direct naar inhoud van Artikel 6 Wonen
Plan: BOVENWEG 26
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01047-vg01

Artikel 6 Wonen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wonen en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan huis gebonden beroepen ter plaatse van de aanduidingen:

aeg aaneengebouwde woningen;

tae ten hoogste twee aaneengebouwde woningen;

gs gestapelde woningen;

vrij vrijstaande woningen;

met bij een en ander behorende gebouwen en voorzieningen zoals wegen, paden, bermen, tuinen, parkeervoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens, kunstwerken, technische installaties en terreinafscheidingen.

6.2 Bouwregels
6.2.1 bouwen

Op en in de gronden als bedoeld in lid 6.1 mag uitsluitend bij de bestemming behorende bebouwing worden gebouwd.

6.2.2 eisen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 6.2.1 gelden de volgende eisen:

  • a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen bouwvlakken worden gebouwd;
  • b. de afstand van de niet-aaneengebouwde zijden van vrijstaande en twee-onder-eenkap hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt tenminste 3 m;
  • c. de goothoogte en bouwhoogte van de hoofdgebouwen, met uitzondering van bijgebouwen, mogen niet meer bedragen dan ter plaatse van de maatvoering is aangegeven;
  • d. hoofdgebouwen zijn maximaal 12 m diep;
  • e. voor het bouwen van bijgebouwen, overkappingen en aan- en uitbouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de goothoogte en bouwhoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen, overkappingen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen niet meer bedragen dan hierna is aangegeven:
      bouwwerken   maximale goothoogte   maximale bouwhoogte  
      bijgebouwen   3 m   5 m  
      aan- en uitbouwen   3 m   5 m  
      palen en (reclame)masten, verkeerstekens en kunstwerken     6 m  
      luifels en andere overkappingen met een open constructie     3 m  
      erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevel van een woning:     1 m  
      overige erf- en terreinafscheidingen     2 m  
      overige bouwwerken geen gebouwen zijnde     3 m  
    • 2. bij de op de plankaart rechts gesitueerde twee-onder-een-kapwoninge is een maximale oppervlakte van 114 m² aan bijgebouwen, overkappingen en aan- en uitbouwen toegestaan;
    • 3. bij de op de plankaart links gesitueerde twee-onder-een-kapwoning zijn bijgebouwen, overkappingen en aan- en uitbouwen toegestaan mits gesitueerd binnen het bouwvlak en de gezamenlijke oppervlakte niet meer dan 220 m² bedraagt.
6.3 Afwijken van de bouwregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • a. Het bepaalde in sublid 6.2.2 onder d ten behoeve van een diepte van 15 m, mits:
    • 1. het een vrijstaand hoofdgebouw betreft;
    • 2. het woongenot van de naaste buren niet onevenredig wordt aangetast;
    • 3. het straatbeeld niet onevenredig wordt aangetast.
  • b. Het bepaalde in sublid 6.2.2 onder b ten behoeve van het bouwen tot aan de zijdelingse perceelgrens, mits:
    • 1. het woongenot van de naaste buren niet onevenredig wordt aangetast;
    • 2. het straatbeeld niet onevenredig wordt aangetast.
  • c. Het bepaalde in sublid 6.2.2 e onder 1 ten behoeve van het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen aan hoofdgebouwen tot de goothoogte van het betreffende hoofdgebouw, mits:
    • 1. het woongenot van de naaste buren niet onevenredig wordt aangetast;
    • 2. het straatbeeld niet onevenredig wordt aangetast.
6.4 Afwijken van de gebruiksregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken:

  • a. Van het bepaalde in lid 6.1 onder a ten behoeve van het gebruiken en inrichten van hoofdgebouwen en bijbehorende gebouwen voor andere beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten dan aan huis gebonden beroep, zoals die van accountant, advocaat, architect, arts of kunstenaar, mits:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van ruimten voor de andere beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten bij eenzelfde hoofdgebouw niet meer bedraagt dan 25% van de gezamenlijke oppervlakte van het hoofdgebouw en bijbehorende gebouwen, en ten hoogste 45 m2;
    • 2. die andere beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten:
      • niet-milieuvergunningplichtig en/of niet-meldingsplichtig zijn;
      • in de van deze regels deel uitmakende bijlage 'Staat van bedrijfsactiviteiten' zijn aangemerkt als categorie 1, dan wel daarmee gelijk kunnen worden gesteld wat betreft hun gevolgen voor de omgeving;
      • geen horeca betreffen;
      • geen detailhandel betreffen;
      • geen wezenlijke verandering van het woonkarakter en de uiterlijke verschijningsvorm van het hoofdgebouw met zich meebrengen;
      • geen buitenopslag met zich meebrengen;
      • geen onevenredige vergroting van de verkeers- en parkeerdruk in de omgeving met zich meebrengen, met dien verstande dat:
      • het parkeren ten behoeve van die activiteiten zo veel mogelijk op eigen terrein dient plaats te vinden;
      • behoudens in- en uitladen, geen bedrijfsmatige activiteiten in de openbare ruimte rond het hoofdgebouw mogen plaatsvinden.
  • b. Van het bepaalde in lid 6.1 ten behoeve van het gebruiken en inrichten van hoofdgebouwen voor bed & breakfast, mits voldaan wordt aan de volgende uitgangspunten:
    • 1. Bed & breakfast moet gerealiseerd worden in een bestaande legaal hoofdgebouw behorende bij een woonbestemming.
    • 2. De oppervlakte voor bed & breakfast mag niet meer bedragen dan 40% van de gebruiksoppervlakte van het hoofdgebouw. De gebruiksvloeroppervlakte voor bed & breakfast mag maximaal 110 m² bedragen. De voorziening mag ten hoogste uit vier slaapkamers met elk maximaal twee bedden (exclusief kinderbedjes) bestaan. Onder de oppervlakte voor bed & breakfast vallen de volgende ruimten:
      • slaapkamer(s);
      • bad- , douche- en toiletruimte(n) die niet gedeeld worden met de bewoner(s);
      • een gemeenschappelijke ruimte.
    • 3. De gemeenschappelijke ruimte moet in het hoofdgebouw worden gerealiseerd. De oppervlakte is exclusief gemeenschappelijke verkeersruimten. De genoemde ruimten zijn niet verplicht en kunnen gecombineerd worden met elkaar. Niet genoemde ruimten (zoals een keuken of woonkamer) zijn niet toegestaan voor bed & breakfast.
    • 4. De maximum verblijfsduur per recreant mag niet meer dan tien dagen achtereen bedragen.
    • 5. Verder moet er een overeenkomst worden afgesloten tussen de gemeente en de eigenaar, waarin bedongen wordt dat er bij permanente bewoning een boeteclausule in werking treedt.
    • 6. Semipermanente verhuur is niet toegestaan.
    • 7. In de voorziening mag geen separate kookvoorziening worden aangebracht.
    • 8. De cultuurhistorische/monumentale en/of architectonische waarde van het hoofdgebouw moet behouden blijven.
    • 9. Bed & breakfast mag geen onevenredige afbreuk doen aan:
      • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
      • bij het wonen: een goede woonsituatie;
      • de milieusituatie (aan de bedrijfsvoering van andere agrarische en niet-agrarische bedrijven mag door bed & breakfast geen beperking ontstaan);
      • het straatbeeld;
      • de verkeersveiligheid.
    • 10. Overlast aan aangrenzende percelen moet worden voorkomen. Elementen waar onder andere aandacht aan moet worden besteed is de ligging en situering van de parkeerplaatsen en van een (eventueel) terras.
    • 11. Er moet parkeergelegenheid aanwezig zijn of worden aangelegd op het perceel van de bed-&-breakfastvoorziening overeenkomstig de Bouwverordening. Het aantal parkeerplaatsen moet minimaal overeenkomen met het aantal (slaap)kamers.
    • 12. Bed & breakfast moet voldoen aan de actuele brandveiligheidseisen. In relatie daarmee dient bed & breakfast te voldoen aan het Bouwbesluit, de Bouwverordening en/of het Gebruiksbesluit, zoals die op het moment van indienen geldt. Dit alles op grond van de Woningwet. Volgens het Gebruiksbesluit is bed & breakfast gebruiksvergunningplichtig als aan meer dan tien personen bedrijfsmatig kamers voor nachtverblijf worden aangeboden. In het Gebruiksbesluit is opgenomen dat in de bouwverordening van dit aantal kan worden afgeweken.
    • 13. Bed & breakfast mag uitsluitend worden geëxploiteerd door de bewoner(s) van het hoofdgebouw.
    • 14. De eigenaar van de bed-&-breakfastvoorziening moet een nachtverblijfregister, overeenkomstig de geldende gemeentelijke Verordening Toeristenbelasting, bijhouden en toeristenbelasting afdragen aan de gemeente. De gemeente controleert het nachtverblijfregister.
    • 15. Op het perceel mag maximaal één reclameaanduiding in de vorm van een bord met opschrift voor bed & breakfast worden geplaatst of aangebracht. Het bord mag maximaal 0,5 m² oppervlakte hebben en de grootste afmeting mag 1 meter zijn. Als het bord op eigen frame wordt geplaatst, mag de totale hoogte maximaal 1 meter zijn. Als het bord aan de gevel wordt bevestigd, mag de bovenzijde niet hoger dan 2,5 m zijn. Bij vrijstaande plaatsing mag het bord dubbelzijdig van een opschrift zijn voorzien. Reclameborden met verlichting of bewegende reclameborden zijn niet toegestaan. Overige reclame-uitingen in welke vorm dan ook, al dan niet met verlichting, zijn eveneens niet toegestaan. De hierboven genoemde toegelaten reclamebouwwerken kunnen, gelet op de maatvoeringen, vergunningvrij worden gebouwd. Vergunningplichtige reclame in relatie met bed & breakfast wordt niet toegestaan.
    • 16. Eventuele planschade op grond van artikel 6.1 van de Wro die voortvloeit uit de door de gemeente afgegeven ontheffing komt voor rekening van de eigenaar van bed & breakfast. Tussen eigenaar en gemeente wordt een planschadeovereenkomst opgesteld.
    • 17. Er wordt geen medewerking verleend als de bed & breakfast in strijd is met andere van toepassing zijnde wet- en regelgeving, waaronder Monumentenwet, Wet milieubeheer, Woningwet en Drank- en Horecawet.
    • 18. De eigenaar van bed & breakfast moet een aanpassing van de milieuvergunning/melding aanvragen, als bed & breakfast wordt gerealiseerd bij een bedrijf.