direct naar inhoud van 4.2 Archeologie
Plan: Bestemmingsplan Zorgvliet
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.20118-VS00

4.2 Archeologie

RAAP Archeologisch Adviesbureau heeft voor het perceel Bandijk 27 bureau-onderzoek uitgevoerd. Dit heeft geleid tot onderstaand advies, neergelegd in document 288, 16 april 2008.

Het plangebied ligt zonder uitzondering in een zone waar op grond van de landschappeliojke context een hoge verwachting geldt voor het voorkomen van archeologische resten uit alle perioden. Behoudens de beoogde bouwlocaties aan de Twelloseweg, zijn op de overige locaties in het plangebied de bodemverstoringen dermate beperkt dat het uitvoeren van een nader archeologisch (veld)onderzoek niet zinvol is. Ten aanzien van de twe nieuwbouwlocaties aan de Twelloseweg wordt een archeologisch veldonderzoek, in de vorm van een karterend booronderzoek, voorgesteld.

Gelet op dit advies heeft RAAP een nader inventariserend veldonderzoek uitgevoerd. De resultaten van het onderzoek zijn neergelegd in het rapport "Plangebied Twelloseweg te Terwolde, gemeente Voorst. Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek". Februari 2009. Het rapport is als bijlage VI opgenomen.

Het doel van het onderzoek was om enerzijds informatie over bekende en te verwachten archeologische waarden te verwerven, teneinde een gespecificeerde verwachting op te stellen. Anderzijds om die verwachting te toetsen en, voor zover mogelijk, een eerste indruk te geven van de kwaliteit (gaafheid en conservering), aard, datering, omvang en diepteligging van eventueel aangetroffen archeologische vindplaatsen.

Op basis van de onderzoeksresultaten en de aard en omvang van de voorgenomen bodemingrepen in het plangebied is een advies met betrekking tot archeologisch vervolgonderzoek geformuleerd. Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek gold bij de aanvang van het veldonderzoek voor het plangebied een hoge archeologische verwachting voor vindplaatsen (waardevolle - intacte - archeologische overblijfselen) uit de Middeleeuwen en een middelmatige archeologische verwachting voor vindplaatsen uit oudere perioden. Tijdens het veldonderzoek zijn echter geen eenduidige aanwijzingen gevonden die wijzen op de aanwezigheid van archeologische resten in het plangebied.

Gezien de onderzoeksresultaten is geconcludeerd dat bij de uitvoering van de voorliggende plannen waarschijnlijk geen archeologische waarden zullen worden verstoord. Op basis hiervan is aanbevolen om geen aanvullend archeologisch vooronderzoek te laten verrichten en het plangebied vrij te geven.