
Indien uit het in lid 8.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen kunnen worden verstoord, kunnen één of meer van de volgende voorwaarden worden verbonden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in 8.3.1 is niet van toepassing indien:
danwel
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de voorkomende archeologische waarden.
Voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 500 m2 waarbij voor de gehele oppervlakte werkzaamheden dieper dan 0,50 m onder het maaiveld plaatsvinden, moet alvorens een omgevingsvergunning voor het bouwen wordt verleend, door de aanvrager een rapport worden overlegd waarin naar het oordeel van het van het bevoegd gezag is aangetoond dat:
Indien uit het in lid 9.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen kunnen worden verstoord, kunnen één of meer van de volgende voorwaarden worden verbonden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in 9.3.1 is niet van toepassing indien:
danwel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij het meten worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwvlak- of bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.
In die gevallen dat de goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud en/of de afstand tot enige op de plankaart aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen, op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan minder dan wel meer bedraagt dan in de regels in hoofdstuk 2 is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud, percentage en/of afstand in afwijking daarvan als minimaal respectievelijk maximaal toegestaan.
Tot een gebruik van gronden strijdig met het bestemmingsplan wordt in ieder geval gerekend:
een en ander tenzij dit gebruik verband houdt met het op de bestemming gerichte beheer van de gronden;
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone – deelgebied 2' is de ingebruikname van gronden en bouwwerken ten behoeve van de bestemming uitsluitend toegestaan als het agrarische bedrijf gelegen aan de Oude Zeeweg 2 feitelijk geheel is beëindigd en gestaakt blijft.
Het bouwen of gebruiken van gronden en bouwwerken en het uitvoeren van werkzaamheden conform de regels van hoofdstuk 2 is pas toegestaan als een door de gemeente goedgekeurd waterhuishoudkundig plan is opgesteld.
Het college van burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.4.1:
De in lid 12.4.2 genoemde omgevingsvergunningen worden uitsluitend verleend onder de voorwaarde dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
Bij de beoordeling van een aanvraag om omgevingsvergunning als bedoeld in de leden 12.4.1, 12.4.2 en 12.4.3 wordt getoetst aan de beleidsregel Parkeernota van de gemeente Nunspeet (2014) in Bijlage 1 bij de regels dan wel, in het geval deze tussentijds wordt gewijzigd of vervangen door een andere beleidsregel, aan deze gewijzigde, respectievelijk vervangende, beleidsregel.
Door het college van burgemeester en wethouders kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.5.1, onder a, onder b, en onder c, voor het gebruik van een woning en/of woonhuis en/of bedrijfswoning en/of wooneenheid voor onzelfstandige bewoning, mits:
Onder strijdig gebruik wordt in dit bestemmingsplan specifiek het volgende verstaan, zoals genoemd onder de leden a tot en met e:
Door het college van burgemeester en wethouders kan met een omgevingsvergunning worden meegewerkt:
Door het college van burgemeester en wethouders kan met een tijdelijke omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in artikel 12.6.1 voor het tijdelijk gebruik van een locatie, en van bebouwing op die locatie, die als herontwikkelingslocatie is aangewezen, mits:
De gemeente kan ook meewerken aan een plan waarbij gebouwd wordt door bijvoorbeeld het plaatsen van woonunits en/of andere bouwwerken/gebouwen ten behoeve van logies voor arbeidsmigranten/seizoenarbeiders e.a.
Aan een dergelijk plan kan worden meegewerkt, mits de voorwaarden in acht worden genomen die hieronder bij letter b. zijn geformuleerd.
Qua procedure kan een dergelijk, zoals hiervoor omschreven, plan, voor het plaatsen (=bouwen) van woonunits en/of andere bouwwerken/gebouwen ten behoeve van logies voor arbeidsmigranten/seizoenarbeiders e.a., niet middels een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid geregeld worden. Hiervoor is een partiële herziening van het vigerende bestemmingsplan dan wel een uitgebreide (buitenplanse) afwijkingsprocedure ex artikel 2.12, lid 1, onder a, 3º van de Wabo noodzakelijk. |
Als voorwaarden om mee te kunnen werken aan het plaatsen van woonunits en/of andere bouwwerken/gebouwen dienen de volgende voorwaarden in acht te worden genomen:
Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken, te laten gebruiken of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel, strijdig met de in het plan aan de grond gegeven bestemmingen, tenzij voor dit afwijkende gebruik op grond van de regels in dit plan een omgevingsvergunning is verleend.
Overtreding van het verbod genoemd in sub lid 5.1.1 is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a, onder 2° van de Wet op de economische delicten.
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geluid' mogen geen nieuwe woningen en/of andere geluidgevoelige objecten worden gebouwd.
Het college van burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 13.1.1 voor het bouwen van woningen en/of andere geluidgevoelige objecten, mits is aangetoond dat:
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' geldt dat die gronden - naast de andere aangewezen bestemming(en) - mede bestemd zijn voor het behoud, het herstel en de bescherming van de windvang van de molen.
H(x) = x/50+0,2*15,7 waarin:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 13.2.2 in die zin dat de bouwhoogte van bouwwerken wordt verhoogd, mits met een kwalitatieve onderbouwing is aangetoond dat de windvang van de molen hierdoor niet onevenredig wordt geschaad.
Met een omgevingsvergunning kan afgeweken worden van de regels:
Bij de afweging om, al dan niet, tot afwijking over te gaan worden in elk geval de volgende aspecten betrokken:
Het college van burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van (bestaande) bestemmings- en bouwgrenzen tot niet meer dan 5 m.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan ''t Hul Noord'.