direct naar inhoud van Artikel 4 Natuur - Landschap
Plan: HOOIWEG 127
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01061-vg01

Artikel 4 Natuur - Landschap

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur - Landschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bos, houtwallen, solitaire bomen, heide, zandverstuivingen, vennen en houtproductie;
  • b. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke waarde en de landschappelijke waarde;
  • c. bestaande infrastructurele voorzieningen;
  • d. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water;
  • e. voorzieningen ten behoeve van extensief recreatief medegebruik, zoals wandel-, fiets- en ruiterpaden en parkeervoorzieningen ten behoeve van toeristische overstappunten;

met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, andere werken en terreinen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Bouwen

Op de voor 'Natuur - Landschap' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd. Op deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met dien verstande dat bestaande gebouwen mogen worden gehandhaafd met de bestaande omvang.

4.2.2 Eisen

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde geldt dat de bouwhoogte niet meer dan 2,5 m mag bedragen.

4.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.3.1 Verbod

Het is verboden op de tot 'Natuur - Landschap' bestemde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:

  • a. het vergraven en egaliseren van gronden;
  • b. werkzaamheden die wijziging van de waterhuishouding of waterstanden beogen of ten gevolge hebben, zoals uitdiepen, draineren en slaan van putten;
  • c. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2;
  • d. het aanleggen van waterlopen en het vergraven, verruimen en dempen van bestaande waterlopen en vennen;
  • e. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur;
  • f. het ophogen van gronden en aanleggen van geluid- en/of grondwallen;
  • g. diepploegen, zijnde het meer dan 50 cm omploegen, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd;
  • h. het bebossen of anderszins beplanten met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters;
  • i. het rooien van groensingels langs hoofdwegen.

4.3.2 Uitzondering

Het in 4.3.1 bedoelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:

  • a. werken en werkzaamheden in het kader van normale beheer en onderhoud;
  • b. werken en werkzaamheden, waarmee is of mag worden begonnen ten tijde van het onherroepelijk worden van het plan;
  • c. werken en werkzaamheden in het kader van de uitvoering van het bij dit bestemmingsplan behorende Landschappelijk ontwerp Hooiweg 127-129;
  • d. het aanleggen van verhardingen ten behoeve van in- en uitritten, tot elk een oppervlakte van 60 m²;
  • e. het verlagen van de bodem en afgraven van gronden, voor zover daarvoor een vergunning is vereist krachtens de Ontgrondingenwet, zoals deze luidt ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
  • f. werken en werkzaamheden als bedoeld in 4.3.1, onder h, voor zover daarvoor een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen is vereist;
  • g. het vellen, rooien of beschadigen van fruitbomen.

4.3.3 Toelaatbaarheid werken en werkzaamheden

Werken en werkzaamheden al bedoeld in 4.3.1 zijn niet toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, danwel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, één of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen, onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies onevenredig worden of kunnen worden verkleind.

4.4 Uitsluiting omgevingsvergunning tijdelijke afwijking

In verband met het belang ter bescherming waarvan deze bestemming is opgenomen is het verlenen van een omgevingsvergunning waarmee tijdelijk van het bestemmingsplan wordt afgeweken niet toegestaan.