Plan: | Buitengebied, uitbreiding Boomkwekerij Haarman, Rijksstraatweg 212 te Teuge |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0285.20180-VS00 |
het bestemmingsplan Buitengebied, uitbreiding Boomkwekerij Haarman, Rijksstraatweg 212 te Teuge met identificatienummer NL.IMRO.0285.20180-VS00 van de gemeente Voorst.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij horende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waarvoor ingevolge dit bestemmingsplan regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
recreatie, cultuur, educatie, detailhandel in lokaal geproduceerde producten, horeca in categorie 1a van de Staat van Horeca-activiteiten en ambachtelijke functies die een sterke link hebben met het platteland.
het door de bewoner(s) verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van - geheel of overwegend door middel van handwerk uit te oefenen - bedrijvigheid, niet zijnde detailhandel uitgezonderd verkoop via internet, die in een woning en/of overige gebouwen worden of wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en die een ruimtelijke uitstraling hebben of heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is. Onder een aan-huis-verbonden bedrijf wordt verstaan een bedrijf dat is opgenomen in categorie 1 en 2 van de bij dit plan behorende standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten.
een (para)medisch, juridisch, administratief, therapeutisch, ontwerptechnisch, adviesgevend of daarmee gelijk te stellen dienstverlenend beroep, niet zijnde detailhandel uitgezonderd verkoop via internet, dat door de bewoner(s) in een woning en/of overige gebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is.
een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren.
agrarisch beheer met inachtneming van het behouden van natuur- en landschapswaarden, zoals weidevogelbeheer, randenbeheer, slootkantenbeheer en dergelijke.
een door het bevoegd gezag aan te wijzen onafhankelijk deskundige of commissie van deskundigen inzake archeologie.
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op de teelt van gewassen op open grond, daaronder niet begrepen sier-, fruit- en bollenteelt, boomkwekerij en bosbouw.
bouwwerk, geen gebouw zijnde.
een kleinschalige overnachtingsaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt, die uitsluitend wordt uitgevoerd door de bewoner(s) van de (bedrijfs)woning en waarbij de bed & breakfast over maximaal twee van de drie essentiële woonvoorzieningen, te weten douche/bad, wc en keuken(blok), beschikt en met dien verstande dat de (bedrijfs)woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt.
een of meer gebouwen en/of andere bouwwerken.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren, inzamelen, verwerken, verhuren, opslaan en/of distribueren van goederen.
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
1. met betrekking tot bebouwing:
de bebouwing als aanwezig ten tijde van inwerkingtreding van het plan, voor zover niet in strijd met het toen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan, en bebouwing waarvoor ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpplan reeds een bouwvergunning c.q. omgevingsvergunning was verleend;
2. met betrekking tot gebruik:
het gebruik ten tijde van inwerkingtreding van het plan, voor zover niet in strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op de teelt van bloembollen in samenhang met de teelt van bolbloemen.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op het telen van bomen al dan niet gecombineerd met de verhandeling daarvan.
plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en andere bouwwerken zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
al dan niet aangebouwd gebouw dat ten dienste van het wonen wordt gebruikt en waarin niet wordt gewoond.
de waarden die een gebied ontleent aan zijn door vroegere cultuur-, bodembewerkings- of levenspatronen ontstane verschijningsvorm of eigenschappen, of in of op de bodem voorkomende overblijfselen van die patronen.
activiteiten gericht op ontspanning in de vrije tijd zoals sport en spel, natuurbeleving, amusement en uitstapjes, die uitsluitend plaatsvinden binnen een tijdsbestek van een dag, zonder overnachting en waartoe tevens kleinschalige horeca-activiteiten worden gerekend.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de opslag, de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten welke bestaan uit het verlenen van diensten aan derden met of zonder rechtstreeks contact met het publiek.
een verzamelnaam voor vormen van hernieuwbare energie die verkregen wordt uit andere dan fossiele brandstoffen. Hieronder wordt onder andere begrepen energie die uit wind, stromend water, zonnestraling en aardwarmte wordt verkregen, maar ook energie die vrijkomt bij verwerking van afval (vooral verbranding) of biomassa.
niet-gemotoriseerde recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen en natuurobservatie.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op de teelt van fruit op open grond.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op de teelt van gewassen (nagenoeg) geheel met behulp van kassen.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op het houden van melk- en ander vee (nagenoeg) geheel op open grond, inclusief professionele productiegerichte paardenhouderijen.
het verplaatsen van een intensieve veehouderij naar een bestaand agrarisch bouwvlak, waarbij de verplaatsing gepaard gaat met omschakeling naar de intensieve veehouderij op dat bouwvlak.
het niet bedrijfsmatig gebruiken van gronden voor het hobbymatig houden van ten hoogste 7 paarden.
een intensieve veehouderij is een agrarisch bedrijf of dat deel van een agrarisch bedrijf waar tenminste 250 m² aan bedrijfsvloeroppervlak aanwezig is dat gebruikt wordt als veehouderij volgens de Wet milieubeheer, waar geen melkrundvee, schapen, paarden of dieren biologisch gehouden worden (conform artikel 2 van de landbouwkwaliteitswet) en waar geen dieren gehouden worden uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van natuurbeheer.
niet als een bouwwerk aan te merken vouwwagens, kampeerauto's, caravans, tenten of hiermee gelijk te stellen onderkomens, die bestemd zijn voor recreatief verblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
bouwwerken van glas of ander lichtdoorlatend materiaal ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering met een hoogte van 1,5 m of meer.
voorzieningen, zoals aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken, ten behoeve van activiteiten, zoals wandelen, fietsen, vissen, zwemmen, kanoën en natuurobservatie.
een kampeerterrein voor ten hoogste 25 kampeermiddelen, niet zijnde stacaravans.
de opslag van kuilvoer op kuilvoerplaten (uitsluitend verharding) en sleufsilo's (verharding omringd door drie wanden zonder dak).
de waarden die een gebied ontleent aan zijn visueel waarneembare verschijningsvorm, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur.
langdurige zorg die buiten organisatorisch verband wordt geboden aan een ieder die op fysiek, psychisch en/of verstandelijk vlak hulpbehoevend is en waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie.
een reservoir, niet zijnde een bouwwerk, bestemd voor het bewaren van dunne mest, dat niet geheel of gedeeltelijk is gelegen onder een stal.
een bouwwerk voor het bewaren van dunne mest, dat niet geheel of gedeeltelijk is gelegen onder een stal.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna.
een functie die in ruimtelijk, functioneel en/of inkomensverwervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de op de in dit bestemmingsplan toegestane hoofdfunctie op een bestemming.
verblijfsrecreatie waarbij uitsluitend van seizoensgebonden standplaatsen voor kampeermiddelen gebruik wordt gemaakt.
nieuwvestiging is het oprichten van een nieuw agrarisch bouwvlak op een perceel waar voorheen nog geen agrarische bebouwing was toegestaan.
het onderhoud of gebruik dat, gelet op de bestemming, noodzakelijk is voor een goed beheer, behoud en gebruik van de gronden en gebouwen die tot de betreffende bestemming behoren.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
niet-overdekte rijbaan voorzien van al dan niet natuurlijk bodemmateriaal en al dan niet voorzien van hekwerk ten behoeve van (hobbymatig) paardrijden.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op het fokken van paarden met daaraan ondergeschikt de verkoop van gefokte paarden en het houden van paarden ten behoeve van de fokkerij; onder paardenfokkerij wordt niet verstaan paardenstalling en manege.
te onderscheiden in:
activiteiten die in de vrije tijd plaatsvinden en ontspanning als doel hebben.
extensieve vormen van dagrecreatie, zoals wandelen, fietsen en paardrijden, inclusief naar de aard en omvang daartoe behorende voorzieningen, waarbij de recreatievorm geen specifiek beslag legt op de ruimte.
een gedeelte van een terrein bestemd voor de plaatsing van een kampeermiddel, inclusief bij het kampeermiddel behorende ondergeschikte onderkomens, zoals bijzettenten, uitsluitend gedurende het zomerseizoen.
een vorm van een agrarisch bedrijf gericht op de teelt van tuin- en potplanten en/of bomen, al dan niet met behulp van kassen en al dan niet gecombineerd met de handel in deze gewassen.
de Staat van Horeca-activiteiten die van deze regels deel uitmaakt.
een gebouw dat in zijn geheel kan worden verplaatst en is bestemd voor recreatief verblijf, waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels deel uitmaakt.
teeltondersteunende voorzieningen (niet zijnde teeltondersteunende kassen of boomteelthekken) die maximaal 6 maanden op dezelfde locatie gebruikt mogen worden waaronder worden verstaan folies, insectengaas, acryldoek, vraatnetten, tunnels tot 0,5 m, hagelnetten, regenkappen, wandelkappen en schaduwhallen.
recreatieverblijf in de vorm van een eenvoudig gebouw zonder essentiële woonvoorzieningen, dat dient als recreatief verblijf waarvan de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
vormen van recreatie waarbij minimaal één overnachting plaatsvindt.
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 1, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
zie (bedrijfs)woning.
de periode van 15 maart tot en met 31 oktober.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling en de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn. Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, liftschachten, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van de overstekenende delen niet meer dan 0,7 m bedraagt.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksoppervlakte volgens het Bouwbesluit.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
max. inhoud/ oppervlak |
max. goothoogte | max. bouwhoogte | |||
bedrijfswoning (per woning) | 750 m³ | 4 m | 10 m | ||
bedrijfsgebouwen ten behoeve van een glastuinbouwbedrijf (niet zijnde teeltondersteunende kassen) en kassen ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | 1.000 m² | 6 m | 12 m | ||
overige bedrijfsgebouwen en andere bouwwerken | volledig bouwvlak | 6 m | 12 m | ||
kassen ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw' | 7000 m2 | 6 m | 12 m |
max. bouwhoogte | max. inhoud/ oppervlakte | ||
water- en mestsilo | 10 m | ||
straatmeubilair (lichtmasten, gebods- en verbodsborden, verkeerslichtinstallaties) | 12 m | - | |
paardenbak | 1,5 m | 800 m² | |
vlaggenmasten | 8 m | - | |
erf- of terreinafscheidingen binnen een bouwvlak | 2 m | - | |
erf- of terreinafscheidingen buiten een bouwvlak | 1 m | - | |
windturbines (turbi's) (ten hoogste 1 per bouwvlak) | 15 m | ||
overige andere bouwwerken | 3 m | - |
met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de aard van de verlichting bij paardenbakken waarbij eisen gesteld worden aan de uitstralingsrichting van het licht zodat de effecten op de omgeving beperkt worden.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.1 onder b om een tweede bedrijfswoning toe te staan indien een tweede bedrijfswoning noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.2 om paardenbakken, kuilvoeropslag, water in waterbassins en mestopslag in een mestbassin ook buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.1 om de maximum oppervlakte van paardenbakken te vergroten met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.1 om het maximum oppervlak aan teeltondersteunende kassen te vergroten met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.2 om lage permanente en tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen ten behoeve van boomteelt en overige kwekerijen en tuinderijen buiten het bouwvlak, mits aansluitend aan het bouwvlak, toe te staan met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.1 om een hogere maximale goot- en bouwhoogte van bedrijfsgebouwen toe te staan, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.2 om silo's en hooibergen toe te staan van met een bouwhoogte van maximaal 15 m, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.2.1 om het bebouwingspercentage voor uitbreiding van bedrijfsgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - klein agrarisch bedrijf' van 15% te verhogen naar maximaal 40% indien wettelijke bepalingen in het kader van dierenwelzijn en diergezondheid dit noodzakelijk maken.
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Gronden en bouwwerken mogen overeenkomstig de bestemmingsomschrijving worden gebruikt onder de voorwaarde dat binnen 3 jaar na verlening van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen voor de bedrijfsgebouwen, uitvoering is gegeven aan de aanleg en instandhouding van de landschapsmaatregelen, conform het in bijlage 1 opgenomen Landschapsplan van 5 maart 2013, om te komen tot een goede landschappelijke inpassing.
Gronden en bouwwerken mogen overeenkomstig de bestemmingsomschrijving worden gebruikt onder de voorwaarde dat - voordat voor de activiteit bouwen voor een bedrijfsgebouw een omgevingsvergunning is verleend - de op het adres Drostendijk 47 te Apeldoorn aanwezige kas met een oppervlakte van 1.300 m² blijvend is geamoveerd.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.1 om bosbouw, sierteelt, fruitteelt of een boomkwekerij toe te staan, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.1 om kleinschalig kamperen toe te staan, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.5 om de oppervlakte aan bebouwing in gebruik voor nevenfuncties zoals bedoeld in lid 3.1 onder e te vergroten, met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1. ten behoeve van het gebruik van een bedrijfswoning als plattelandswoning, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Agrarisch zodanig wijzigen dat agrarische bouwvlakken mogen worden vergroot, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Agrarisch zodanig wijzigen dat agrarische bouwvlakken mogen worden vergroot, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Agrarisch zodanig wijzigen dat agrarische bouwvlakken van vorm mogen worden gewijzigd, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming Agrarisch ten behoeve van de vervolgfunctie wonen wijzigen in de bestemming Wonen, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming Agrarisch wijzigen in de bestemming Natuur of Bos indien er sprake is van realisatie van natuur of bos, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de bestemming Agrarisch zodanig wijzigen dat een collectieve voorziening voor biomassavergisting en compostering mogelijk is, met inachtneming van het volgende:
De voor 'Waarde – Archeologie 5' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden in een archeologische verwachtingszone met een middelmatige archeologische verwachting.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie 5 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 4.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden aan de hand van archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
De voor 'Waarde - Archeologie 6' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden in een archeologische verwachtingszone met een lage of een onbekende archeologische verwachting.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde – Archeologie 6 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 5.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 5.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden aan de hand van archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
De voor 'Waarde - Landschap' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor:
met dien verstande dat:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Landschap zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de werken, geen bouwwerken zijnde, aan te leggen, of de werkzaamheden uit te voeren zoals opgenomen in tabel 1.
Tabel 1
werken en werkzaamheden | ||||
1 | 2 | 3 | 4 | |
landschapswaarde | het verwijderen, kappen of rooien van bomen of andere opgaande beplanting alsmede het verwijderen van oevervegetaties | het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend het afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage | het aanleggen van bovengrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur | het dempen van sloten, vijvers en andere wateren |
openheid | A | A | A | A |
contrast tussen hoog en laag gelegen gebieden | A | A | A | R |
zandopduikingen | A | A | A | A |
ontginningspatroon en ontginningsassen | A | A | A | A |
karakteristieke kavelpaden | A | A | A | R |
onverharde ontginningswegen | A | A | A | R |
karakteristieke beplantingen | A | A | A | R |
waardevolle beken en weteringen | A | A | A | A |
Veluwse Bandijk en Appensedijk | A | A | A | A |
microreliëf | A | A | A | A |
R = rechtstreeks toelaatbaar, geen omgevingsvergunning
A = omgevingsvergunning noodzakelijk
Het verbod van 6.2.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 6.2.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de agrarische, landschappelijke, cultuurhistorische en/of natuurlijke waarden en/of aangrenzende natuurlijke waarden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduiding, aanduidingsgrenzen en regels worden overschreden door:
Algehele herbouw van (bedrijfs)woningen mag uitsluitend plaatsvinden ter plaatse van bestaande funderingen waarbij het vervangen van de bestaande funderingen is toegestaan.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, de volgende bepalingen:
(Bedrijfs)woningen die op het moment van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan aaneengebouwd zijn dienen te allen tijde aaneengebouwd te blijven.
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
In aanvulling op het bepaalde in hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - verwevingsgebied' de volgende regels:
Gronden met de bestemming Agrarisch zijn tevens bestemd voor de uitoefening van een intensieve veehouderij.
De regels van stedenbouwkundige aard en de bereikbaarheidseisen van paragraaf 2.5 van de bouwverordening zijn uitsluitend van toepassing, voor zover het betreft:
Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is - bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:
Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is - bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels ten behoeve van de herbouw van (bedrijfs)woningen buiten de bestaande funderingen met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden zoals opgenomen in hoofdstuk 2 wijzigen in de bestemming Water ten behoeve van de verbreding van watergangen teneinde wateroverlast te voorkomen met inachtneming van het volgende: de bestemmingswijziging dient vanuit een waterbergingsopgave noodzakelijk te zijn.
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer bestemmingsvlakken van de bestemming Waarde - Archeologie 5 of Waarde - Archeologie 6 geheel of gedeeltelijk verwijderen, indien:
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als 'Regels van het bestemmingsplan Buitengebied, uitbreiding Boomkwekerij Haarman, Rijksstraatweg 212 te Teuge'.