Plan: | 3D geprint gebouw |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | omgevingsvergunning |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0285.10104-VS00 |
Centre4Moods heeft een omgevingsvergunning aangevraagd voor het perceel De Zanden 47 te Teuge (SXO-2017-0819). De aanvraag heeft betrekking op het realiseren van een vergaderaccommodatie op het terrein van de Slaapfabriek. In de hoek van een T-splitsing met De Zanden wordt een nieuw gebouw opgericht. Met dit gebouw wordt een accommodatie opgericht waar met behulp van beeldtechniek een beleefomgeving wordt gecreëerd, die passend is bij een training of vergadering. Eén en ander is onderdeel van het concept de Vergaderfabriek. Bijzonder aan het initiatief is ook dat het hier een in 3D-geprint gebouw betreft.
De gronden bevinden zich binnen het plangebied van het bestemmingsplan Luchthaven Teuge. Uit de verbeelding volgt dat de gronden zijn bestemd voor 'Verkeer - Luchtverkeer'. Gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd. Ter plaatse van de beoogde locatie is geen bouwvlak opgenomen. Daarbij is de gewenste activiteit evenzo strijdig met het vigerende bestemmingsplan. Om het gewenste initiatief alsnog te kunnen realiseren is een omgevingsvergunning met buitenplanse afwijking noodzakelijk. Ten beoeve van het parkeren worden nieuwe parkeervoorzieningen gecreëerd. Al hoewel deze parkeerplaatsen op aansluitende gronden worden gerealiseerd en de bestemming van deze gronden gelijk is, vindt deze wel plaats binnen het plangebied van een ander bestemmingsplan. Deze gronden behoren tot het plangebied van bestemmingsplan De Zanden 37 en fietspad Teuge.
Met een buitenplanse afwijking conform artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 3° van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), kan van het bestemmingsplan worden afgeweken en planologische medewerking worden verleend aan het bouwplan. Voorwaarde is dat er sprake moet zijn van een goede ruimtelijke ordening. In deze ruimtelijke onderbouwing wordt gemotiveerd dat hiervan in voornoemd bouwplan sprake is.
Het plangebied is gelegen ten noorden van de bebouwde kom van Teuge aan de rand van de bebouwing van het vliegveld. Op ruim 200 meter liggen de taxi-, vertrek- en landingsbanen. Ten zuiden hiervan en rondom de Slaapfabriek bevinden zich gebouwen welke ten behoeven van het vliegveld worden gebruikt. Op het voorerf van de Slaapfabriek in de noordelijke hoek van de T-splitsing van De Zanden dient de Vergaderfabriek opgericht te worden. Het perceel is kadastraal bekend als gemeente Twello, sectie D, nummers 1432 en 1456. Het perceel waarop de parkeerplaatsen worden gerealiseerd is kadastraal bekend als gemeente Twello, sectie D, nummer 1319.
Figuur 1 Plangebied (rode cirkel) in omgeving
Figuur 2 Luchtfoto van het plangebied
Het doel van deze ruimtelijke procedure is het realiseren van een in 3D-geprinte vergaderaccommodatie. Het gewenste gebruik staat het bestemmingsplan niet toe en daarbij wordt het gebouw gerealiseerd buiten het bouwvlak. Om het initiatief alsnog mogelijk te maken, wordt toepassing gegeven aan een zogenaamde buitenplanse afwijking (Wabo). Voorliggend stuk vormt de ruimtelijke onderbouwing voor de omgevingsvergunning om af te wijken van het bestemmingsplan.
Op het perceel bevindt zich een hoofdgebouw met enkele hotelkamers en een woning. Het hoofdgebouw is aan de zuidzijde voorzien van een uitbouw. Voor deze uitbouw bevindt zich een groot terras met twee grote parasols. Naast het hoofdgebouw bevindt zich een woning met een tuin en enkele speeltoestellen achter een afscheidende haag.
Sinds een kleine tien jaar bevindt zich in het hoofdgebouw een specifiek hotelconcept, De Slaapfabriek. Zij presenteert zich als een leuk en origineel ontbijthotel in Teuge. Het hotel is centraal gelegen tussen de steden Apeldoorn, Zutphen en Deventer. Naast de functie als B&B, kan het ook als groeps- en/of vergaderlocatie worden geboekt.
De afzonderlijke concepten worden respectievelijk als de Slaapfabriek, de Beleeffabriek en de Vergaderfabriek in de markt gezet. Inmiddels hebben deze concepten hun bestaansrecht bewezen en is het toe aan een nieuwe ontwikkeling. Specifiek is er de wens om de vergaderfaciliteiten te vergroten door het oprichten van een nieuw gebouw.
Figuur 3: Bestaande situatie
Vernieuwende concepten toepassen op bestaande diensten; dat is wat de initiatiefnemer kenmerkt die wil komen tot een in 3D-geprint gebouw. Het beschikbare perceel heeft een beperkte omvang met beperkte fysieke mogelijkheden. In de zuidwesthoek, vóór de Slaapfabriek, wordt een het gewenste en nieuwe gebouw opgericht, of liever gezegd 'geprint'. Het gebouw zal ter plekke, laag voor laag worden opgetrokken in beton. Het is een techniek die nog niet eerder in Nederland is toegepast. Het wordt een aansprekend voorbeeld van schone en revolutionaire, toekomstige bouwtechnologie. 3D-printen biedt een enorme vormvrijheid. De locatie ligt vlakbij het vliegveld van Teuge. Het ontwerp vloeit dan ook voort uit de ronde vormen van de luchtstroom die een vliegtuig veroorzaakt bij het opstijgen. Een dergelijke vormgeving is niet te bouwen via de traditionele methode. Met behulp van de 3D-techniek kan deze alsnog worden gerealiseerd.Het gebouw heeft dan ook niet de traditionele vormen.
Er bevindt zich op het terrein onvoldoende mogelijkheid om te parkeren of om hiervoor parkeergelegenheid te creëren. De aanwezige parkeergelegenheid wordt in belangrijke mate benut voor de Slaapfabriek. In de directe nabijheid van de vergaderfabriek worden nieuwe parkeerplaatsen aangelegd, zie ook paragraaf 5.5.
Bestemmingsplan
Het projectgebied bevindt zich op gronden die zijn gelegen binnen het plangebied van het bestemmingsplan 'Luchthaven Teuge' en het bestemmingsplan 'De Zanden 37 en fietspad Teuge'. De gronden van het projectgebied hebben de bestemming 'Verkeer - Luchtverkeer'. De bestemming 'Verkeer - Luchtverkeer' maakt het mogelijk dat nieuwe bedrijven en instellingen zich vestigen die geheel of voor een deel op de luchthaven zijn gericht en waarbij vestiging nabij een luchthaven vanuit bedrijfsdoelmatige redenen noodzakelijk of gewenst is. Hierbij wordt onder meer gedacht aan bedrijven met persoonlijke of zakelijke op de luchtvaartgerichte dienstverlening, bedrijven gericht op transport en logistiek, enz.
Al hoewel de Vergaderfabriek niet enkel gericht is op luchtvaargerichte dienstverlening, is de vergaderfabriek wel een aanvulling op het bestaande aanbod aan dienstverlenende bedrijvigheid ter plaatse.
Bebouwing
Ten noorden van het bebouwd gebied bevindt zich een verharde landingsbaan met er naast een verharde taxibaan. Aansluitend aan deze taxibaan bevindt zich het hoofdplatform waaraan een deel van de bedrijfsgebouwen van de luchthaven zijn gelegen. Ten noorden van De Zanden is een groot aantal gebouwen gesitueerd. Veel gebouwen hebben een forse omvang en zijn in een eenvoudige bouwstijl opgericht.
De Slaapfabriek en de Vergaderfabriek bevinden zich langs de aanrijroute naar het luchthavencomplex. Het ontwerp van de nieuwe accommodatie, de Vergaderfabriek is geinspireerd op het thema luchthaven. Het ontwerp sluit aan op het thema Luchtvaart en is anderzijds onderscheidend ten opzichte van de overige bebouwing. Een bijzonder, innovatief, ontwerp dat op zich al een kunstwerk is, past dan ook bij de entree naar een luchthaven. Daarbij komt dat er sprake is van een vernieuwende en duurzame manier van bouwen. 3D-printen is een manier van bouwen die zeer duurzaam is omdat er louter gebruik wordt gemaakt van het benodigde materiaal, ofwel: er is geen waste.
Gebruiksmogelijkheden
Het bestemmingsplan voor Luchthaven Teuge is over het algemeen consoliderend van aard. In dit bestemmingsplan worden vrijwel geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan. De herstructureringsplannen van de luchthaven passen zowel binnen het vigerende als het nieuwe bestemmingsplan. Wel is de dagrecreatieve functie toegevoegd met het vaststellen van dit bestemmingsplan.
Naar aard en omvang kan het gebruik van de Vergaderfabriek hieraan worden gelijk gesteld.
Voor de verdere ontwikkeling van de luchthaven is op termijn wellicht extra ruimtelijke behoefte voor het realiseren van particuliere hangaars aan de westzijde van het vliegveld. Het bedrijventerrein aan de Zanden 37 is hiervoor minder geschikt. Deze gronden zijn meer geschikt voor ondersteunende bedrijvigheid.
Een accommodatie voor trainingen en vergaderingen wordt als passend beschouwd.
Inpassing
De omgeving heeft een wat ander karakter, vanwege de aanwezigheid van een luchthaven, dan deze zou hebben zonder luchthaven. Het landschap is afgestemd op de activiteiten die op en bij een luchthaven plaatsvinden. Ook de bebouwing is een andere dan die in de rest van het buitengebied van de gemeente Voorst. Zeker in de directe nabijheid van de luchthaven staat veel grote bebouwing met weinig variatie in bouwstijlen. Een aantrekkelijke entree van het luchtvaartterrein, waarbij de luchtvaart en innovatie tot uitdrukking komen in een nieuw gebouw, leidt tot meerwaarde.
In dit hoofdstuk wordt het plan getoetst aan de belangrijkste ruimtelijke beleidskaders op rijks-, provinciaal, regionaal en gemeentelijk niveau.
Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) vastgesteld. De SVIR biedt het nieuwe kader dat de (nieuwe) ruimtelijke en mobiliteitsopgaven voor Nederland richting 2040 benoemt en de focus bepaalt voor mobiliteitsinvesteringen. De structuurvisie speelt in op een aantal ontwikkelingen en uitdagingen; krimp, groeiende mobiliteitsbehoefte, versterken internationale concurrentiepositie, koesteren en versterken ruimtelijke structuur, klimaatverandering, duurzame energie en het stelsel van regels en procedures. Een van de kernmiddelen die wordt ingezet om goed op deze ontwikkelingen en uitdagingen in te spelen is decentralisatie. Beslissingen over ruimtelijke ontwikkelingen wil het kabinet dichter bij burgers en bedrijven brengen en provincies en gemeenten krijgen de ruimte om maatwerk te leveren voor regionale opgaven. Het Rijk richt zich op het versterken van de internationale positie van Nederland en het behartigen van belangen als geheel. Hoofdnetwerken voor personen- en goederenvervoer, energie en natuur, ondergrond en ruimte voor militaire activiteiten, waterveiligheid en milieukwaliteit en de bescherming van ons werelderfgoed zijn onderwerpen waar het Rijk zich op richt. Het Rijk kiest voor een selectievere inzet van rijksbeleid op slechts 13 nationale belangen. Voor die belangen is het Rijk verantwoordelijk en wil het resultaat boeken. Dit project betreft een plan van lokaal belang. Er is geen specifiek rijksbeleid van toepassing.
De Gelderse omgevingsvisie is een integrale visie, niet alleen op het gebied van de ruimtelijke ordening, maar ook voor waterkwaliteit en veiligheid, bereikbaarheid, economische ontwikkeling, natuur en milieu, inclusief de sociale gevolgen daarvan. De omgevingsvisie is de vervanger van het streekplan en enkele andere structuurvisies.
De opzet van de omgevingsvisie is opgehangen aan de termen dynamisch, mooi en divers. Gelderland is een dynamische provincie in een prachtige setting, met een grote diversiteit. Dynamisch duidt op economische ontwikkelingsaspecten als innovatie, duurzaamheid en bereikbaarheid. Mooi staat voor de natuurdoelen en de kwaliteiten die de provincie wil borgen en verder wil ontwikkelen. Divers gaat over het herkennen van de regionale verschillen in maatschappelijke vraagstukken en het koesteren van de regionale identiteit.
Het initiatief geeft een invulling aan innovatie en duurzaamheid zoals deze ook door de provincie wordt beoogd. Het zal het eerste in 3D-geprinte gebouw zijn binnen de provincie Gelderland. De te gebruiken techniek is duurzaam omdat er louter gebruik wordt van de benodigde materialen, ofwel er is geen waste.
Op grond van artikel 4.1 Wro kunnen, indien provinciale belangen dat met het oog op een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk maken, bij of krachtens provinciale verordening regels worden gesteld omtrent de inhoud van bestemmingsplannen en omtrent de daarbij behorende toelichting.
Voor het projectgebied heeft de provincie in haar verordening geen specifiek beleid vastgesteld. Het initiatief betekent een algemene versterking van de ruimtelijke kwaliteit en daardoor past binnen het provinciale beleid.
De gemeenten in de regio Stedendriehoek, met daarin de steden Apeldoorn, Deventer en Zutphen, hebben gezamenlijk een regionale structuurvisie opgesteld. Deze visie vormt de integrale afstemming tussen de ruimtelijke opgaven binnen de regio en is beleidsmatig tevens vertaald in het streekplan. Voor de gemeente Voorst is van belang de expliciete opname van een woningbouwprogramma voor de dorpen.
De structuurvisie biedt ruimte aan enkele gebiedspecifieke uitbreidingen voor (boven)lokale bedrijvigheid zoals nabij vliegveld Teuge. In principe dient het te vooral te gaan om herstructurering en vervanging. Bij uitbreidingen gelden randvoorwaarden voor water, natuur en landschap.
Het initiatief betreft weliswaar wel een uitbreiding, maar gaat niet ten koste van water, natuur of landschap. De oprichting van het gebouw vindt plaats op het voorerf van een bestaande functie. De ontwikkeling is dan ook niet in strijd met de Regionale Structuurvisie.
In de Ruimtelijke Toekomstvisie Voorst "Kwaliteit, Verbinding en Duurzaamheid" is de toekomstvisie geformuleerd voor toekomstig gemeentelijk ruimtelijk beleid. Dit kader geeft de ambities weer ten aanzien van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling en is daarmee een handvat voor onder meer nieuwe bestemmingsplannen.
Deze visie geeft aan dat Luchthaven Teuge één van de gebieden is waar intensivering van recreatieve functies mogelijk is. Het initiatief sluit hierbij aan. Daarnaast past het gebouw in de Cleantech-gedachte die in de Cleantechregio en de toekomstvisie wordt uitgedragen. 3D-printen is een manier van bouwen die zeer duurzaam is omdat er louter gebruik wordt gemaakt van het benodigde materiaal, ofwel: er is geen waste.
Het concept speelt in op de aanwezigheid van het vliegveld en versterkt de vernieuwende karakter van het vliegveld. Het beoogde initiatief past binnen de visie.
Om invulling te geven aan de wens van de initiatiefnemer, zijn enkele uitgangspunten meegegeven. Er moet bij het initiatief sprake zijn van een kwaliteitsimpuls aan het projectgebied en de omgeving. De Slaapfabriek zelf dient daarbij dan ook zelf integraal onderdeel uit te maken van het initiatief en voor de buitenruimte dient door een landschapsarchitect een passend ituinplan te worden opgesteld. De aanwezige reclame en verwijzingsborden worden vanuit het oogpunt van welstand als verstorend aangemerkt en daarom is opgemerkt om te komen tot één donkere reclamezuil.
Aan het plan voor dit voor een groot deel op locatie te printen gebouw is lang gewerkt. Vanwege de innovatieve techniek is hier, naast het maken van een bruikbaar bouwwerk, sprake van productontwikkeling. Een iconisch bouwwerk op deze dynamische plek, aan de entree van de luchthaven, is denkbaar. Vanwege de relatief beperkte ruimte en de nabijheid tot bestaande gebouwen, vraagt de inpassing wel om bijzondere aandacht. De beperkte ruimte betekent ook dat het bouwwerk niet te groot mag worden. Het ontwerp is duidelijk compact van opzet en dat komt het beeld ten goede.
Het ontwerp toont nu een gebouw dat zijn innovatieve productiewijze duidelijk laat zien en daar een iconische uitdrukking aan geeft. Daarmee onttrekt het zich aan de direct omringende gebouwen, die traditioneel van aard en orthogonaal van basis zijn. Het nieuwe gebouw is als het ware een object dat vrij in de bestaande ruimte is geplaatst: meer te vergelijken met een 'los element in de tuin' dan een traditioneel ingepast 'normaal' gebouw. Meer een kunstwerk dan een gebouw. De kleurstelling van het bestaande gebouw van de slaapfabriek wordt aangepast, teneinde een rustige coulisse te zijn voor het nieuwe 'icoon'. Dit is een harde voorwaarde die ook vanuit de welstandstoets wordt gesteld.
Tuinplan
Om de relatief 'losse' plaatsing in de vrije ruimte beter te rechtvaardigen is een tuinplan gemaakt (zie bijlage 1). Door het gebouw in een zorgvuldige ontworpen tuinachtige/groene setting te plaatsen wordt het iconische karakter ondersteund en ontstaat een natuurlijk podium voor het gebouw dat zo nog meer een 'object' wordt. De beplanting rondom het gebouw wijkt enigszins af van traditionele beplantingen in de directe omgeving. De diversiteit aan grassen sluit door de plaatsing en gekozen groeihoogtes aan op het gebouw, maar vormt ook een 'zachte' en 'groene' overgang tussen het geprinte object en de omgeving. Zo ontstaat een voldoende krachtige 'groene' setting voor het bijzondere gebouw, dat hiermee als het ware in een bedje van gras staat. Dit gebouw in deze setting laat zich vergelijken met een kunstwerk in de openbare ruimte dat wel anders is dan de plek, maar daar toch past. Zelfs als niet iedereen de vorm van het object mooi zal vinden.
In de volgende afbeeldingen wordt het ontwerp vanuit verschillende aanzichten weergegeven.
Figuur 4: Toekomstige situatie (bovenaanzicht)
Figuur 5: Impressie Vergaderfabriek
Figuur 6: Aanzicht westzijde
Figuur 7: Aanzicht zuidzijde
Figuur 8: Bovenaanzicht en indeling Vergaderfabriek
In dit hoofdstuk worden de randvoorwaarden vanuit de aspecten flora en fauna, archeologie, cultuurhistorie, verkeer en parkeren, water en milieu behandeld.
De Wet geluidhinder heeft tot doel de volksgezondheid en het milieu te beschermen tegen geluidsoverlast. Voor geluidsgevoelige objecten moet een akoestisch onderzoek naar de geluidsbelasting worden uitgevoerd. Een onderzoek is in onderhavige situatie niet nodig omdat het een bedrijfspand met de functie horeca geen geluidgevoelig object in de betekenis van de Wet geluidhinder is.
Als gevolg van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening dient in verband met de uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan onderzoek te worden verricht naar de geschiktheid van de gronden voor het beoogde doel. In het geval van een verontreiniging moet de mate van de omvang ervan worden vastgesteld, zodat beoordeeld kan worden of -en zo ja welke- kosten gemoeid zijn met het verwijderen of verminderen van die verontreiniging, zodat voldaan wordt aan de eisen van de milieuwetgeving.
Een bodemonderzoek is uitgevoerd conform de NEN 5740. Doel van het bodemonderzoek is geweest het vaststellen van de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem ter plaatse van de locatie en nagaan of er mogelijke gebruiksbeperkingen bestaan in relatie tot het beoogde gebruik.
Uit de resultaten kan geconcludeerd worden dat het terrein op basis van de milieuhygiënische kwaliteit geschikt is voor het voorgenomen gebruik.
Het onderzoeksrapport is opgenomen in bijlage 2.
Met de ‘Wet luchtkwaliteit’ (hoofdstuk 5, titel 5.2 Wet milieubeheer) wil de overheid zowel de verbetering van de luchtkwaliteit bewerkstelligen als ook de gewenste ontwikkelingen in ruimtelijke ordening doorgang laten vinden. Er is sprake van verslechtering van de luchtkwaliteit "in betekenende mate" bij de volgende ontwikkelingen:
Het plan heeft niet één van deze ontwikkelingen tot gevolg. Geconcludeerd kan worden dat met het plan de luchtkwaliteit niet “in overwegende mate” zal verslechteren. Om die reden hoeft niet verder op het aspect luchtkwaliteit te worden ingegaan.
In het kader van externe veiligheid wordt onderscheid gemaakt tussen kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten. Onder kwetsbare objecten worden bijvoorbeeld woningen verstaan, terwijl met beperkt kwetsbare objecten wordt gedoeld op bijvoorbeeld kantoren en hotels. De externe veiligheid betreft zowel inrichtingen als het transport van gevaarlijke stoffen. Bij inrichtingen kan gedacht worden aan productiecomplexen van gevaarlijke stoffen, maar ook aan verkooppunten van LPG. Transport kan plaatsvinden via buisleidingen, spoorwegen, waterwegen of autowegen.
De Vergaderfabriek wordt in de nabijheid van de Slaapfabriek opgericht. Naar verwachting zullen er maximaal 24 personen vergaderen in een ruimte met een oppervlakte van circa 60 m2(PM). Het geheel wordt aangemerkt als beperkt kwetsbaar object.
Stationaire risicobronnen
Nabij het plangebied is de stationaire risicobron Vliegveld Teuge aanwezig die mogelijk een belemmering kan opleveren voor de ontwikkeling. De Vergaderfabriek ligt op ca. 200 meter afstand van het vliegveld Teuge. In het kader van het besluit burgerluchthavens en de regeling burgerluchthavens is getoetst of de ontwikkeling binnen de plaatsgebonden risicocontour (PR) 10-5 en 10-6 ligt. In het besluit en de regeling is geen oriëntatiewaarde voor het groepsrisico vastgelegd.
In oktober 2012 heeft het Nationaal Lucht en Ruimtevaart Laboratorium een rapport opgesteld over de externe veiligheid rond luchthaven Teuge door vliegverkeer (projectnummer: 1492114). Het rapport is representatief omdat het nog niet ouder is dan vijf jaar en er tussentijds geen significante veranderingen zijn geweest in het aantal vliegbewegingen en type vliegtuigen. In onderstaande figuur, overgenomen uit het rapport, zijn de resultaten van de berekeningen van de plaatsgebonden risicocontouren weergegeven.
Uit de figuur blijkt dat de planlocatie niet ligt binnen de plaatsgebonden risicocontouren. Dit betekent dat er geen belemmering is vanuit externe veiligheid voor het oprichten van de Vergaderfabriek.
Mobiele risicobronnen
Binnen of nabij het plangebied zijn geen (geprojecteerde) mobiele risicobronnen aanwezig die een belemmering kunnen opleveren voor de ontwikkeling.
Resumé
Het initiatief voor het oprichten van het 3D geprint gebouw van de Vergaderfabriek ter plaatse van de Zanden 47 in Teuge is kansrijk voor externe veiligheid. Het groepsrisico hoeft niet verantwoord te worden en nader onderzoek naar de externe veiligheid is niet noodzakelijk.
Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stelt zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en bevorderen. Dit gebeurt onder andere door milieuzonering. Hieronder wordt verstaan het aanbrengen van voldoende ruimte tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit het aanhouden van een bepaalde afstand tussen de milieubelastende en milieugevoelige functies.
Op het luchthaventerrein is bebouwing mogelijk en aanwezig ten behoeve van luchtvaartgebonden bedrijvigheid. Tevens liggen incidenteel in het plangebied enkele reeds bestaande burgerwoningen. Er is sprake van het omgevingstype 'gemengd gebied' (bedrijvigheid, luchthaven, enkele woningen). Vanwege de aanwezigheid van woningen op het luchthaventerrein is de bedrijvigheid in de directe omgeving van de woningen beperkt tot maximaal categorie 2. Dit zijn bedrijven die bij functiemenging direct naast woningen mogelijk worden gemaakt. Op enkele delen van het bedrijventerrein zijn ook bedrijven uit maximaal categorie 3.1 en 3.2 toegestaan. Bij deze delen wordt voldaan aan de richtafstand van 30 m die geldt bij dergelijke bedrijven ten opzichte van woningen in een gemengd gebied.
De activiteiten welke beoogd zijn voor de toekomst hebben een zeer beperkte omvang. De accommodatie betreft een vergaderlocatie tot maximaal 24 personen. Voor een dergelijke activiteit is geen specifieke milieuzonering bepaald. Er wordt hierbij opgemerkt dat er voor congrescentra een milieucategorie van 1 is opgenomen in de lijst Bedrijven en milieuzoneringen. Gelet dat de aard en omvang van de beoogde activiteiten is deze zeker niet omvangrijker maar eerder kleiner. Ook voor deze activiteit kan dan ook milieucategorie 1 worden aangehouden. Gelet de afstand tot omliggende woningen kan worden geconcludeerd dat ruimschoots aan de minimale afstand van 10 meter kan worden voldaan.
Bij ruimtelijke ingrepen is het noodzakelijk dat inzicht wordt verkregen in eventueel aanwezige archeologische waarden in het plangebied. Volgens de archeologische beleidskaart van de gemeente Voorst bevindt het plangebied zich in een zone met een hoge archeologische verwachting. Voor deze zone is archeologisch onderzoek verplicht (IVO-Protocol 1) als de oppervlakte van de ingreep groter is dan 100 m2 én de diepte van de ingreep dieper reikt dan 30 cm onder maaiveld. Hiervan is in onderhavige situatie sprake en is om die reden een verkennend archeologisch onderzoek uitgevoerd.
Het onderzoeksbureau concludeert dat op basis van het bureauonderzoek voor het plangebied een hoge archeologische verwachting geldt. De op grond van de beleidsadvieskaart van de gemeente Voorst toegekende hoge archeologische waarde wordt bij het onderzoek niet gereflecteerd door waarnemingen uit (de onmiddellijke omgeving van) het plangebied in strikte zin van het woord. De archeologische waarnemingen uit de wijdere omgeving geven geen directe aanleiding om archeologische vindplaatsen binnen de grenzen van het plangebied te vermoeden.
Teneinde deze verwachting te toetsen en aan te vullen is in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Op grond van de resultaten van het booronderzoek kan worden geconcludeerd dat het oorspronkelijke bodemprofiel in het plangebied ernstig verstoord is. Er zijn evenmin geen aanwijzingen voor archeologische resten en/of sporen aangetroffen. Het terrein kan dan ook vrijgegeven worden voor de voorgenomen ontwikkeling.
Bij (toekomstige) bodemverstorende activiteiten dient men wel alert te zijn op aanwezigheid van archeologische waarden (zoals vondstmateriaal en grondsporen). Bij het aantreffen van deze waarden dient melding te worden gemaakt bij de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten (RACM) en bij het bevoegd gezag (gemeente Voorst). Het Verkennend booronderzoek is opgenomen in bijlage 3.
Op grond van de Flora- en faunawet is het verboden beschermde inheemse planten op enigerlei wijze van hun groeiplaats te verwijderen, een beschermde inheemse diersoort opzettelijk te verontrusten en/of nesten, holen of andere vaste rust- en verblijfplaatsen van deze dieren te verstoren.
De ontwikkeling vindt plaats op gronden met een lage ecologische waarde. De gronden zijn voorzien van een gesloten gazon en er bevinden zich enkel wat tuinplanten. Binnen de planlocatie wordt de aanwezigheid van bijzondere soorten dan ook niet verwacht. Gezien de aard en omvang van onderliggend plan, is nader ecologisch onderzoek dan ook achterwege gebleven. Te allen tijde dient de algemene zorgplicht in acht te worden genomen voor alle soorten planten en dieren die tijdens werkzaamheden onverwacht worden aangetroffen, ongeacht of deze soorten beschermd zijn.
Parkeren
De activiteit binnen het plangebied zal aanvullend zijn op die van de Slaapfabriek. Slechts ten dele kunnen dat ook de parkeervoorzieningen van de Slaapfabriek worden gebruikt voor de Vergaderfabriek. Bij de Slaapfabriek bevinden zich tot nog toe 4 parkeerplaatsen. Met behulp van de CROW-publicatie 317 is het aantal benodigde parkeerplaatsen voor de Vergaderfabriek bepaald op 10. De parkeerplaatsen voor de Slaapfabriek kunnen als overloop worden gebruikt. Ten behoeve van de Vergaderfabriek worden er 10 nieuwe parkeerplaatsen gerealiseerd.
Deze parkeerplaatsen kunnen echter niet op eigen terrein worden gerealiseerd. Daarom is op 4 juni 2018 een overeenkomst met initiatiefnemer gesloten waarin is vastgelegd dat initiatiefnemer tijdelijk, voor de periode van 3 jaar, een perceel huurt van gemeente Voorst, waarop 10 parkeerplaatsen worden aangelegd. Deze parkeerplaatsen worden aangrenzend aan het perceel van initiatiefnemer gerealiseerd. Zie onderstaande afbeelding voor de exacte locatie (oranje).
Figuur 9: Locatie tijdelijke parkeervoorziening
Na afloop van de huurperiode verplicht initiatiefnemer zich om een permanente, toegankelijke en functionele parkeervoorziening aan te leggen op eigen grond óf op een nog aan te kopen perceel grond van de gemeente, gelegen in de zoekzone zoals aangegeven in onderstaande afbeelding (groen).
Hiermee is een parkeeroplossing gewaardborgd en voldoet voorliggend plan aan de parkeernorm.
Figuur 10: Zoekzone definitieve parkeervoorziening
Verkeer
Het gebouw komt vrij in de omgeving te staan. Hiermee zal het de aandacht trekken van voorbijgangers. Dit heeft ook een effect op het verkeersgedrag van de mensen op straat. Bij een kruising is afleiding een belangrijke oorzaak voor ongevallen. Een goede weginrichting die past bij een rustig weggedrag is wenselijk.
In de bestaande situatie is er sprake van een rommelige situatie van verwijzigingsborden. Daarbij staan een groot deel van deze borden in dezelfde hoek als het beoogde gebouw.
Aan deze overzijde van de weg wordt één enkele zuil geplaatst met daarop duidelijke verwijzigen. Dit draagt bij een een verbetering van de verkeersveiligheid ter plaatse.
Het betreft een particulier initiatief. De kosten die verband houden met de planologische procedure en de omgevingsvergunning en de kosten van uitvoering van het plan komen voor rekening van de initiatiefnemer. De gemeente heeft daarnaast met initiatiefnemer een
overeenkomst gesloten om planschadekosten af te wentelen op de initiatiefnemer. Eventuele toegewezen planschadeclaims komen daarmee voor rekening van initiatiefnemer.