direct naar inhoud van 6.2 Bestemmingsregels
Plan: Uitbreiding B.B.A. pompen en buizen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.20163-VS00

6.2 Bestemmingsregels

Het beschreven beleid is vertaald in bestemmingsregels. Hiervoor is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de regels zoals die in het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied zijn opgenomen, ten behoeve van een eenduidige aanpak. De volgende bestemmingen worden in het plan onderscheiden:

Bedrijf

De bestemming Bedrijf is toegekend aan het opslagterrein, inclusief parkeerruimte. Voor de bestemming is gebruik gemaakt van een zogenaamde Staat van Bedrijfsactiviteiten (milieucategorieƫn). In zijn algemeenheid worden bedrijfsactiviteiten in categorie 1 en 2 van de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten toegestaan, die als bijlage bij de regels is opgenomen. De bestaande bedrijfsactiviteiten uit een hogere categorie, in dit geval die van het bedrijf gericht op het vervaardigen van machines en apparaten, wordt met een aanduiding specifiek bestemd. Dit betekent dat na eventuele bedrijfsbeƫeindiging in de toekomst uitsluitend een soortgelijk bedrijf is toegestaan of een bedrijf uit categorie 1 of 2 van de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten. Binnen het plangebied kunnen geen gebouwen worden opgericht. Bouwmogelijkheden zijn enkel gericht op andere bouwwerken.

Groen

De bestemming Groen wordt gebruikt om het structurele groen te bestemmen, zowel de nieuw aan te planten singel aan de zuid- en westkant van de uitbreiding als de bestaande hakhoutsingel aan de zuid- en oostkant hiervan. De gronden zijn mede bestemd voor waterhuishoudkundige aspecten, zoals waterberging, openbare nutsvoorzieningen en bij de bestemming horende voorzieningen. Onder dit laatste wordt ook een kleine doorgang begrepen tussen de groensingels voor ontsluiting ten behoeve van beheer en onderhoud van de singels. Op de gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd.

Waarde - Archeologie (1 en 2)

Om archeologisch waardevolle gebieden veilig te stellen, gelden op deze gronden beperkingen ten aanzien van ontwikkelingen binnen de met deze bestemming samenvallende bestemmingen. Ingrepen zijn uitsluitend toegestaan indien uit onderzoek blijkt dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn of dat de waarden voldoende worden veiliggesteld. Er geldt een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van bepaalde werken, geen bouwwerk zijnde, of van bepaalde werkzaamheden. Per archeologische dubbelbestemming geldt een specifieke regeling. Deze regeling is van toepassing op ingrepen groter dan een bepaald oppervlak en lager dan een bepaalde diepte. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, is niet noodzakelijk voor werken en werkzaamheden die betrekking hebben op normaal beheer en onderhoud overeenkomstig de toegekende bestemming.