Plan: | Geconsolideerde versie Buitengebied en herziening 2014 |
---|---|
Status: | geconsolideerde versie |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0296.BGBGeconsolide2014-GECO |
Voorliggende verbeelding en regels betreffen een geconsolideerde versie van:
In deze regels wordt aanvullend en in afwijking ten opzichte van artikel 1 uit bestemmingsplan 'Buitengebied Wijchen' verstaan onder:
het bestemmingsplan Geconsolideerde versie Buitengebied en herziening 2014 met identificatienummer NL.IMRO.0296.BGBGeconsolide2014-GECO van de gemeente Wijchen;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
een bedrijf dat aan het buitengebied is gerelateerd, zoals hoveniersbedrijven, dierenklinieken, dierenpensions en producten en/of diensten levert aan particulieren of niet-agrarische bedrijven;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
het al dan niet bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke/kunstzinnige - geheel of overwegend door middel van handwerk uit te oefenen - bedrijvigheid, waarvan de omvang en uitstraling zodanig zijn dat de activiteit in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend;
een beroep, waarvan de activiteiten niet publiekgericht zijn, en dat op kleine schaal in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende beroepsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie ter plaatse;
gebieden met waardevolle aardkundige elementen met betrekking tot reliëf en bodem die een bepaalde (beperkte) mate van bescherming genieten;
een bijgebouw bij een woning, dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met die woning en waar een gedeelte van de huishouding, zoals gehuisvest in die woning, uit een oogpunt van mantelzorg is ondergebracht;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of door middel van het houden van landbouwdieren en andere dieren ten behoeve van de agrarische producten zoals (sier)vissen, wormen en bijen; onder agrarische bedrijven worden tevens begrepen boomteeltbedrijven, sierteeltbedrijven en paardenhouderijen;.
het gebruik van gronden ten behoeve van het telen van gewassen/bomen dan wel ten behoeve van het beweiden van landbouwdieren
een bedrijf dat is gericht op het verlenen van diensten aan agrarische bedrijven door middel van het telen van gewassen, het houden en/of (medisch) verzorgen van dieren, of de toepassing van andere landbouwkundige methoden, met uitzondering van mestverwerking, zoals: grootveeklinieken, KI-stations, mestopslag- en mesthandelsbedrijven, loonwerkbedrijven (inclusief verhuurbedrijven voor landbouwwerktuigen), veetransportbedrijven en veehandelsbedrijven;
een bedrijf of instelling gericht op het verlenen van diensten aan particulieren of niet-agrarische bedrijven door middel van het telen van gewassen, het houden van dieren of de toepassing van andere landbouwkundige methoden zoals dierenasiels, dierenklinieken, groencomposteringsbedrijven, hondenkennels, hoveniersbedrijven, stalhouderijen, instellingen voor agrarische praktijkonderwijs, proefbedrijven en volkstuinen;
waarden van een terrein in verband met de zich mogelijk daarin bevindende oudheidkundige zaken die van belang zijn vanwege hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap en/of hun cultuurhistorische waarde;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een in de regels of op de kaart aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een terrein (bouwperceel, bestemmingsvlak etc.) aangeeft, dat maximaal mag worden bebouwd;
een nevenactiviteit met als doel het verstrekken van logies en ontbijt aan steeds wisselend publiek, dat voor een korte periode, met een absoluut maximum van zeven overnachtingen, ter plaatse verblijft; onder bed & breakfast wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid;
handelingen en werkzaamheden die plaatsvinden in het kader van de uitoefening van een bedrijf;
een gebouw dat dient voor de uitoefening van één of meer bedrijfsactiviteiten;
het via een bedrijf, stichting of ander rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/ exploitatie, dat in de recreatieverblijven daadwerkelijk recreatief gebruik plaatsvindt;
een woning, in of bij een gebouw of op een terrein, bedoeld voor (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar gelet op de bedrijfsvoering noodzakelijk moet worden geacht;
de definitie als opgenomen in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
Besluit van 27 mei 2004, houdende milieukwaliteitseisen voor externe veiligheid van inrichtingen milieubeheer;
de grens van een bestemmingsvlak;
het bestemmingsplan 'Buitengebied Wijchen' van de gemeente Wijchen, als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0296.BGBBuitengebied-DF02, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 31 januari 2013;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning;
een vrijstaand of aan het hoofdgebouw aangebouwd gebouw, dat hetzij functioneel hetzij door zijn situering of afmeting ondergeschikt is aan het op hetzelfde perceel gelegen hoofdgebouw, zoals een garage, berging of hobbyruimte;
elk terrein waarop al dan niet bedrijfsmatig activiteiten worden uitgevoerd gericht op de duurzame instandhouding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe bossen ten behoeve van (een of meerdere van de functies) natuur, houtproductie, landschap, milieu (waaronder begrepen waterhuishouding) en extensieve recreatie;
een (voormalige) agrarische bedrijfswoning met in de bouwmassa opgenomen (voormalige) agrarische bedrijfsruimten, die samen een geïntegreerde eenheid (bouwkarakteristiek waarbij woon- en stalgedeelte van oudsher aan elkaar verbonden zijn) vormen;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
de wijze van bouwen van een woning, waarbij:
bouwwerken voor algemene voorzieningen in het kader van de exploitatie van een verblijfsrecreatiecentrum, zulks ten behoeve van gebruikers van de recreatiewoonverblijven;
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied, zoals dat ondermeer tot uitdrukking komt in de beplanting, het reliëf, de verkaveling, het sloten- of wegenpatroon en/of de architectuur;
activiteiten ter ontspanning in de vorm van sport, spel, toerisme en educatie, waarbij overnachting niet is toegestaan; huifkarren worden hier mede onder begrepen;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan degene die deze goederen kopen voor eigen gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
zone die dienst doet als verspreidingsgebied respectievelijk migratieroute voor planten en dieren tussen verschillende natuurgebieden. Aanleg van verbindingszones heeft als doel barrières tussen deze gebieden op te heffen;
de natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon die bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend;
die vormen van natuurvriendelijke recreatie welke in hoofdzaak zijn gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen, fietsen, picknicken, kanoën, survivaltochten en natuurgerichte recreatie zoals vogelobservatie;
dag- en verblijfsrecreatieve voorzieningen die aansluiten bij het agrarisch bedrijf of bij de natuur- en landschapsbeleving van het landelijk gebied;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
woningen, scholen voor basisonderwijs, voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs, hoger onderwijs en gezondheidszorggebouwen;
bedrijven en/of inrichtingen die op grond van de Wet geluidhinder zijn aangewezen als categorie van inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken;
agrarische bedrijven met een grondgebonden bedrijfstak en een intensieve veehouderijtak;
de vorm van het landschap, ontstaan door geologische processen en beïnvloedt door menselijk handelen;
een bedrijf, dat is gericht op het telen van gewassen door in hoofdzaak gebruik te maken van permanente kassen of tunnels;
een gebouw bestemd voor verblijfsrecreatie door meerdere personen in groepsverband;
een agrarisch bedrijf waarvan de productie geheel of hoofdzakelijk afhankelijk is van het voortbrengend vermogen van onbebouwde grond in de directe omgeving van het bedrijf. Afhankelijkheid van de grond kent hierbij de volgende aspecten: voedervoorziening, mestafzet of het bieden van een natuurlijk substraat voor plantaardige teelten.Grondgebonden bedrijven zijn in ieder geval: akkerbouw-, fruitteelt- en vollegrondstuinbouwbedrijven en boomteeltbedrijven, waarvan de bomen rechtstreeks in de grond zijn geplant. Melkveebedrijven en productiegerichte paardenhouderijen worden ook aangemerkt als een grondgebonden agrarisch bedrijf;
het verplaatsen van een bestaand agrarisch bedrijf van het ene agrarisch bouwblok naar een ander agrarisch bouwblok;
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken, inclusief daarbij behorende aan- en uitbouwen;
bijgebouw of schuilstal bestaande uit twee delen, te weten een overdekte en geheel door wanden omsloten onderbouw met daarop een losse, langs een aantal geleiders, in hoogte beweegbare kap. De ruimte tussen de onderbouw en de beweegbare kap mag niet worden dichtgebouwd en dient enkel ten behoeve van de opslag van stro, hooi en vergelijkbare producten;
een bedrijf, gericht op het verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken en/of het exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bieden van nachtverblijf;
de horecabedrijven zijn in drie categorieën te onderscheiden:
het voortbrengen van hout op bedrijfsmatige wijze door een mede daarop afgestemd duurzaam beheer van bos;
een bedrijf dat is gericht op het kweken en verkopen van planten en siergewassen en daarmee samenhangende artikelen, en het aanleggen en onderhouden van tuinen en andere groenvoorzieningen;
het in een gebouw bergen van goederen, die geen regelmatige verplaatsing behoeven, zoals (antieke) auto's, boten en caravans. De opslag mag niet bestemd zijn voor de handel danwel worden opgeslagen voor een elders gevestigd niet-agrarisch bedrijf;
een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf waarin het houden van vee of pluimvee de hoofdzaak is. Onder intensieve veehouderijen worden tevens pelsdierhouderijen verstaan;
het gelegenheid geven tot het houden van recreatief nachtverblijf in gebouwen deel uitmakend van een agrarische bedrijf dan wel een voormalig agrarisch bedrijf;
tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
standplaats voor een kampeermiddel;
de periode tussen 15 maart en 31 oktober;
terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief verblijf;
gebouwen waarvan de wanden en het dak voornamelijk bestaan uit glas of ander lichtdoorlatend materiaal en dienend voor de productie van gewassen onder geconditioneerde klimaatomstandigheden, zoals het kweken, trekken, vermeerderen, opkweken, of verzorgen van vruchten, bloemen, groenten, planten of bomen, alsmede in voorkomende gevallen tot bescherming van de omgeving tegen milieubelastende stoffen;
windturbine bedoeld voor het leveren van stroom aan de/het ter plaatse aanwezige woning/bedrijf, waarbij reststroom aan het net doorgezet kan worden. De windturbine heeft een ashoogte van niet meer dan 15 meter en een tiphoogte van niet meer dan 20 meter;
adviesbureau en dienstverlening op het gebied van welzijn van mens en dier (buitengebied gebonden);
agrarische bedrijfsvoorziening in de vorm van een gesloten (doorgaans betonnen) vloer ten behoeve van opslag van veevoeder (hooi, stro, gras e.d.);
de definitie als opgenomen in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
rundvee, pluimvee (kippen, eenden, ganzen, kalkoenen, parelhoenders, struisvogels e.d.), varkens, schapen, geiten, pelsdieren, konijnen, paarden, wormen e.d., consumptievissen (meerval, forel, paling, zeebaars, zeebrasem, tilapia e.d.), herten, lama's en andere hoefdieren;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur;
een sportactiviteit waarbij motorisch of mechanisch geluid wordt geproduceerd dat zodanig is dat het omgevingslawaai wordt overschreden, waaronder in ieder geval begrepen de rallysport, motorsport, (model)vliegsport; de jachtsport wordt hier niet onder begrepen;
een bedrijf dat – voornamelijk met behulp van verplaatsbare werktuigen- diensten verleent aan (agrarische) bedrijven en particulieren, hetzij in verband met de bodemcultuur, hetzij ter uitvoering van grondwerkzaamheden;
voorzieningen ten behoeve van openbaar bestuur, openbare dienstverlening, religie, verenigingsleven, onderwijs met bijbehorende sport- en gymnastieklokalen, (kinder)dagopvang, opvoeding, cultuur, lichamelijke en/of geestelijke volksgezondheid;
een recreatief bedrijf dat hoofdzakelijk op eigen terrein binnen of buiten een gebouw gelegenheid geeft tot het beoefenen van de paardensport en al dan niet mogelijkheden biedt voor het verblijf en de verzorging van paarden;
het anders dan bedrijfsmatig bieden van zorg aan een of meer leden van een op dat perceel wonende huishouding, die hulpbehoevend is of zijn op fysiek, psychisch en/of sociaal vlak;
constructie in de vorm van een verharde vloer, al dan niet voorzien van keerwanden bedoeld voor de opslag van meststoffen;
een kleinschalig kampeerterrein als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf of een burgerwoning;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologisch, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang;
activiteiten die in ruimtelijke en/of bedrijfseconomische zin een ondergeschikt bestanddeel vormen van de totale bedrijfsactiviteiten op een bouwperceel;
een agrarisch bedrijf waarvan de productie niet in overwegende mate afhankelijk is van het voortbrengendvermogen van onbebouwde grond in de directe omgeving van het bedrijf. Niet-grondgebonden bedrijven zijn in ieder geval: intensieve veehouderijen, glastuinbouwbedrijven en gebouwgebonden teeltbedrijven en kwekerijen, zoals champignonteeltbedrijven, witlofkwekerijen, nertsenfokkerijen, viskwekerijen en wormenkwekerijen;
vergunning voor activiteiten als genoemd in artikel 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
een functie die in ruimtelijke en/of bedrijfseconomische zin ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie binnen een bestemming;
een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de functie een andere dan horeca is maar waar men uitsluitend ten behoeve van de hoofdfunctie een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van drank en etenswaren;
een dakconstructie, vrijstaand met maximaal één wand, dan wel aan maximaal drie zijden begrensd door de gevels van belendende gebouwen, die niet wordt aangemerkt als een gebouw;
een bedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies met als nevenactiviteit het verstrekken van maaltijden en/of dranken aan logerende gasten;
een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining;
bewoning van een bouwwerk waarbij sprake is van gebruik van het object als hoofdverblijf zoals bedoeld in de wet GBA en/of er geen sprake is van een hoofdverblijf elders;
een uit bedrijfseconomisch oogmerk opgezette houderij voor paarden die uitsluitend of in hoofdzaak is gericht op het fokken, trainen, africhten en verhandelen van paarden, waarbij tevens als ondergeschikte nevenactiviteit is toegestaan het geven van instructie aan ruiter en paard; hierbij zijn publieks- en/of verkeersaantrekkende activiteiten niet toegestaan;
die vormen van recreatie, die plaats hebben in een omgeving met een niet-recreatieve hoofdfunctie, waarbij het medegebruik ondergeschikt is aan de hoofdfunctie en het hoofdgebruik;
een gebouw dat dient als recreatiewoonverblijf voor gebruikers die hun hoofdverblijf elders hebben, en waarbij geen sprake is van permanente bewoning;
een terrein voor het plaatsen en geplaatst houden van recreatiewoningen;
een inrichting als bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
gebouw ten behoeve van het bieden van schuilgelegenheid aan gehouden dieren welke noodzakelijk is in het kader van dierenwelzijn;
de periode van 1 maart tot en met 30 november;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof hij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in elk geval verstaan: seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub en (raam) prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
agrarische bedrijfsvoorziening in de vorm van een (doorgaans betonnen) keerwand van maximaal 3 m hoog en dichte vloerafdekking, ten behoeve van opslag van veevoeder (hooi, stro, gras e.d.);
een caravan of soortgelijk onderkomen op wielen, dat mede, gelet op de afmetingen, niet bestemd is om regelmatig en op normale wijze op de verkeerswegen over grote afstanden als aanhangsel van een auto te worden voortbewogen;
producten, gemaakt met grondstoffen die als streekeigen worden beschouwd en/of volgens streektraditie geteelde producten, en/of producten die volgens een specifieke bereidingswijze of receptuur van een bepaalde regio wordt geproduceerd;
seizoensgebonden opslag van goederen, die geen regelmatige verplaatsing behoeven, zoals caravans, boten en dergelijke;
teeltondersteunende voorziening , in de vorm van (tunnel)kassen waarin (half)producten worden opgekweekt/ geteeld, en deel uitmakend van een vollegrondstuinbouwbedrijf en/of een boomkwekerij;
ondersteunende voorzieningen ten behoeve van vollegronds groente-, fruit-, bloemen, en boomteelt; te onderscheiden in de volgende categorieen:
een aangelegd parcours in het water, bestaand uit een permanente opstelling van stalen masten, waaraan een staalkabel is bevestigd, die door een elektromotor wordt rondgetrokken;
het huisvesten van werknemers binnen de seizoensperiode voor tijdelijke werknemers, die in een periode van grote arbeidsbehoefte gedurende enkele maanden op een agrarisch bedrijf werkzaam zijn om naar de aard kortdurend werk te verrichten, voorzover noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering;
een klein vrijstaand gebouw, zonder eigen sanitaire voorzieningen, bestemd voor verhuur voor recreatievedoeleinden in de vorm van verblijfsrecreatie aan steeds wisselende wandelaars, fietsers, ruiters, kanoërsof autogebruikers, waarbij verhuur aan dezelfde personen maximaal 3 dagen/nachten mag zijn;
Bedrijf/bedrijven gericht op het telen, kweken, en verkoop (aan particulieren en bedrijven) van bloemen, planten, en bomen, en/of de verkoop en daarmee verband houdende assemblage (aan particulieren en bedrijven) van goederen voor het aanleggen, onderhouden, inrichten en versieren van tuinen en parken, waaronder begrepen exclusieve goederen zoals zwembaden, sauna's klimtoestellen, tuinhuisjes, kassen, prieeltjes, en aanverwante artikelen, evenals bedrijf/bedrijven gericht op het verrichten van met het bovenstaande verbandhoudende diensten zoals tuin- en parkaanleg en groenonderhoud. Het een en ander inclusief daarbij horende showrooms, uitstalling- en verkoopruimtes, parkeer- en groenvoorzieningen;
een bedrijf dat is gericht op het telen en voornamelijk verkopen van planten en siergewassen, alsmede het verkopen en leveren van andere goederen en materialen voor het aanleggen, onderhouden en verfraaien van tuinen;
een werk of bouwwerk voorzien van een bedekking van lichtdoorlatend materiaal en dienend tot het kweken, trekken, vermeerderen, opkweken of verzorgen van vruchten, bloemen, groenten, planten of bomen, alsmede in voorkomende gevallen tot bescherming van de omgeving tegen milieubelastende stoffen;
recreatie in ruimten welke zijn bestemd of opgericht voor recreatief nachtverblijf, zoals een recreatiewoning, groepsaccommodatie/logeergebouw, pension, bed & breakfast, kampeermiddel of trekkershut door personen die hun hoofdwoonverblijf elders hebben, en waarbij er geen sprake is van permanente bewoning;
de voor het publiek zichtbare en toegankelijke winkelruimte ten behoeve van de detailhandel;
de totale oppervlakte, gemeten op vloerniveau, die voor een functie wordt gebruikt;
grond waarop, anders dan ten dienste van een agrarisch bedrijf, op kleine schaal voedings- en/of siergewassen worden geteeld en voornamelijk ten eigen behoeve;
een agrarisch bedrijf dat de arbeidsomvang heeft van tenminste één volledige arbeidskracht en waarvan de continuïteit ook op langere termijn in voldoende mate is verzekerd;
de denkbeeldige lijn, evenwijdig aan de as van de weg waaraan gebouwd wordt, op een afstand van de weg die:
een bijgebouw, dat fysiek geheel los staat van enig ander gebouw, dan wel slechts met een ander gebouw verbonden is door een bouwwerk geen gebouw zijnde, zoals een overkapping of pergola;
doeleinden die het waterhuishoudingsbelang dienen, zoals watergangen, waterstaatkundige kunstwerken, onderhoudsstroken ten behoeve van het beheer en onderhoud van een watergang e.d.;
een voor de oppervlaktewaterkwantiteit van overwegend belang zijnde watergang;
Wet van 6 november 2008 (Stb. 496), houdende regels inzake een vergunningstelsel met betrekking tot activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving en inzake handhaving van regelingen op het gebied van de fysieke leefomgeving (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht), zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van dit plan;
Wet van 16 februari 1979 (Stb. 99) houdende regels inzake het voorkomen of beperken van geluidhinder, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
Wet van 13 juni 1979, Stb. 442, houdende regelen met betrekking tot een aantal algemene onderwerpen op het gebied van de milieuhygiëne, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
Wet van 20 oktober 2006, (Stb. 2006, nr. 566), houdende nieuwe regels omtrent de ruimtelijke ordening, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
een complex van fysiek aan elkaar verbonden ruimten, in een (gedeelte van een) gebouw, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één huishouden;
Wet van 29 augustus 1991 , (Stb. 1991, nr. 439), tot herziening van de Woningwet, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
een (voormalige) agrarische bedrijfswoning met in de bouwmassa opgenomen (voormalige) agrarische bedrijfsruimten, die samen een geïntegreerde eenheid (bouwkarakteristiek waarbij woon- en bedrijfsgedeelte van oudsher aan elkaar verbonden zijn) vormen;
een gebouw ten behoeve van woondoeleinden, bestaande uit twee of meerdere wooneenheden;
een ruimte, in een woning of in bijgebouwen en in combinatie met een woning, waarin een beroep of bedrijfsactiviteit aan huis wordt uitgeoefend;
een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een woonwagenstandplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;
een te verplaatsen/ verwijderen bouwwerk bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht ten dienste van het woon-, dag- of nachtverblijf van een of meer personen:
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand van een gebouw tot de perceelsgrens wordt bepaald door het buitenwerks meten van de kortste afstand van een gevel van het gebouw tot de perceelsgrens;
de oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige bouwwerken tezamen;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
De voor Agrarisch aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen, tuinen en sloten, en overeenkomstig de in 3.1.2. opgenomen nadere detaillering van de doeleinden.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 3.1.1:
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “bouwvlak” zijn agrarische bedrijfsgebouwen toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de figuur "relatie" sprake is van een koppeling van twee bouwvlakken. De bouwvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mag een grondgebonden agrarisch bedrijf worden uitgeoefend. Voorts is -al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf- uitsluitend ter plaatse van de onderstaande aanduidingen het daarbij behorende type agrarisch bedrijf toegestaan:
Voor nevenactiviteiten gelden de volgende bepalingen:
Aanduiding | Adres | Nevenactiviteit | Max. bebouwd oppervlak | ||
specifieke vorm van agrarisch-gvs | J. Steegweg 3 | groothandel in veiligheidsschoenen | 800 m² | ||
recreatie | Liendensedijk 5 | kampeerboerderij / kleinschalig kamperen | 580 m² | ||
specifieke vorm van agrarisch-installatiebedrijf | Laaksestraat 7 | installatiebedrijf | 200 m2 |
Inpandige statische opslag is toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De landschappelijke waarden worden gevormd door het open en grootschalige karakter van het gebied, de regelmatige verkavelingspatronen en met name het contrast met de hoger gelegen, besloten rivierduinen.
De gronden gelegen binnen deze bestemming mogen worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik zijn beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Het opwekken van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Het inrichten en gebruiken van gronden als tuin is toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak, en buiten het agrarisch bouwvlak, voorover het gronden betreft, die onderdeel uitmaken van de bij de bedrijfswoning behorende tuin dan wel voorzover het gronden betreft, direct grenzend aan de bestemming Wonen.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 3.6.8.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de figuur "relatie" is sprake van een koppeling van twee bouwvlakken. De bouwvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mogen uitsluitend worden opgericht:
Voor het bouwen t.b.v. glastuinbouw geldt het volgende:
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, binnen het bouwvlak is als volgt:
BEDRIJFSGEBOUWEN PER BOUWVLAK | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
goothoogte koelcellen | 8 m | ||
(nok)hoogte | 12 m |
KASSEN | MAX |
goothoogte | 7 m |
(nok)hoogte | 10 m |
BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
gezamenlijke oppervlakte per woning | 120 m2; | ||
goothoogte | 3 m | ||
(nok)hoogte | 6 m | ||
hoogte onderbouw van een hooischelf | 2,5 m | ||
goothoogte van een hooischelf | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte mestbassins of waterbassins | 8,5 m |
hoogte silo's (niet zijnde sleufsilo's) | 15 m |
hoogte sleufsilo's | 3 m |
hoogte kuilvoerplaten en mestplaten | 2 m |
hoogt erfafscheidingen | 2 m |
hoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | 6 m |
hoogte carports/overkappingen | 3 m |
gezamelijke oppervlakte carports/overkappingen per bedrijfswoning | 20 m |
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Aanvullend gelden voor herbouw van een woning de volgende voorwaarden:
Voor het oprichten van bouwwerken buiten het bouwvlak geldt het volgende:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de vormgeving, omvang en situering van bebouwing op een bouwvlak, indien en voor zover er sprake is van een zodanige toename van gebouwen, dat het bouwvlak voor minimaal 50% bebouwd wordt. De nadere eisen worden gesteld teneinde te voorkomen dat er sprake is van een onevenredige aantasting van de ruimtelijke kwaliteit.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 en 3.2.6 teneinde de toegestane inhoud van de woningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.4 onder c, teneinde de oppervlakte aan teeltondersteunende kassen te vergroten, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.8 onder e teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik binnen deze bestemming of de bestemming Wonen - 1 paardenbakken toe te staan buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.8 teneinde buiten het bouwvlak de oprichting van een schuilstal mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.3 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.7, teneinde verplaatsing of herbouw van een woning buiten de (voormalige) voorgevelrooilijn, en/of buiten de bestaande fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 voorzover het de maximale goothoogte van bijgebouwen bij de woning betreft, teneinde een maximale goothoogte van 4,5 m aan één zijde te kunnen toestaan ten behoeve van een zgn kapschuur (schuur met ongelijke goothoogte) met dien verstande dan het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.5.1 onder j ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding "bouwvlak" overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de regels in dit plan ten behoeve van het toestaan van minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c teneinde een bed & breakfastvoorziening voor maximaal 8 personen in maximaal 4 kamers toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.5.1 onder e en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder c teneinde een grotere vloeroppervlakte ten behoeve van inpandige statische opslag toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.5.1 onder j ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.5.1 onder k ten behoeve van het plaatsen van teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.5.1 onder k voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 3.7.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 3.7.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 3.7.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 3.1.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 3.7.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2, anders dan ten behoeve van recreatieve paden | er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; |
het beplanten van gronden met houtgewas in open gebieden | er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke waarden; (openheid) |
aanleggen van boomgaarden, behoudens de vervanging van bestaande boomgaarden. | de aanleg van boomgaarden doet binnen een afstand van 50 m rondom de boomgaard geen onevenredige afbreuk aan het woon- en leefklimaat. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van een bouwvlak, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting van een bouwvlak voor sleufsilo's, mestplaten en kuilvoerplaten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een intensieve veehouderij, naar een intensieve veehouderij of intensieve veehouderijtak, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" met de aanduiding “intensieve veehouderij” mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen, waarbij na bedrijfsbeeindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning kan worden toegestaan, één en ander mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:
De voor Agrarisch met waarden - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen, tuinen en sloten, en overeenkomstig de in 4.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 4.1.1:
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “bouwvlak” op de kaart zijn agrarische bedrijfsgebouwen toegestaan, met dien verstande dat er ter plaatse van de figuur "relatie" sprake is van een koppeling van twee bouwvlakken. De bouwvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mag een grondgebonden agrarisch bedrijf worden uitgeoefend. Voorts is -al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf- uitsluitend ter plaatse van de onderstaande aanduidingen het daarbij behorende type agrarisch bedrijf toegestaan:
Voor nevenactiviteiten gelden de volgende bepalingen:
met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "kinderdagverblijf" (kdv) op het adres Weideweg 10, een kinderdagverblijf met een gebruiksvloeroppervlakte van 80 m² is toegestaan.
Uitsluitend ter plaatse van de onderstaande adressen is een minicamping toegestaan:
Geitweg 4 |
Oosterweg 263-265 |
hiervoor gelden de volgende regels:
Inpandige statische opslag is toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden. Dit houdt in dat het beleid is gericht op behoud en ontwikkeling van de historische verkavelingstructuur en kleinschaligheid van het landschap. daarnaast dienen de binnen het gebied voorkomende reliefrijke bodem, kronkelende wegen, het door bos en heide ontstane besloten karakter en voorkomende landschapselementen te worden gehandhaafd.
Verder is het beleid gericht op behoud en bescherming van de historische bebouwing bestaande uit kastelen, landgoederen en boerderijen, de compacte en historische dorpen en de verspreid liggende bebouwing aan de dijk alsmede de openheid en doorzichten die hierdoor ontstaan.
Gestreefd wordt naar behoud en bescherming van aardkundige waarden. Dit houdt in dat de aan het gebied toegekende waarden, gekenmerkt door het aanwezig zijn van bijzondere aardkundige verschijnselen zoals dalglooiingen, steilranden en bodemovergangen, dienen te worden beschermd.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Het opwekken van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Het inrichten en gebruiken van gronden als tuin is toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak, en buiten het agrarisch bouwvlak, voorover het gronden betreft, die onderdeel uitmaken van de bij de bedrijfswoning behorende tuin dan wel voorzover het gronden betreft, direct grenzend aan de bestemming Wonen.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 4.6.8.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de figuur "relatie" is sprake van een koppeling van twee bouwvlakken. De bouwvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mogen uitsluitend worden opgericht:
Voor het bouwen t.b.v. glastuinbouw geldt het volgende:
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, binnen het bouwvlak is als volgt:
BEDRIJFSGEBOUWEN PER BOUWVLAK | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
goothoogte koelcellen | 8 m | ||
(nok)hoogte | 12 m |
KASSEN | MAX |
goothoogte | 7 m |
(nok)hoogte | 10 m |
BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
gezamelijke oppervlakte per woning | 120 m2; | ||
goothoogte | 3 m | ||
(nok)hoogte | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte mestbassins en waterbassins | 8,5 m |
hoogte silo's (niet zijnde sleufsilo's) | 15 m |
hoogte sleufsilo's | 3 m |
hoogte kuilvoerplaten en mestplaten | 2 m |
hoogte erfafscheidingen | 2 m |
hoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | 6 m |
hoogte carports/overkappingen | 3 m |
gezamelijke oppervlakte carports/overkappingen per bedrijfswoning | 20 m |
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Aanvullend gelden voor herbouw van bestaande woningen de volgende voorwaarden:
Voor het oprichten van bouwwerken buiten het bouwvlak geldt het volgende:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de omvang en situering van bebouwing op een bouwvlak, indien en voor zover er sprake is van een zodanige toename van gebouwen, dat het bouwvlak voor minimaal 50% bebouwd wordt. De nadere eisen worden gesteld teneinde te voorkomen dat er sprake is van een onevenredige aantasting van de ruimtelijke kwaliteit.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 en 4.2.6 teneinde de toegestane inhoud van de woningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.3 onder b teneinde het oprichten van teeltondersteunende kassen bij agrarische bedrijven niet zijnde glastuinbouwbedrijven, toe te kunnen staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.8 onder e teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik binnen deze bestemming of de bestemming Wonen - 1 paardenbakken toe te staan buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.8 teneinde buiten het bouwvlak de oprichting van een schuilstal mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.3 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.7, teneinde verplaatsing of herbouw van een woning buiten de (voormalige) voorgevelrooilijn, en/of buiten de bestaande fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 voorzover het de maximale goothoogte van bijgebouwen bij de woning betreft, teneinde een maximale goothoogte van 4,5 m aan één zijde te kunnen toestaan ten behoeve van een zgn kapschuur (schuur met ongelijke goothoogte) met dien verstande dan het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.5 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of het laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.5.1 onder j ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding "bouwvlak" overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de regels in dit plan ten behoeve van het toestaan van minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder h teneinde een bed & breakfastvoorziening voor maximaal 8 personen in maximaal 4 kamers toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.5.1 onder e en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder c teneinde nevenactiviteiten in de vorm van inpandige statische opslag toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.5.1 onder h ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.5.1 onder j ten behoeve van het plaatsen van teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.5.1 onder k voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 4.7.2 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 4.7.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 4.7.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 4.1.1 nader gedetailleerd in 4.1.2. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 4.7.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
- het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m2, anders dan ten behoeve van recreatieve paden | - er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke cultuurhistorische en ecologische waarden, - de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
- het aanplanten van houtopstanden dan wel het vellen of rooien van houtgewas | - er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke cultuurhistorische en ecologische waarden; dit betekent onder meer dat de openheid en herkenbaarheid van de open akkers niet onevenredig mogen worden aangetast; - de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
- het diepploegen en diepwoelen van de bodem; - het afgraven, ophogen en egaliseren van de bodem |
- er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke, cultuurhistorische en ecologische waarden: dit betekent onder meer dat: a. de openheid van de open akkers niet onevenredig mogen worden aangetast; b. het reliefrijke karakter van de bodem niet onevenredig wordt aangetast; |
- het wijzigen van de perceelsindeling zoals die door sloten, greppels en beplantingselementen is aangegeven; - het graven en dempen van waterpartijen en watergangen |
- er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de landschappelijke, cultuurhistorische en ecologische waarden: dit betekent onder meer dat het reliefrijke karakter van de bodem niet onevenredig wordt aangetast. |
aanleggen van boomgaarden, behoudens de vervanging van bestaande boomgaarden. | de aanleg van boomgaarden doet binnen een afstand van 50 m rondom de boomgaard geen onevenredige afbreuk aan het woon- en leefklimaat. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van een bouwvlak, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting van een bouwvlak voor sleufsilo's, mestplaten en kuilvoerplaten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen, waarbij na bedrijfsbeeindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning kan worden toegestaan, één en ander mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" wijzigen in Artikel 7 Bedrijf teneinde gebruik van de aanwezige bebouwing toe te staan voor niet-agrarische bedrijven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming (gedeeltelijk) wijzigen in de bestemming Natuur - 1 mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de aanwijzing van een plattelandswoning het bestemmingsplan wijzigen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Agrarisch met waarden - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen, tuinen en sloten, en overeenkomstig de in 5.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 5.1.1:
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “bouwvlak” op de kaart zijn agrarische bedrijfsgebouwen toegestaan, met dien verstande dat er ter plaatse van de figuur "relatie" sprake is van een koppeling van twee bouwvlakken. De bouwvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mag een grondgebonden agrarisch bedrijf worden uitgeoefend. Voorts is -al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf- uitsluitend ter plaatse van de onderstaande aanduidingen het daarbij behorende type agrarisch bedrijf toegestaan:
Voor nevenactiviteiten gelden de volgende bepalingen:
Inpandige statische opslag is toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van ecologische, cultuurhistorische en landschappelijke waarden. Dit houdt in dat het beleid is gericht op behoud en ontwikkeling van de ecologische verbindingszone, het handhaven van de landschapselementen, de historische verkavelingstructuur en de kleinschaligheid van het landschap, alsmede het voorkomen van een onevenredige aantasting van de openheid en/of het reliëf van de gronden.
Gestreefd wordt naar behoud en bescherming van aardkundige waarden. Dit houdt in dat de aan het gebied toegekende waarden, gekenmerkt door het aanwezig zijn van bijzondere aardkundige verschijnselen zoals dalglooiingen, steilranden en bodemovergangen, dienen te worden beschermd.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Het opwekken van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Het inrichten en gebruiken van gronden als tuin is toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak, en buiten het agrarisch bouwvlak, voorover het gronden betreft, die onderdeel uitmaken van de bij de bedrijfswoning behorende tuin dan wel voorzover het gronden betreft, direct grenzend aan de bestemming Wonen.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 5.6.7.
Uitsluitend mag worden gebouwen ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de figuur "relatie" is sprake van een koppeling van twee bouwvlakken. De bouwvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mogen uitsluitend worden opgericht:
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, binnen het bouwvlak is als volgt:
BEDRIJFSGEBOUWEN PER BOUWVLAK | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
goothoogte koelcellen | 8 m | ||
(nok)hoogte | 12 m |
KASSEN | MAX |
goothoogte | 7 m |
(nok)hoogte | 10 m |
BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
gezamelijke oppervlakte per woning | 120 m2; | ||
goothoogte | 3 m | ||
(nok)hoogte | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte mestbassins en waterbassins | 8,5 m |
hoogte silo's (niet zijnde sleufsilo's) | 15 m |
hoogte sleufsilo's | 3 m |
hoogte kuilvoerplaten en mestplaten | 2 m |
hoogte erfafscheidingen | 2 m |
hoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | 6 m |
hoogte carports/overkappingen | 3 m |
gezamelijke oppervlakte carports/overkappingen per bedrijfswoning | 20 m |
De bebouwde oppervlakte ter plaatse van de aanduiding "hovenier" mag niet meer bedragen dan:
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Aanvullend gelden voor herbouw van een bestaande woning de volgende voorwaarden:
Voor het oprichten van bouwwerken buiten het bouwvlak geldt het volgende:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de omvang en situering van bebouwing op een bouwvlak, indien en voor zover er sprake is van een zodanige toename van gebouwen, dat het bouwvlak voor minimaal 50% bebouwd wordt. De nadere eisen worden gesteld teneinde te voorkomen dat er sprake is van een onevenredige aantasting van de ruimtelijke kwaliteit.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.4 en 5.2.6 teneinde de toegestane inhoud van de woningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.3 onder b teneinde het oprichten van teeltondersteunende kassen bij agrarische bedrijven niet zijnde glastuinbouwbedrijven, toe te kunnen staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.8 onder c teneinde het oprichten van teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak toe te kunnen staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.8 onder d teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik binnen deze bestemming of de bestemming Wonen - 1 paardenbakken toe te staan buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.8 teneinde buiten het bouwvlak de oprichting van een schuilstal mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.3 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.7, teneinde verplaatsing of herbouw van een woning buiten de (voormalige) voorgevelrooilijn, en/of buiten de bestaande fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.4 voorzover het de maximale goothoogte van bijgebouwen bij de woning betreft, teneinde een maximale goothoogte van 4,5 m aan één zijde te kunnen toestaan ten behoeve van een zgn kapschuur (schuur met ongelijke goothoogte) met dien verstande dan het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.4 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1 onder j ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding "bouwvlak" overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de regels in dit plan ten behoeve van het toestaan van minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder c teneinde een bed & breakfastvoorziening voor maximaal 8 personen in maximaal 4 kamers toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1 onder e en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.2 onder c teneinde nevenactiviteiten in de vorm van inpandige statische opslag toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1 onder j ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.5.1 onder k voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 5.7.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 5.7.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 5.7.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 5.5.1 nader gedetailleerd in 5.1.2. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 5.7.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het wijzigen van de perceelsindeling zoals die door sloten, greppels en beplantingselementen is aangegeven; het graven en dempen van waterpartijen en watergangen. |
er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
het verwijderen van houtopstanden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het diepploegen en diepwoelen van de bodem; |
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
het graven, ophogen en egaliseren van de bodem | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen en half verhardingen | de verhardingen mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
het aanbrengen van ondergrondse leidingen | er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
aanleggen van boomgaarden, behoudens de vervanging van bestaande boomgaarden. | de aanleg van boomgaarden doet binnen een afstand van 50 m rondom de boomgaard geen onevenredige afbreuk aan het woon- en leefklimaat. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van een bouwvlak, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting van een bouwvlak voor sleufsilo's, mestplaten en kuilvoerplaten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen, waarbij na bedrijfsbeeindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning kan worden toegestaan, één en ander mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" wijzigen in Artikel 7 Bedrijf, teneinde gebruik van de aanwezige bebouwing toe te staan voor niet-agrarische bedrijven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming (gedeeltelijk) wijzigen in de bestemming Natuur - 1 mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de aanwijzing van een plattelandswoning het bestemmingsplan wijzigen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Agrarisch met waarden - 3, aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen en sloten, en overeenkomstig de in 6.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 6.1.1:
Met betrekking tot waterhuishoudkundige doeleinden geldt, dat de gronden binnen deze bestemming tevens zijn bestemd voor waterberging.
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “bouwvlak” zijn agrarische bedrijfsgebouwen toegestaan.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mag een grondgebonden agrarisch bedrijf worden uitgeoefend.
Voor nevenactiviteiten gelden de volgende bepalingen:
Inpandige statische opslag is toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke waarden. Dit houdt in dat het open karakter van het gebied, de ruimtelijke eenheid met de overkant van de rivier en de fraaie overzichten en wisselende vergezichten vanaf de dijk dienen te worden gehandhaafd.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Het opwekken van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Het inrichten en gebruiken van gronden als tuin is toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak, en buiten het agrarisch bouwvlak, voorover het gronden betreft, die onderdeel uitmaken van de bij de bedrijfswoning behorende tuin dan wel voorzover het gronden betreft, direct grenzend aan de bestemming Wonen.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 6.5.7.
Uitsluitend mag worden gebouwen ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" mogen uitsluitend worden opgericht:
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, binnen het bouwvlak is als volgt:
BEDRIJFSGEBOUWEN PER BOUWVLAK | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
goothoogte koelcellen | 8 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
KASSEN | MAX |
goothoogte | 7 m |
(nok)hoogte | 10 m |
BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. | ||
gezamelijke oppervlakte per woning | 120 m2; | ||
goothoogte | 3 m | ||
(nok)hoogte | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte mestbassins en waterbassins | 8,5 m |
hoogte silo's (niet zijnde sleufsilo's) | 15 m |
hoogte sleufsilo's | 3 m |
hoogte kuilvoerplaten en mestplaten | 2 m |
hoogte erfafscheidingen | 2 m |
hoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | 6 m |
hoogte carports/overkappingen | 3 m |
gezamelijke oppervlakte carports/overkappingen per bedrijfswoning | 20 m |
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Aanvullend gelden voor herbouw van een woning de volgende voorwaarden:
Voor het oprichten van bouwwerken buiten het bouwvlak geldt het volgende:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.3 en 6.2.4 teneinde de toegestane inhoud van de woningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.2 teneinde het oprichten van teeltondersteunende kassen bij agrarische bedrijven niet zijnde glastuinbouwbedrijven, toe te kunnen staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.6 onder c teneinde het oprichten van teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak toe te kunnen staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.6 onder d teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik binnen deze bestemming paardenbakken toe te staan buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.6 teneinde buiten het bouwvlak de oprichting van een schuilstal mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.3 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.5, teneinde verplaatsing of herbouw van een woning buiten de (voormalige) voorgevelrooilijn, en/of buiten de bestaande fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.3 voorzover het de maximale goothoogte van bijgebouwen bij de woning betreft, teneinde een maximale goothoogte van 4,5 m aan één zijde te kunnen toestaan ten behoeve van een zgn kapschuur (schuur met ongelijke goothoogte) met dien verstande dan het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.3 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.4.1 onder j ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding "bouwvlak" overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de regels in dit plan ten behoeve van het toestaan van minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.1.2 onder c teneinde een bed & breakfastvoorziening voor maximaal 8 personen in maximaal 4 kamers toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.4.1 onder e en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.1.2 onder c teneinde nevenactiviteiten in de vorm van inpandige statische opslag toe te staan bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.4.1 onder h ten behoeve van tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.4.1 onder k voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 6.6.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 6.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 6.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 6.1.1 nader gedetailleerd in 6.1.2. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 6.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
verzetten van grond van meer dan 100 m³ of op een diepte van meer dan 60 cm onder maaiveld, een en ander voorzover geen vergunning in het kader van de Ontgrondingenwet vereist is | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van een reeds bestaande drainage | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het aanbrengen van kaden of het wijzigen daarvan | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het verwijderen van houtopstanden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het diepploegen en diepwoelen van de bodem | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige natuurwaarden; |
het graven, ophogen en egaliseren van de bodem | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het aanbrengen van niet omkeerbare oppervlakteverhardingen en half verhardingen van meer dan 100 m² | de verhardingen mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het aanbrengen van ondergrondse leidingen | er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
aanleggen van boomgaarden, behoudens de vervanging van bestaande boomgaarden. | de aanleg van boomgaarden doet binnen een afstand van 50 m rondom de boomgaard geen onevenredige afbreuk aan het woon- en leefklimaat. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting en/of vormverandering van een bouwvlak, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen ten behoeve van vergroting van een bouwvlak voor sleufsilo's, mestplaten en kuilvoerplaten, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen, waarbij na bedrijfsbeeindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning kan worden toegestaan, één en ander mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" wijzigen in Artikel 7 Bedrijf teneinde gebruik van de aanwezige bebouwing toe te staan voor niet-agrarische bedrijven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming (gedeeltelijk) wijzigen in de bestemming Natuur - 2 mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de aanwijzing van een plattelandswoning het bestemmingsplan wijzigen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de aanwijzing van een plattelandswoning het bestemmingsplan wijzigen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 7.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 7.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn ter plaatse van de onderstaande adressen of aanduiding, uitsluitend de bedrijven toegestaan die genoemd zijn in de navolgende Staat van niet-agrarische bedrijven.
Adres | Aard van de bedrijvigheid | Bebouwde oppervlakte (m²) | ||||||||||||||||||||
Molendijk 17 | antiekhandel | 480 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 394 | aannemersbedrijf | 599 | ||||||||||||||||||||
Oud Woeziksestraat 4 | bedrijfsopslagruimte | 328 | ||||||||||||||||||||
Oosterweg 302A | bestratingsmateriaal / transportbedrijf | 1310 | ||||||||||||||||||||
Heiveldweg 11 | confectie-atelier | 185 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 916 | caravanstalling | 0 | ||||||||||||||||||||
Grotestraat 36 | transportbedrijf / garagebedrijf t.b.v. vrachtwagens | 2980 | ||||||||||||||||||||
Wezelsedijk 34 | garagebedrijf | 210 | ||||||||||||||||||||
Oosterweg 186 | groothandel in bloemen | 150 | ||||||||||||||||||||
Houtsestraat 11 | groothandel in bestrijdingsmiddelen | 1.600 | ||||||||||||||||||||
Hoogeerdstraat 22 | groothandel in isolatiematerialen | 250 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 37A | groothandel in vleeswaren | 530 | ||||||||||||||||||||
Oosterweg 290 / 292 | houtzagerij | 390 | ||||||||||||||||||||
Heiveldweg 8 | houtverwerkend bedrijf | 770 | ||||||||||||||||||||
Munnekeveld 27A | houtverwerkend bedrijf | 215 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 35 | loodgietersbedrijf | 750 | ||||||||||||||||||||
Grotestraat 70 | molenmakers / aannemersbedrijf | 1095 | ||||||||||||||||||||
Hoeveweg 14 | machinehandel | 100 | ||||||||||||||||||||
Groenestraat 53 | steunpunt Provinciale Dienst Wegen | 1335 | ||||||||||||||||||||
Leurseweg 13 | systeemplafondbedrijf | 430 | ||||||||||||||||||||
Hoogeerdstraat 15 | reparatie / aanleg en verhuur van pompinstallaties en compressoren | 630 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg ong, (naast 415) | opslag materialen tbv handel in zand, grintbestratingsmateriaal | - | ||||||||||||||||||||
Kavelpad 1 | pianohandel | 280 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 84 | transportbedrijf | 90 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 946 | transportbedrijf | 650 | ||||||||||||||||||||
Groenewoudseweg 85A | transportbedrijf | 480 | ||||||||||||||||||||
Boomsestraat 38 | vee- en diervoederfabriek | 2400 | ||||||||||||||||||||
De Dreef 5 | winkel / reparatie-inrichting | 290 | ||||||||||||||||||||
waterzuiveringsinstallatie (wz) | rioolwaterzuiveringsinstallatie | - | ||||||||||||||||||||
Hoeveweg 21 | dierenpension | 780 | ||||||||||||||||||||
De Dreef 1 | hoveniersbedrijf | 286 | ||||||||||||||||||||
Oosterweg 279 | tuinbedrijf | 2675 | ||||||||||||||||||||
Houtsestraat 30 | hoveniersbedrijf | 3400 | ||||||||||||||||||||
Oud woeziksestraat 8 | hoveniersbedrijf | 430 | ||||||||||||||||||||
Weideweg 6 | koetserij | 524 | ||||||||||||||||||||
Torenstraat 21 | landbouwmechanisatiebedrijf | 1680 | ||||||||||||||||||||
Elzendweg 7/9 | loonwerker / landbouwmuseum | 1440 | ||||||||||||||||||||
Groenestraat 13 | loonwerker | 1890 | ||||||||||||||||||||
Hoekgaaf 14 | loonwerker | 450 | ||||||||||||||||||||
Meerenburg 4/ Molenhoek 2 | loonwerker | 2500 | ||||||||||||||||||||
Valendrieseweg 184 | loonwerker | 1940 | ||||||||||||||||||||
Laaksestraat 10 | opslag- en koelbedrijf groente | 560 | ||||||||||||||||||||
Grotestraat 72 | paardendressuurbedrijf | 3122 | ||||||||||||||||||||
Boskant 113 | paardenpension | 1450 | ||||||||||||||||||||
Munnekeveld 27 | paardenpension | 590 | ||||||||||||||||||||
Bullekamp 12 | paardenpension / wormenkwekerij | 800 | ||||||||||||||||||||
Aaldert 5 | veehandelsbedrijf | 470 | ||||||||||||||||||||
Aaldert 20 | veehandelsbedrijf | 1600 | ||||||||||||||||||||
Graafseweg 82 | groothandel in dierbenodigdheden | 550 | ||||||||||||||||||||
Hoekgraaf 17a | Koesignalencentrum | 320 m2 incl. bedrijfs- woning |
Buitenopslag is niet toegestaan, tenzij dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden.
Het parkeren dient plaats te vinden op het eigen terrein.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 7.5.3.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Ter plaatse van de figuur "relatie" is sprake van een koppeling van twee bestemmingsvlakken. De bestemmingsvlakken met een dergelijke aanduiding worden, in het kader van de regels van dit bestemmingsplan, aangemerkt als een enkel bestemmingsvlak.
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
BEDRIJFSGEBOUWEN |
MIN. | MAX. | |
goothoogte | n.v.t. | 6 m | |
(nok)hoogte | n.v.t. | 10 m | |
afstand zijdelingse perceelsgrens | 5 m | n.v.t. | |
bebouwde oppervlakte | De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de bebouwde oppervlakte ,zoals die is opgenomen in de tabel bij 7.1.2 onder a + een eenmalige vergroting van maximaal 20%. met dien verstande dat de vergroting nooit meer mag bedragen dan 100 m2 . De bebouwde oppervlakte is exclusief de bebouwde oppervlakte ten behoeve van een bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen (tenzij in 7.1.2. onder a anders vermeld) |
BEDRIJFSWONING |
MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. |
gezamenlijke oppervlakte per woning | 120 m2, |
goothoogte | 3 m |
(nok)hoogte | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte afscheidingen | 2 m |
hoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m |
hoogte overige bouwwerken geen gebouw zijnde | 6 m |
oppervlakte van carports c.q. overkappingen | 20 m² |
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Herbouw van bestaande bedrijfswoningen is, voor zover het de situering van de bedrijfswoning betreft, uitsluitend toegestaan indien en voor zover:
In afwijking van het bepaalde in 7.2 gelden ter plaatse van de aanduiding "waterzuiveringsinstallatie" de volgende regels:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.4 en 7.2.5 teneinde de toegestane inhoud van de bedrijfswoningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.6, teneinde verplaatsing of herbouw van een bedrijfswoning buiten de (voormalige) voorgevelrooilijn, en/of buiten de bestaande fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.4 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.4 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.4.1 onder d en e toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.4 onder g en toestaan dat gronden en/of bouwwerken worden gebruikt ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.4.1 onder j voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen teneinde een andere vorm van niet-agrarische bedrijvigheid toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen, waarbij na bedrijfsbeeindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning kan worden toegestaan, één en ander mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:
De voor Bedrijf - Nutsvoorziening aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen.
Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.
Gebouwen dienen aan de volgende bepalingen te voldoen:
Bouwwerken geen gebouwen zijnde dienen aan de volgende bepalingen te voldoen:
De voor Bos aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 9.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 9.1.1:
Binnen deze bestemming is het beleid primair gericht op het beschermen van de landschappelijke en ecologische waarden. Houtproductie is toegestaan, mits dit ondergeschikt is aan het bosbehoud en het behoud van de landschappelijke en natuurwaarden.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde en bestaande gebouwen, ten dienste van deze bestemming.
Uitsluitend bestaande gebouwen zijn toegestaan, waarbij de bestaande situering, de bestaande goot- en bouwhoogte en de bestaande inhoud als maximum geldt.
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 9.4.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 9.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 9.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 9.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 9.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het aanleggen van wegen en het aanbrengen van overige verhardingen | - de aanleg van wegen en overige verhardingen mogen geen aantasting van de aanwezige natuurwaarden tot gevolg hebben; hiertoe wordt de terreinbeheerder gehoord; er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de waterhuishouding; |
het egaliseren, vergraven of ophogen van de bodem | - de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke- en natuurw aarden; |
De voor Buitenplaats aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 10.4.
Uitsluitend zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.
Voor gebouwen geldt het volgende:
De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 4 m.
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 10.3.1 onder c voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving zoals opgenomen in 11.1.2.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 11.1.1:
Ter plaatse van de aanduiding "terras" is uitsluitend in de periode van 15 maart tot en met 31 oktober een zomerterras toegestaan.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 11.5.3.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Er is niet meer dan één bedrijfswoning toegestaan.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
BEDRIJFSGEBOUWEN |
MIN. | MAX. | |
goothoogte | n.v.t. | 6 m | |
(nok)hoogte | n.v.t. | 10 m | |
afstand zijdelingse perceelsgrens | 5 m | n.v.t. | |
bebouwingspercentage | Het bebouwingspercentage van het bestemmingsvlak mag niet meer bedragen dan 60%. Het bebouwingspercentage is exclusief de bebouwde oppervlakte ten behoeve van een bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen |
BEDRIJFSWONING |
MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. |
gezamenlijke oppervlakte per woning | 120 m2; |
goothoogte | 3 m |
(nok)hoogte | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte afscheidingen | 2 m |
hoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m |
hoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
oppervlakte van carports c.q. overkappingen | 20 m² |
In aanvulling op en in afwijking van het bepaalde in 11.2.3 zijn ter plaatse van de aanduiding "terras" niet meer dan 3 bouwwerken toegestaan, waaronder een zonneterras, waarvoor de volgende regels gelden:
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Herbouw van bestaande bedrijfswoningen is, voor zover het de situering van de bedrijfswoning betreft, uitsluitend toegestaan indien en voor zover:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.3 en 11.2.5 teneinde de toegestane inhoud van de bedrijfswoningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.6, teneinde verplaatsing of herbouw van een bedrijfswoning buiten de bestaande bebouwingscontour of fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.3 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.4.1 onder b en c en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.4.1 onder e en toestaan dat gronden en/of bouwwerken worden gebruikt ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.4.1 onder f voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen, waarbij na bedrijfsbeeindiging de verbouw van een voormalige bedrijfswoning kan worden toegestaan, één en ander mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:
De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving zoals opgenomen in 12.1.2.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 12.1.2:
Op de gronden met deze bestemming zijn uitsluitend ter plaatse van de in onderstaande tabel opgenomen aanduidingen de daarbij behorende maatschappelijke functie toegestaan.
Aanduiding | Adres | Omschrijving | bebouwde oppervlakte in m² | bebouwingsper centage in % |
sm-rh | Leemweg 112 | rust en hersteloord | - | 50 |
sm-ka | Molenweg 55 | kapel | - | 5 |
atl | Ravensteinseweg 521 | poldermagazijn / atelier | - | 40 |
sm-to | Torenstraat 22 | toren | - | 1 |
bp | begraafplaats | - | 2 | |
sm-wzo | Meerenburg 10 | woon-zorgcomplex | 780 | |
on | Heumenseweg ong. | school | 1265 |
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Bedrijfswoningen zijn niet toegestaan.
De bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 8 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van gebouwen ter plaatse van de aanduidingen "specifieke vorm van maatschappelijk-rust en hersteloord" en "onderwijs" niet meer mag bedragen dan 15 m en de bouwhoogte van de toren ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van maatschappelijk-toren" niet meer mag bedragen dan 27,5 m;
In afwijking van het bepaalde in 12.2.2 is ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van maatschappelijk-woon-/zorgcomplex" één bedrijfswoning toegestaan.
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de in de regels genoemde maten, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de in de regels genoemde hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
De voor Molen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen.
Uitsluitend zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.
Voor gebouwen geldt het volgende:
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
De voor Natuur - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals zoals erfontsluitingen, groenvoorzieningen, wildbegeleidende en wildbeschermingsvoorzieningen, wandel- en/of fietspaden en onverharde wegen en overeenkomstig de in 14.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 14.1.1:
Binnen de bestemming "Natuur - 1" is het beleid primair gericht op het beschermen van de landschappelijke en ecologische waarden van het waardevolle landschap, bestaande uit kleinschalige rivierduinen met afwisseling van bos, vennen, houtwallen en open essen, microrelief en plaatselijke grillige lokale wegen alsmede grote hoogteverschillen bij de rivierduin bij Bergharen.
Gestreefd wordt naar behoud en bescherming van aardkundige waarden. Dit houdt in dat de aan het gebied toegekende waarden, gekenmerkt door het aanwezig zijn van bijzondere aardkundige verschijnselen zoals dalglooiingen, steilranden en bodemovergangen, dienen te worden beschermd.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Het inrichten en gebruiken van gronden als tuin is toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak, en buiten het agrarisch bouwvlak, voorover het gronden betreft, die onderdeel uitmaken van de bij de bedrijfswoning behorende tuin dan wel voorzover het gronden betreft, direct grenzend aan de bestemming Wonen.
Met betrekking tot waterhuishoudkundige doeleinden geldt, dat de gronden binnen deze bestemming tevens zijn bestemd voor waterberging.
Uitsluitend mogen bouwwerken geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze bestemming en de gebouwen bedoeld in 14.2.3 worden gebouwd.
Voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt het volgende:
- de bebouwde oppervlakte bedraagt niet meer dan 350 m2;
- de bebouwingshoogte bedraagt niet meer dan 1,5 m;
Binnen deze bestemming zijn de volgende gebouwen toegestaan;
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2 onder c teneinde ten behoeve van hobbymatig gebruik binnen deze bestemming of de bestemming Wonen - 1 paardenbakken toe te staan buiten het bouwvlak, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2 teneinde buiten het bouwvlak de oprichting van een schuilstal mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2.2 teneinde tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Strijdig gebruik
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 14.5.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 14.5.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 14.5.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 14.1.2. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 14.5.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het wijzigen van de perceelsindeling zoals die door sloten, greppels en beplantingselementen is aangegeven; het graven en dempen van waterpartijen en watergangen. |
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het graven, ophogen en egaliseren van de bodem | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van een reeds bestaande drainage | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen en half verhardingen | de verhardingen mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
het aanbrengen van ondergrondse leidingen | er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden; |
het verwijderen van houtopstanden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het aanplanten van houtopstanden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden. |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Agrarisch met waarden 2, teneinde een uitbreiding van een agrarisch bouwvlak, gelegen binnen de bestemming Artikel 5 Agrarisch met waarden - 2 mogelijk te maken; hierbij dient te worden voldaan aan de voorwaarden, als opgenomen in 5.8.1. Daarnaast geldt het volgende:
De voor Natuur - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals erfontsluitingen, groenvoorzieningen, wildbegeleidende en wildbeschermingsvoorzieningen, wandel- en/of fietspaden en onverharde wegen en overeenkomstig de in 15.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
Ter plaatse van de aanduiding 'water' zijn de gronden uitsluitend bestemd voor water met een natuurdoelstelling.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 15.1.1:
Binnen de bestemming "Natuur - 2" is het beleid gericht op het voorkomen van verslechtering en verstoring van de aanwezige natuurlijke habitats.
Met betrekking tot waterhuishoudkundige doeleinden geldt, dat de gronden binnen deze bestemming tevens zijn bestemd voor waterberging.
Gestreefd wordt naar behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke waarden. Dit houdt in dat het open karakter van het gebied, de ruimtelijke eenheid met de overkant van de rivier en de fraaie overzichten en wisselende vergezichten vanaf de dijk dienen te worden gehandhaafd.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming.
In afwijking van het bepaalde in 15.2.1 is ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" een vogelkijkhut toegestaan met een bouwhoogte van maximaal 3,5 m en een bebouwde oppervlakte van maximaal 20 m².
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:
Voor de wachtruimte en schuilgelegenheid geldend de volgende bepalingen:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 15.4.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 15.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 15.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 15.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 15.4.4 de toetsingscriteria weergegeven. Voor alle werken en / of werkzaamheden geldt het volgende als toetsingskader:
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/
werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
verzetten van grond van meer dan 100 m³ of op een diepte van meer dan 60 cm onder maaiveld, een en ander voorzover geen vergunning in het kader van de Ontgrondingenwet vereist is | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van een reeds bestaande drainage | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het ophogen van gronden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het aanbrengen van kaden of het wijzigen daarvan | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het verwijderen van houtopstanden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het aanplanten van houtopstanden | de werkzaamheden mogen niet leiden tot onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het diepploegen en diepwoelen van de bodem | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige natuurwaarden; |
het graven, ophogen en egaliseren van de bodem buiten op de kaart aangeduid | de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
het aanbrengen van niet omkeerbare oppervlakteverhardingen en half verhardingen van meer dan 100 m² | de verhardingen mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
het aanbrengen van ondergrondse leidingen | er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de waterhuishoudkundige situatie en in het bijzonder de waterbergende capaciteit van de gronden; |
De voor Recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 16.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 16.1.1:
Voor recreatieve voorzieningen geldt het volgende:
Aanduidi ng | Activiteit | Adres | Bebouwd e oppervl akte (m²) | Aantal bedrijfsw oningen | Gemeens chappelij ke voorzieni ngen in m² | Aantal recreatiewoningen (rw), stacaravans (sc), trekkershutten (th), bungalows (b), appartementen (ap) en groepsaccomodatie s (ga) | |
kt | camping | Galgenberg 3 | 280 | 1 | - | ||
kt | camping | Stompendijk 9 | - | 1 | 2000 | 45 sc | |
sr-gra | groepsaccommodatie | Puitsestraat 2 | 580 | - | - | 1 ga | |
rw | recreatiewoning | Geitweg ong. | - | - | - | 1 rw | |
rw | recreatiewoning | Liendensestraat 3a | - | - | - | 1 rw | |
rw | recreatiewoning | Sparrebosweg 15 | - | - | - | 1 rw | |
rw | recreatiewoning | Weg ter Horst 24 | - | - | - | 1 rw | |
rw | recreatiewoning | Wezelsdijk 2 | - | - | - | 1 rw | |
spt | speeltuin | Sint Jorispad 41 | 850 | - | - | - | |
vl | verenigingsaccommodatie | Oud Woeziksestraat 3 | 280 | - | - | - | |
vl | verenigingsaccommodatie | Ravensteinseweg / Westerdreef ong. | 70 | - | - | - | |
vl | verenigingsaccommodatie | Sint Jorispad 37/39 | 280 | - | - | - | |
vl | verenigingsaccommodatie | Waszinkweg 5 | 115 | - | - | - | |
vl | verenigingsaccommodatie | Strengstraat ong. | - | - | - | - | |
vt | volkstuin | - | 20 | - | 20 | - | |
jh | jachthaven | Van Cittersweg 8 en Loonsewaard 10 | 16.2.11 | 2 | - | - | |
sr-po | park- en oever/waterrecreatie | Van Cittersweg ong. | - | - | 200 | ||
spt | speeltuin en vissportvoorzieningen | Van Cittersweg ong. | - | - | - | - | |
sr-rev | recreatievereniging | Van Cittersweg ong. | - | - | - | - | |
sr-rec | Recreatiecentrum Alverna | Heumenseweg 226 | 16.2.9 | 2 | - | 285 rw | |
sr-ski | skiberg | Heumenseweg 180 | 16.2.10 | - | - | ||
op | opslag ten behoeve van watersportvereniging | Veerstraat 4 | 42 | - | - | - |
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie-recreatievereniging" (sr-rev) zijn ten dienste van deze functie uitsluitend andere bouwwerken toegestaan, waarvoor het bepaalde in 16.2.7 onder c geldt.
Binnen de bestemming is detailhandel toegestaan, uitsluitend in ondergeschikte vorm en dienstbaar aan de ter plaatse toegestane recreatieve voorzieningen.
Binnen de bestemming is een bedrijfswoning uitsluitend toegestaan indien dit en in het aantal dat in de tabel onder a is aangegeven.
Buitenopslag is niet toegestaan, tenzij dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden.
Parkeren is uitsluitend toegestaan op eigen terrein
Het opwekken van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Uitsluitend is ondersteunende horeca toegestaan, met dien verstande dat:
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 16.4.1.
Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming.
Voor recreatieve voorzieningen geldt het volgende:
Indien en voorzover binnen een bestemmingsvlak een bouwvlak is aangeduid, mogen gebouwen uitsluitend worden opgericht ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak".
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
Aanvullend gelden voor herbouw van een woning de volgende voorwaarden:
Voor de bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen gelden de volgende maatvoeringseisen:
BEDRIJFSGEBOUWEN | MAX. | ||
GOOTHOOGTE | 6 m | ||
BOUWHOOGTE | 10 m |
BEDRIJFSWONING | |||
GOOTHOOGTE | 6 m | ||
BOUWHOOGTE | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ WONING | MAX. | ||
GEZAMENLIJKE OPPERVLAKTE PER WONING | 120 m2; | ||
GOOTHOOGTE | 3 m | ||
BOUWHOOGTE | 6 m |
RECREATIEWONINGEN | MAX | |
GOOTHOOGTE | 3 m | |
BOUWHOOGTE | 7 m | |
OPPERVLAKTE | 66 m2 |
BIJGEBOUW BIJ RECREATIEWONING | MAX | |
GOOTHOOGTE | 2,2 m | |
BOUWHOOGTE | 3 m | |
OPPERVLAKTE | 12 m2 |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
HOOGTE ERFAFSCHEIDINGEN | 2,5 m |
HOOGTE BALLENVANGHEKKEN | 7,5 m |
HOOGTE LICHTMASTEN | 9 m |
HOOGTE OVERIGE BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | 6 m |
In afwijking van het bepaalde in 16.2.6 geldt het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding "volkstuinen" geldt in aanvulling en indien van toepassing, in afwijking van het bepaalde in 16.2 het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie-recreatiecentrum" geldt in aanvulling en indien van toepassing, in afwijking van het bepaalde in 16.2 het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie-skiberg" geldt in aanvulling en indien van toepassing, in afwijking van het bepaalde in 16.2 het volgende:
Uitsluitend zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan die ten dienste staan van de functie "jachthaven".
Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan in de vorm van bedrijfswoningen, clubgebouwen en overige gebouwen.
Per jachthaven is één bedrijfswoning toegestaan. Hiervoor geldt het bepaalde in 16.2.4 en 16.2.6.
Per jachthaven is één clubgebouw toegestaan. Hiervoor geldt het volgende:
Voor overige gebouwen geldt het volgende:
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding "parkeerterrein" geldt het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding "recreatiewoning" geldt in afwijking van het bepaalde in 16.2.6 het volgende:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2.4 teneinde 16.2.6 de toegestane inhoud van de woningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak", per recreatiebedrijf de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2.5 teneinde verplaatsing of herbouw van een woning buiten de bestaande bebouwingscontour of fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de maatvoering zoals die in 16.2 is aangegeven, met dien verstande dat de afwijking niet meer mag bedragen dan 10% van de voorgeschreven hoogte en oppervlakte.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning ter plaatse van de aanduiding "jachthaven" afwijken van:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2.6 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.4.1 onder e voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.4.1 onder g en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het is verboden ter plaatse van de aanduiding "bos" zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 16.6.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 16.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 16.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 16.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 16.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven wat de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning is. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid in overeenstemming dient te zijn met het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het aanleggen van wegen en het aanbrengen van overige verhardingen | de aanleg van wegen en overige verhardingen mogen geen aantasting van de aanwezige natuurwaarden;tot gevolg hebben; hiertoe wordt de terreinbeheerder gehoord; er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de waterhuishouding. |
het egaliseren, vergraven of ophogen van de bodem | het aanwezige reliëf mag niet worden aangetast; de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke- en natuurwaarden. |
het rooien van houtopstanden |
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van de aanwezige landschappelijke en natuurwaarden; |
De voor Sport aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 17.1.1:
Ter plaatse van de onderstaande aanduidingen zijn uitsluitend de bij die aanduiding beschreven activiteit toegestaan:
Aanduiding | Activiteit | Adres | Bestaande bebouwde oppervlakte in m2 | Aantal bedrijfswoningen |
ma | manege | Dorpsstraat Bh ong. | 2700 | |
ma | manege/ nevenactiviteit paardenfokkerij | Akkerweg 8 | 865 | |
ss-ma+ | manege | Heumenseweg 192 | 5700 | |
spv | sportvelden | Dorpsstraat H ong. | - | |
spv | sportvelden | Eindsestraat 43 | 550 | |
spv | sportvelden / dorpshuis / schietbaan | Lagestraat 19 | 760 | |
spv | sportvelden | Oud Woeziksestraat 4 | - | |
spv | sportvelden | Sportlaantje ong | 1265 | |
ss-fc | fietscrossbaan | Sint Jorispad 46 | 140 m² |
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van sport-manege+" is naast het gebruik van de gronden ten behoeve van een manege ook zelfstandige horeca in de vorm van een bowlingcentrum, een bar, een restaurant en een zalencentrum toegestaan.
Het parkeren behorende bij de bestemming vindt op het perceel plaats.
Het opwekken van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 3.6.8.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Indien in een bestemmingsvlak een bouwvlak is aangeduid zijn gebouwen uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak".
Bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan indien dit is aangegeven in de tabel en in het aantal dat is aangegeven in de tabel onder 17.1.2 onder a.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
BEDRIJFSGEBOUWEN |
MIN. | MAX. | |
goothoogte | n.v.t. | bestaand | |
(nok)hoogte | n.v.t. | bestaand | |
afstand zijdelingse perceelsgrens | 5 m | n.v.t. | |
bebouwde oppervlakte | de bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte zoals weergegeven in de tabel onder 17.1.2 sub a. |
BEDRIJFSWONING |
MAX. | ||
goothoogte | 6 m | ||
(nok)hoogte | 10 m |
BIJGEBOUWEN BIJ BEDRIJFSWONING | MAX. |
gezamenlijke oppervlakte per woning | 120 m2; |
goothoogte | 3 m |
(nok)hoogte | 6 m |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte afscheidingen | 2 m |
hoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m |
oppervlakte van carports c.q. overkappingen | 20 m² |
Voor de inhoud van bedrijfswoningen geldt het volgende:
Herbouw van bestaande bedrijfswoningen is, voor zover het de situering van de bedrijfswoning betreft, uitsluitend toegestaan indien en voor zover:
Ter plaatse van de aanduiding "sportveld" zijn, voor zover in de tabel onder 17.1.2 onder a geen bestaande bebouwde oppervlakte in m² is aangegeven, uitsluitend gebouwen in de vorm van kleedgebouwen en kantines toegestaan. Voor deze gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van ondergrondse gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Bouwwerken geen gebouwen zijnde dienen aan de volgende bepalingen te voldoen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.4 en 17.2.5 teneinde de toegestane inhoud van de bedrijfswoningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2 teneinde ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.6, teneinde verplaatsing of herbouw van een bedrijfswoning buiten de bestaande bebouwingscontour of fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de in de regels genoemde hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.4 teneinde de (her)bouw van een bijgebouw toe te staan, terwijl de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij de woning, groter is dan 120 m2, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.4.1 onder d ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding "bouwvlak" overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.4.1 onder e voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.4.1 onder f. en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals groenvoorzieningen, wildbegeleidende en wildbeschermingsvoorzieningen, geluidswerende voorzieningen, parkeervoorzieningen, wandel- en/of fietspaden, openbare nutsvoorzieningen, bermen, wegbeplantingen, sloten.
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken, ten dienste van de bestemming,
Gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen dienen aan het volgende te voldoen:
Het gebouw ten behoeve van opslag dient aan het volgende te voldoen:
De oppervlakte van de kapel mag niet meer bedragen dan 10 m2.
De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 15 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van lichtmasten maximaal 18 m mag bedragen.
De voor Verkeer - railverkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor het railverkeer met de bijbehorende voorzieningen zoals bermen, taluds, overgangen, geluidwerende voorzieningen en beplanting.
Uitsluitend zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming, zoals seinpalen, bovenleidingen, wildbeschermings- en geluidwerende voorzieningen e.d.
In afwijking van het bepaalde in 19.2.1 zijn onderstations en seinhuizen toegestaan.
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en opstallen voor het opslaan, storten of bergen van materialen en producten.
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met de bijbehorende voorzieningen zoals bermen, bruggen, paden,
beschoeiingen e.d. en overeenkomstig de nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving zoals opgenomen in 20.1.1.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 20.1.1:
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "passantenhaven" is een passantenhaven met niet meer dan 20 ligplaatsen toegestaan.
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "woonschepenligplaats" is een woonschepenligplaats toegestaan.
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "aanlegsteiger" zijn aanlegsteigers toegestaan. Het aantal aanlegsteigers mag niet meer dan 2 bedragen en het aantal ligplaatsen mag niet meer bedragen dan in onderstaande tabel is aangegeven:
Adres | Aantal ligplaatsen |
Van Cittersweg 10 (De Batavier) | 350 |
Van Cittersweg 2 (De Hoogeerd) | 110 |
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water-recreatievereniging" (swa-rev) zijn ten dienste van deze functie de volgende voorzieningen toegestaan:
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.
De bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen aan het volgende te voldoen:
Voor een woonschip en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bouwregels:
De voor Wonen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals perceelsontsluitingen, tuinen en erven en overeenkomstig de in 21.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 21.1.1:
Per bestemmingsvlak is maximaal één woning toegestaan, met dien verstande dat:
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten zijn niet toegestaan, behoudens na verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in 21.5.4, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - hoefsmid" een hoefsmederij is toegestaan met een maximum vloeroppervlakte van 80 m2.
Uitsluitend ter plaatse van de onderstaande aanduiding is naast de woonfunctie een aan huis verbonden bedrijf toegestaan met de daarbij behorende voorzieningen, waarbij voor de betreffende activiteit maximaal de in onderstaande tabel aangegeven gebruiksoppervlakte is toegestaan en uitsluitend in bestaande gebouwen:
aanduiding | adres | activiteit | maximale gebruiksoppervlakte in m² |
k | Ravensteinseweg 519 | Kantoor | bestaand |
k | Weideweg 6 | kantoor | bestaand |
sw-gra | Van Balverenlaan 6 | Groepsaccommodatie | bestaand |
atl | Weg door de Berendonck | atelier en expositieruimte | bestaand |
hv | Oud Woeziksestraat 8 | hoveniersbedrijf | 80 |
h | Veerstraat 1 | horeca | 150 |
sw-ht | Veldsestraat 31 | hondentrimsalon | 200 |
De opwekking van duurzame energie is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte functie.
Ter plaatse van de aanduiding "opslag" is inpandige statische opslag toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
met dien verstande dat ter plaatse van adres Hoeveweg 26 inpandige statische opslag is toegestaan tot een oppervlakte van 1440 m².
Uitsluitend ter plaatse van de onderstaande adressen is een bed en breakfast toegestaan:
Flerdestraat 14, Hernen |
Strengstraat 5, Bergharen |
Wethouder Bankestraat 12, Batenburg |
Houtsestraat 2, Balgoij |
hiervoor gelden de volgende regels:
Uitsluitend ter plaatse van het onderstaande adres is een minicamping toegestaan:
Veldsestraat 64 |
Akkerweg 14 |
hiervoor gelden de volgende regels:
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Indien in een bestemmingsvlak een bouwvlak is aangeduid zijn gebouwen uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak", met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - 1" buiten het aangeduide bouwvlak oprichting van bijgebouwen is toegestaan.
Met betrekking tot de maatvoering en situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:
HOOFDGEBOUW VAN DE WONING | MAX. | ||
goothoogte | 6 m; | ||
(nok)hoogte | 10 m; | ||
Inhoud | Zie 21.2.5 |
BIJGEBOUWEN BIJ WONING | MAX. | ||
gezamenlijke oppervlakte per woning | 120 m2, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "maximum bebouwd oppervlak" de aangegeven oppervlakte als maximum voor vrijstaande bijgebouwen geldt; | ||
goothoogte | 3 m | ||
(nok)hoogte | 6 m, tenzij een afwijkende maximum bouwhoogte is toestaan, ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' |
BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE | MAX. |
hoogte erfafscheidingen | 2 m |
hoogte carports c.q. overkappingen | 3 m tenzij een afwijkende maximum bouwhoogte is toestaan, ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' |
oppervlakte van een carport c.q. overkapping | 20 m2 |
hoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | 6 m |
oppervlakte paardenbakken | 1200 m2 tezamen met het deel dat eventueel binnen de agrarische bestemming is gesitueerd |
Aanvullend op de tabel gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - landhuis' afwijkende maatvoeringseisen, zie 21.2.11.
In afwijking van en in aanvulling op het bepaalde in 21.2.3, geldt ter plaatse van de onderstaande aanduidingen het volgende:
Met betrekking tot de inhoud van woningen geldt het volgende:
Aanvullend gelden voor herbouw van bestaande woningen de volgende voorwaarden:
Ter plaatse van de aanduiding "atelier" geldt het volgende:
In afwijking van het bepaalde in 21.2.3 geldt voor zwembaden, niet zijnde een gebouw, dat:
Ondergrondse ruimten (kelders) bij woningen zijn uitsluitend toegestaan in één bouwlaag en mogen uitsluitend worden gesitueerd onder de woning (met inbegrip van aanbouwen, uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen) dan wel tot maximaal 25 m2 buiten de woning, alsmede onder de vrijstaande bijgebouwen.
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - bijenhouderij" geldt het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - landhuis" geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.2.3 teneinde de voorgeschreven goot- en bouwhoogte met 10% van de voorgeschreven hoogte te verhogen.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.2.5 teneinde de toegestane inhoud van de woningen te vergroten, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.2.3 teneinde binnen het bestemmingsvlak de oprichting van 1 kleine windturbine ten behoeve van (aanvullende) stroomverziening op het betreffende perceel mogelijk te maken, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.2.3 teneinde de toegestane bebouwde oppervlakte aan bijgebouwen te vergroten, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 21.2.6 onder b teneinde de voorgevel te kunnen plaatsen buiten de (voormalige) voorgevelrooilijn, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.2.3 voorzover het de maximale goothoogte van bijgebouwen bij de woning betreft, teneinde een maximale goothoogte van 4,5 m aan één zijde te kunnen toestaan ten behoeve van een zgn kapschuur (schuur met ongelijke goothoogte) met dien verstande dan het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen, het gebruiken en/of het laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 21.1.1 onder c teneinde minicampings en de daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 21.1.1 onder c. teneinde een bed & breakfastvoorziening voor maximaal 8 personen in maximaal 4 kamers toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.4 onder a en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 21.4 onder b voor de uitoefening van een aan huis gebonden (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen teneinde het gebruik van de op Flerdeweg 5-7 aanwezige cultuurhistorisch waardevolle vloedschuur (monument) te wijzigen teneinde (verbouw naar) een van de volgende functies toe te kunnen staan:
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Wonen - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals perceelsontsluitingen, tuinen en erven en overeenkomstig de in 22.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 22.1.1:
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een aan huis verbonden beroep toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Aan huis verbonden bedrijfsactiviteiten zijn niet toegestaan, behoudens met toepassing van een omgevingsvergunning als bedoeld in 22.5.2;
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Het bestaande aantal woningen per bouwperceel mag niet worden vergroot.
Voor hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor overige gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor ondergeschikte aan- en/of uitbouwen alsmede bijgebouwen vóór de voorgevelrooilijn, geldt dat:
In afwijking van het bepaalde in 22.2.5 mogen aan- en/of uitbouwen vóór de voorgevelrooilijn tezamen met een overkapping/luifel worden opgericht, waarbij geldt dat:
Voor aan- en/of uitbouwen alsmede bijgebouwen achter de voorgevelrooilijn geldt dat:
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt het volgende:
In afwijking van het bepaalde in 22.2.8 geldt voor zwembaden, niet zijnde een gebouw, dat:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2.3 teneinde de horizontale diepte van het hoofdgebouw te vergroten tot maximaal 60% van de grootste diepte van het bouwperceel met een maximum van 15 m en met dien verstande, dat de afstand tot de achterste grens van het bouwperceel minimaal 3 m bedraagt, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2.7 teneinde aan- en/of uitbouwen alsmede bijgebouwen buiten het bouwvlak te bouwen met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2.3 onder d teneinde de bouwhoogte van het hoofdgebouw te vergroten met 15% van de toegestane hoogte;
met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in het plan voor het afwijken van de voorgeschreven goothoogte, (nok)hoogte, oppervlakte, inhoud en afstand van bouwwerken, dan wel een voorgeschreven bebouwingspercentage, eventueel met overschrijding van de bouwgrenzen, mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2.3 onder g en i voor het toestaan van een gezamenlijke oppervlakte van aan- en/of uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen tot maximaal 75 m², uitsluitend in verband met het gebruik van de aan- en/of uitbouw of het aangebouwde bijgebouw als afhankelijke woonruimte in verband waarmee tevens een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 22.5.1 dient te worden verleend.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2.3 onder h en i voor het toestaan van een gezamenlijke oppervlakte van vrijstaande bijgebouwen bij woningen tot maximaal 75 m², uitsluitend in verband met het gebruik van het vrijstaande bijgebouw als afhankelijke woonruimte in verband waarmee tevens een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 22.5.1 dient te worden verleend. Het bevoegd gezag kan deze omgevingsvergunning uitsluitend verlenen indien er geen sprake is van een samenloop met het bepaalde in 22.3.5.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in het plan:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.4.1 onder a voor het toestaan van het gebruik van aan- uit- of bijgebouwen bij woningen als afhankelijke woonruimte, mits:
Het bevoegd gezag trekt de omgevingsvergunning in, indien de ten tijde van het verlenen van de omgevingsvergunning bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.4 onder b, voor de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijfsactiviteit, met in achtneming van de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 21.1.2 onder f teneinde als nevenactiviteit bij een woning, bed & breakfast voorzieningen e.d., in een grotere omvang toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen met toepassing van artikel 3.6, lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, het plan wijzigen teneinde de bouwwijze van woningen te wijzigen met inachtneming van de volgende voorwaarden:
De voor Wonen - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor
een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals perceelsontsluitingen, tuinen en erven.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 23.1.1:
a. Wonen
Ter plaatse van de bestemming Wonen - 3 zijn wooneenheden toegestaan in de vorm van reguliere woningen en in de vorm van woonwagens met bijbehorende standplaatsen.
b Aan huis verbonden beroep
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de wooneenheid en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte beroepsactiviteit aan huis toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Uitsluitend zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.
Met betrekking tot de maatvoering en situering van gebouwen gelden de volgende regels:
Met betrekking tot de maatvoering en situering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde in 23.2.3 geldt voor zwembaden, niet zijnde een gebouw, dat:
Ondergrondse ruimten (kelders) bij wooneenheden zijn uitsluitend toegestaan in één bouwlaag en mogen uitsluitend worden gesitueerd onder de wooneenheid (met inbegrip van aanbouwen, uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen) dan wel tot maximaal 25 m2 buiten de wooneenheid, alsmede onder de vrijstaande bijgebouwen.
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 23.3.1 onder c en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De voor Leiding - Gas aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een gastransportleiding;
één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Binnen deze dubbelbestemming zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan ten behoeve van deze dubbelbestemming.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 24.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende hoofdbestemming toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de leiding, alsmede uit oogpunt van externe veiligheid geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 24.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden:
De in 24.4.1 genoemde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien en voor zover door de werken en werkzaamheden geen veiligheidsrisico's ontstaan en de leidingen niet worden aangetast. Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in 24.4.1 wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor Leiding - Hoogspanningsverbinding aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor aanleg en instandhouding van een bovengrondse hoogspanningsverbinding;
één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Binnen deze dubbelbestemming zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 25.1 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende hoofdbestemming toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de leidingen geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 25.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden:
De in 25.4.1 genoemde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien en voor zover door de werken en werkzaamheden geen veiligheidsrisico's ontstaan en de leidingen niet worden aangetast. Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in 25.4.1 wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor Leiding - Riool aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor aanleg en instandhouding van een rioolpersleiding, één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Binnen deze dubbelbestemming zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan ten behoeve van deze dubbelbestemming.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 26.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende hoofdbestemming toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de leiding geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 26.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden:
De in 26.4.1 genoemde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien en voor zover door de werken en werkzaamheden geen veiligheidsrisico's ontstaan en de leidingen niet worden aangetast. Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in 26.4.1 wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor Waarde - Archeologie 1 aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud en bescherming van waardevolle verwachte archeologische informatie in de bodem. Het gaat hierbij om AMK terreinen, archeologische vindplaatsen en oude woongronden, inclusief een zone van 50 m rondom deze gebieden.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Onverminderd het in de Monumentenwet bepaalde is het verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het onder 27.3.1 opgenomen verbod geldt niet:
Overeenkomstig het in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht bepaalde kan het bevoegd gezag de omgevingsvergunning onder beperkingen verlenen en kunnen zij voorschriften aan de omgevingsvergunning verbinden, waaronder de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen, teneinde de dubbelbestemming Waarde - Archeologie 1 geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van aanvullend en/of definitief archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken gronden geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
De voor Waarde - Archeologie 2 aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud en bescherming van waardevolle verwachte archeologische informatie in de bodem. Het gaat hierbij om gebieden met een hoge archeologische verwachting.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Onverminderd het in de Monumentenwet bepaalde is het verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het onder 28.3.1 opgenomen verbod geldt niet:
Overeenkomstig het in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht bepaalde kan het bevoegd gezag de omgevingsvergunning onder beperkingen verlenen en kunnen zij voorschriften aan de omgevingsvergunning verbinden, waaronder de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen, teneinde:
De voor Waarde - Archeologie 3 aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud en bescherming van waardevolle verwachte archeologische informatie in de bodem. Het gaat hierbij om gebieden met een middelhoge archeologische verwachting.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Onverminderd het in de Monumentenwet bepaalde is het verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het onder 29.3.1 opgenomen verbod geldt niet:
Overeenkomstig het in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht bepaalde kan het bevoegd gezag de omgevingsvergunning onder beperkingen verlenen en kunnen zij voorschriften aan de omgevingsvergunning verbinden, waaronder de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen, teneinde:
De voor Waarde - Beschermd stadsgezicht aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, beheer en hestel van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van het beschermde stadsgezicht.
Binnen deze dubbelbestemming geldt voor bouwwerken het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van:
mits, er geen sprake is van een onevenredige aantasting van het behoud, beheer en herstel van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van het beschermde stadsgezicht.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 30.3.1 wordt niet verleend dan nadat het bevoegd gezag de monumentencommissie om advies hebben gevraagd. Het advies wordt bij het besluit omtrent de omgevingsvergunning betrokken.
De voor Waarde - Waardevolle boom aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de instandhouding van de waardevolle bomen.
Het is verboden op of in de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het onder 31.2.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 31.2.1. bedoelde vergunning kan slechts worden verleend indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de vitaliteit van de waardevolle boom niet wordt aangetast.
De voor Waterstaat - Bergend rivierbed aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de berging van water.
Op de in 32.1 bedoelde gronden zijn geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde indien dit voor de veiligheid en/of de berging van water noodzakelijk is.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 32.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde toe te staan ten behoeve van deze bestemming en de hoofdbestemming, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van het bergend rivierbed wordt voldaan aan de volgende algemene voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen, om overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening de grenzen van deze dubbelbestemming te wijzigen of deze dubbelbestemming te verwijderen indien dit uit oogpunt het waterbelang noodzakelijk is.
De voor Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de afvoer van rivierwater uit de Maas, en overeenkomstig de in 33.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 33.1.1: het bouwen is uitsluitend toegestaan na verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in 33.4.1 .
Op de primair tot “Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed" bestemde gronden zijn geen gebouwen en geen andere bouwwerken toegestaan, met uitzondering van de bestaande gebouwen en bestaande andere bouwwerken.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde indien dit voor de veiligheid en/of de afvoer van rivierwater noodzakelijk is.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 33.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toe te staan ten behoeve van deze bestemming en de hoofdbestemming toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van het stroomvoerend rivierbed wordt voldaan aan de volgende algemene voorwaarden:
Voor de in 33.1.2 onder a, sub c genoemde activiteiten geldt voorts de aanvullende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen, om overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 sub c van de Wet ruimtelijke ordening de grenzen van deze dubbelbestemming te wijzigen of deze dubbelbestemming te verwijderen indien dit uit oogpunt het waterbelang noodzakelijk is.
De voor Waterstaat - Waterkering aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en/of bescherming van de waterkering alsmede voor de instandhouding en versterking van de landschappelijke en cultuurhistorische waarde van de dijk.
Gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken het bepaalde in 34.2 teneinde het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de waterkering geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt voor de verlening van de omgevingsvergunning door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de beheerder van de waterkering.
Het is verboden zonder of in afwijking van een aanlegvergunning op de in deze bestemming bedoelde gronden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het onder 34.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 34.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de functie van de waterkering.
Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld in 34.4.1 winnen burgemeester en wethouders advies in bij de beheerder van de waterkering omtrent de vraag of door het verlenen van de aanlegvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de functie van de waterkering, en welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 0,75 m bedraagt.
Bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die zijn opgericht in overeenstemming met de Woningwet of Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, maar waarvan de maatvoering afwijkt van de bouwregels van dit bestemmingsplan, zijn toegestaan in de bestaande maatvoering.
Ter plaatse van de aanduiding "milieuzone-hydrologische beschermingszone" geldt ter bescherming van de waterhuishoudkundige situatie en de voorkomende natuurwaarden, het volgende:
Het is verboden om zonder een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het in a vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
De in a genoemde omgevingsvergunning wordt alleen verleend indien door die werken en/of werkzaamheden of door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen de waterhuishoudkundige situatie niet onevenredig wordt of kan worden aangetast.
Alvorens te beslissen over een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in a hoort het bevoegd gezag het ter plaatse bevoegde waterstaatsgezag.
Ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone-molenbiotoop 1 tot en met 4" geldt ten behoeve van het behoud, beheer en herstel van de cultuurhistorische waarden van de molen, het volgende:
Onverminderd het bepaalde in deze regels met betrekking tot het bouwen bepaalde:
Ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone-molenbiotoop 1":
maximale bouwhoogte = X / 50 + 2,5
Ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone-molenbiotoop 2":
maximale bouwhoogte = X / 75 + 2,5
Ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone-molenbiotoop 3":
maximale bouwhoogte = X / 50 + 3,06
Ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone-molenbiotoop 4":
maximale bouwhoogte = X / 50 + 2,81
in welke formule voorstelt:
X: de afstand in meters vanaf het obstakel tot de wieken van de molen;
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in a teneinde het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemmingen toe te staan, mits de hierdoor hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en het toekomstige functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering, de waarde van de molen als landschapselement en de cultuurhistorische waarde, niet onevenredig in gevaar kan worden gebracht. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij een terzake deskundige.
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten voeren:
Het onder a vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De onder a bedoelde werken of werkzaamheden zijn toelaatbaar, indien door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en/of toekomstig functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering, de waarde van de molen als landschapselement en de cultuurhistorische waarde, niet onevenredig in gevaar kan worden gebracht. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij een terzake deskundige.
De aanduiding 'geluidzone - industrie' als vervat in het bestemmingsplan 'Buitengebied Wijchen' vervalt en wordt vervangen door de aanduiding 'geluidzone - industrie' als vervat in dit bestemmingsplan.
Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - lpg" is het verboden kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten op te richten.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "veiligheidszone - lpg" te wijzigen in die zin dat:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning toestemming verlenen voor de plaatsing van een antennemast voor mobiele telecommunicatie, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in 39.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in 39.1.1 met maximaal 10 %.
Het bepaalde in 39.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in 39.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in 39.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het bepaalde in 39.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
De natuurlijke personen die de bestaande gebruikers van de recreatiewoningen zoals opgenomen in 39.3.3 permanent zijn, mogen de permanente bewoning van deze recreatiewoningen doorzetten.
Het gebruik van recreatiewoningen ten behoeve van permanente bewoning zoals bedoeld in 39.3.1 mag niet mag worden vergroot.
In de onderstaande tabel is aangegeven:
Adres | Bestaande gebruikers |
Wighenerhorst 5 | de heer P.C. Rosbergen mevrouw Y.F.M. Rosbergen-Lepoutre |
Wighenerhorst 6 | mevrouw A. Baars mevrouw M.F. Ament |
Wighenerhorst 11 | de heer A. Hegmans mevrouw M.W. Hegmans-Meijer |
Wighenerhorst 16 | de heer J.W.C. van Rijswijk mevrouw C.M. Degen |
Wighenerhorst 19 | de heer M.F.F. Kramer |
Wighenerhorst 21 | de heer M.C.A. Krijgsman |
Wighenerhorst 23 | mevrouw J.T.W. Jansen de heer H.J.P. Welling |
Wighenerhorst 26 | de heer J.H. Berends mevrouw M.E. Berends-Verhoek |
Wighenerhorst 27 | de heer M.F.W. Laurant mevrouw E.L.M. Aarts |
Wighenerhorst 31 | de heer W.M. Bartels mevrouw E.M. Bartels-Thijssen |
Wighenerhorst 32 | mevrouw A.W. H. van de Westelaken-Knuiman de heer C.A.C.M. van de Westelaken |
Wighenerhorst 33 | mevrouw J.G. Melchers-Aarts |
Wighenerhorst 34 | de heer L.J.M. Verwaayen mevrouw A.D. Verwaayen-Cobussen |
Wighenerhorst 35 | de heer J. van Toor mevrouw M.H.F. van Toor-Etman |
Wighenerhorst 36 | de heer H.G. Vos mevrouw J.C.H. van der Wee |
Wighenerhorst 37 | de heer K.L. Nouws |
Wighenerhorst 38 | de heer G.T. van Hout mevrouw M.G.H.P. van Hout-Verbruggen |
Wighenerhorst 40 | de heer H.C.M. Marinussen mevrouw J.C.A.M. Marinussen-Rikken |
Wighenerhorst 41 | de heer J.A. Verwaijen mevrouw M.J.G. Verwaijen-Fijn |
Wighenerhorst 42 | de heer B.T. Hendriks mevrouw L.A.M. Hendriks-Nabuurs |
Wighenerhorst 43 | mevrouw G.J.A. Slootmans-van den Hooge |
Wighenerhorst 44 | de heer G.W.M. Spoorenberg mevrouw J.H. Spoorenberg-van Brink |
Wighenerhorst 47 | mevrouw J.M. van Hoorn-Arts de heer J.P. van Hoorn |
Wighenerhorst 48 | de heer W.L. Cobussen mevrouw H.J. Cobussen-Smits |
Wighenerhorst 50 | mevrouw B.T.J. Rump-van de Water de heer W.T.A. Rump |
Wighenerhorst 51 | de heer E.S.M. van Houts |
Wighenerhorst 52 | mevrouw R. van Toor |
Wighenerhorst 53 | mevrouw M.I. de Waal |
Wighenerhorst 55 | mevrouw G. Lips |
Wighenerhorst 56 | mevrouw A.P. Verwayen mevrouw E.F. van Haften |
Wighenerhorst 59 | de heer B.F. Schook mevrouw A.J.M. Schook-Langes |
Wighenerhorst 60 | de heer B. de Rooij mevrouw A.M. de Roon |
Wighenerhorst 61 | de heer P.P.M. Dinnissen |
Wighenerhorst 66 | de heer H.B. Schook mevrouw A.J.M. Schook-van Boekel |
Wighenerhorst 69 | de heer B.J. Aalders mevrouw A.G. Aalders-Elbers |
Wighenerhorst 70 | de heer J.G. Letteboer mevrouw A. Letteboer-Tzortini |
Wighenerhorst 72 | de heer R. van Werven |
Wighenerhorst 73 | de heer A.J.T. Pelser mevrouw M.L.C. Pelser-van Helvoort |
Wighenerhorst 74 | de heer A.E.M. van den Berg |
Wighenerhorst 75 | de heer R.A.L. Plones mevrouw N.A.G.H. Plones-Loeffen |
Wighenerhorst 77 | de heer M.A. Jansen mevrouw G.M.A. Jansen-de Grijs |
Wighenerhorst 78 | de heer C.W.H. van Dreumel |
Wighenerhorst 79 | de heer J.C.P. Strik |
Wighenerhorst 80 | de heer J.I.T. van Sommeren |
Wighenerhorst 81 | de heer J.H.A.M. de Grijs |
Wighenerhorst 82 | mevrouw H. Gezina van Tuijn-Tammes |
Wighenerhorst 83 | mevrouw M.J.H. Weustink |
Wighenerhorst 84 | de heer G.P.M. jansen |
Wighenerhorst 85 | mevrouw A.M.H. Aalders-van Embden de heer T.M. Aalders |
Wighenerhorst 92 | mevrouw D.M. Companjen |
Wighenerhorst 95 | de heer W.J.H.M. van der Leij de heer M.H. Pennings |
Wighenerhorst 96 | de heer C.H.W. van Rooy mevrouw S.P.F. van Rooy-Hermsen |
Wighenerhorst 100 | mevrouw V.M.G. Ekstijn de heer J.W.T. de Jong |
De natuurlijke personen die de bestaande gebruikers van de bouwwerken zoals opgenomen in 39.3.6, zijn, mogen dit gebruik doorzetten.
Het gebruik zoals omschreven in 39.3.6 mag niet mag worden vergroot.
In de onderstaande tabel is aangegeven:
adres | bestaande gebruiker(s) | gebruik |
Hoogvonderweg 17 | de heer T.J.P. Cornelissen mevrouw S.L. Cornelissen-Toonen |
de bouw en het gebruik van een paardenstal met een oppervlakte van 70 m²; |
Weg door de Berendonck 59 | de heer W.S.T. Vos mevrouw H.F.L. Straten de heer D.T.A. Vos mevrouw M.W.M. Vos |
het gebruik van de garage / werkruimte inclusief portaal voor bewoning |
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Geconsolideerde versie Buitengebied en herziening 2014.