direct naar inhoud van Artikel 15 Maatschappelijk
Plan: Buitengebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0289.0025BpBuitengebied-ONHE

Artikel 15 Maatschappelijk

15.1 Bestemmingsomschrijving
15.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke functies;
  • b. tuinen, erven en verhardingen;'
  • c. het behoud en herstel van waarden, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - 6';
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. water en waterhuishoudkundige doeleinden;

met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen waaronder de opwekking van duurzame energie in de vorm van windenergie en zonne-energie alsmede warmte-koude opslag; en een en ander overeenkomstig de in 15.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

15.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 15.1.1:

a Figuur 'relatie'

Indien blijkens de aanduiding 'relatie' sprake is van een koppeling van twee bestemmingsvlakken dan zijn hierop de bepalingen met betrekking tot een enkel bestemmingsvlak van toepassing.

b Toegestane maatschappelijke functies

Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de bedrijven genoemd in de navolgende tabel, en maximaal één bedrijf per bestemmingsvlak:

Afkorting   Aanduiding   Type maatschappelijke functies   Adres   Goothoogte (m)   Bouwhoog te (m)   Bebouwingspercentage/ bebouwde oppervlakte  
(sm-1)   specifieke vorm van maatschappelijk - 1   begraafplaats   Buissteeg 2     8    
(sm-2)   specifieke vorm van maatschappelijk - 2   dierenasiel, dierenziekenhuis   Keijenbergseweg 18/20     7   15%  
(sm-3)   specifieke vorm van maatschappelijk - 3   verpleeghuis, verzorgingshuis, asielzoekerscentrum   Keijenbergseweg 10/10a/12     10   40%
 
(sm-4)   specifieke vorm van maatschappelijk - 4   verpleeghuis, verzorgingshuis, waarbij de bedrijfswoning bestaat uit een complex voor verplegenden   Hartenseweg 50     15   35%  
(sm-5)   specifieke vorm van maatschappelijk - 5   scouting   Geertjesweg ong.     6   400 m2  
(sm-6)   specifieke vorm van maatschappelijk - 6   verpleeghuis, verzorgingshuis, waarbij één van de bedrijfswoningen bestaat uit een complex voor verplegenden   Kortenburg 4/10/12     15    
(sm-8)   specifieke vorm van maatschappelijk - 8   sociale, culturele, educatieve, ambachtelijke en creatieve activiteiten, alsmede beperkte bewoning tot een vloeroppervlakte van maximaal 200 m2   Aan de Rijn 5   4      
(sm-9)   specifieke vorm van maatschappelijk - 9   ziekenhuis   Scheidingslaan (Pieter Pauwlokatie)     17   50%  
(sm-10)   specifieke vorm van maatschappelijk - 10   scouting   Zwarteweg ong     2,7    

 

c Gebiedswaarden

Gestreefd wordt naar behoud en herstel van gebiedswaarden, te weten:

  • 1. Landschappelijke waarden bestaande uit:
    • a. landschappelijke inpassing, onderdeel uitmakend van een groot aaneengesloten groen gebied;
    • b. unieke aardkundige kwaliteiten (reliëf en bodem);
  • 2. Natuurwaarden bestaande uit:
    • a. onderdeel uitmakend van het grootschalig samenhangende bos- en natuurgebied waarbinnen uitwisseling van planten en dieren mogelijk is.
d Bedrijfswoning

Per bestemmingsvlak is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat:

  • 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' niet meer dan het aantal aangegeven bedrijfswoningen zijn toegestaan;
  • 2. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten', geen bedrijfswoning is toegestaan.
e Waterhuishoudkundige doeleinden

De gronden binnen een strook van 4 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als zodanig met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.

15.2 Bouwregels
15.2.1 Algemeen

Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.

15.2.2 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
  • b. voor de bebouwde oppervlakte geldt het volgende:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage %' geldt dat het bebouwingspercentage niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage %' met deze aanduiding is aangegeven;
    • 2. indien er in de tabel in 15.1.2 onder b een maximum bebouwde oppervlakte of bebouwingspercentage is opgenomen, dan bedraagt de bebouwde oppervlakte niet meer dan de in de tabel in 15.1.2 onder b opgenomen oppervlakte in vierkante meters of het opgenomen bebouwingspercentage per bouwvlak;
    • 3. indien geen sprake is van de situatie als bedoeld onder 1. of 2., dan geldt dat het gehele bouwvlak mag worden bebouwd;
  • c. de goothoogte bedraagt niet meer dan de in 15.1.2 onder b opgenomen goothoogte;
  • d. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan de in 15.1.2 onder b opgenomen bouwhoogte.
15.2.3 Bedrijfswoning

Voor een bedrijfswoning gelden de volgende aanvullende bepalingen:

  • a. de goothoogte bedraagt niet meer dan 6 m;
  • b. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 10 m;
  • c. de inhoud bedraagt niet meer dan 600 m3.
15.2.4 Bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoning

Voor bijgebouwen en overkappingen bij een bedrijfswoning gelden de volgende aanvullende bepalingen:

  • a. er zijn maximaal 3 bijgebouwen per bedrijfswoning toegestaan;
  • b. de goothoogte bedraagt niet meer dan 3 m;
  • c. de bouwhoogte van carports en overkappingen bedraagt niet meer dan 3 m;
  • d. de gezamenlijke bebouwde oppervlakte bedraagt niet meer dan 50 m2.
15.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde overkappingen, geldt dat de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 2 m.

15.2.6 Herbouw

Aanvullend gelden voor herbouw van een bedrijfswoning de volgende voorwaarden:

  • a. de herbouw vindt grotendeels plaats op de (voor zover aanwezig) bestaande fundamenten van de bedrijfswoning;
  • b. de voorgevel van de te herbouwen bedrijfswoning wordt geplaatst in de (voormalige) voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning;
  • c. de bouwwijze (d.w.z. vrijstaand, halfvrijstaand of aaneengebouwd) van de te herbouwen bedrijfswoning wijkt niet af van de bouwwijze van de oorspronkelijke bedrijfswoning.
15.3 Afwijken van de bouwregels
15.3.1 Omgevingsvergunning herbouw

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 15.2.6, teneinde verplaatsing of herbouw van een bedrijfswoning buiten de bestaande bebouwingscontour of fundamenten toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:

  • a. Er dient op enig punt aansluiting plaats te vinden op de bestaande funderingen; dit betekent dat de nieuwe situering van de te herbouwen bedrijfswoning in ieder geval dient aan te sluiten op de voormalige situering.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a. is het toegestaan de bedrijfswoning volledig buiten de bestaande fundamenten of bebouwingscontour te situeren, indien dit vanuit oogpunt van verkeersveiligheid noodzakelijk is.
  • c. De nieuwe situering van de bedrijfswoning is stedebouwkundig en milieukundig aanvaardbaar.
  • d. Door de herbouw wordt het landelijk karakter niet onevenredig aangetast.
  • e. De belangen van in de omgeving aanwezige functies en waarden mogen niet onevenredig worden geschaad.
15.4 Specifieke gebruiksregels
15.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval begrepen het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:

  • a. bewoning en zelfstandige wooneenheden.
15.5 Wijzigingsbevoegdheid
15.5.1 Wijziging in bestemming Wonen

Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen in de bestemming Wonen en zonodig naar de bestemming Agrarisch met waarden, Agrarisch met waarden - Natuur en landschap, mits aan de volgende bepalingen wordt voldaan:

  • a. uitsluitend de bestaande bedrijfswoning mag worden gebruikt als burgerwoning;
  • b. de omvang van het bestemmingsvlak voor Wonen wordt afgestemd op de functie en is doorgaans kleiner dan het bestemmingsvlak voor het niet-agrarisch bedrijf; voor de gronden die niet binnen het bestemmingsvlak Wonen vallen, wordt de omliggende agrarische bestemming Agrarisch met waarden danwel Agrarisch met waarden - Natuur en landschap toegekend;
  • c. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving;
  • d. overtollige bebouwing wordt gesloopt met uitzondering van monumentale;
  • e. de functieverandering wordt ingepast in het omringende landschap. Hiertoe wordt een erfinrichtingsplan overlegd;
  • f. de functieverandering moet bijdragen aan de verbetering van de ruimtelijke en economische vitaliteit door middel van sloop van bebouwing al dan niet in combinatie met verbetering van publieke functies zoals natuurontwikkeling, bijdragen aan recreatieve routes of waterberging op plaatsen waar dit wenselijk is;
  • g. in geval van vrijgekomen gebouwen van een stoppend bedrijf dient de milieuvergunning te zijn ingetrokken;
  • h. de wijziging mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de waarden beschreven in de omliggende agrarische bestemming;
  • i. de regels van Artikel 21 Wonen worden van overeenkomstige toepassing verklaard.