Plan: | OUDEWEG 20 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0302.BP01092-vg01 |
Eventueel aanwezige bodemverontreiniging kan van invloed zijn op de (financiële) haalbaarheid en uitvoerbaarheid van het project. Bij nieuwbouw of bij uitbreidingen met een bebouwd oppervlak groter dan 50 m2 dient dan ook onderzoek gedaan te worden naar de aard van eventueel aanwezige verontreinigingen in relatie tot de hiervoor geldende normen en richtlijnen. Omdat het hier gaat om sloop en volledige nieuwbouw, is onderzoek verricht naar eventuele aanwezigheid van bodemverontreiniging.
Door Hunneman MilieuAdvies Raalte BV is in juli 2011 een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op de betreffende locatie, in combinatie met een verkennend asbestonderzoek. Dit onderzoek, dat bestaat uit een vooronderzoek en een veldonderzoek, is als Bijlage 1 opgenomen bij deze plantoelichting.
Resultaten
Grondmengmonsters
In de bovengrondmengmonsters MM-01 t/m MM-03 zijn, met uitzondering van licht verhoogde gehalten aan zink en PAK (MM-01), geen gehalten aangetoond boven de achtergrondwaarden. De verhoogd aangetoonde gehalten overschrijden de achtergrondwaarden maar blijven beneden de toetsingswaarden voor nader onderzoek.
In de ondergrondmengmonsters MM-04 en MM-05 zijn van de geanalyseerde parameters geen gehalten aangetoond boven de achtergrondwaarden.
Grondwatermonsters
In de genomen grondwatermonsters (peilbuis 1 en 10) zijn van de geanalyseerde parameters, met uitzondering van licht verhoogde gehalten aan barium en zink in peilbuis 1, geen overschrijdingen van de streefwaarden aangetroffen. De aangetroffen verhoogde waarden overschrijden de streefwaarden, maar blijven beneden de toetsingswaarden voor nader onderzoek.
Asbest (in bodem)
Tijdens de werkzaamheden is een inspectie van het terrein gedaan op de mogelijke aanwezigheid van asbest in de bodem. Op 2 plaatjes zwerfasbest na is er geen asbestverdacht materiaal aangetroffen op het maaiveld. In de onderzochte grondmonsters zijn geen sporen van asbest aangetroffen.
Conclusies
Bodem
Op basis van de onderzoeksresultaten zijn er vanuit milieuhygiënische overwegingen in relatie tot de bodemkwaliteit geen belemmeringen ten aanzien van de beoogde nieuwbouw-, verbouw- en uitbreidingsplannen op de betreffende locatie.
Om te bepalen of grond afkomstig van grondwerkzaamheden ten behoeve van de nieuwbouw en/of van de aanwezige gronddepots op het bouwterrein of elders hergebruikt kan worden dient vóór verwerking van de betreffende gronden een aanvullend ap04 onderzoek te worden uitgevoerd.
Asbest (in bodem)
Mede gezien de voormalige brandschade / ingestorte woning waarna asbesthoudend materiaal is verwijderd en de voormalige aanwezigheid van kippenhokken wordt een (aanvullend) verkennend onderzoek asbest conform NEN 5707, in de directe omgeving van de huidige bebouwing, noodzakelijk geacht.
Alvorens de definitieve aanvraag omgevingsvergunning, activiteit slopen en activiteit bouwen worden aangevraagd dienen deze onderzoeken te worden uitgevoerd. De uitkomst hiervan bepaald de wijze waarop eventuele sloop- en saneringswerkzaamheden en/of hergebruik c.q. afvoer van grond dienen te worden uitgevoerd.