direct naar inhoud van Artikel 7 Recreatie
Plan: Wylerbergmeer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0282.BpWylerbergmeer-GVS2

Artikel 7 Recreatie

7.1 Bestemmingsomschrijving
7.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. dagrecreatie waaronder sport- en speelvoorzieningen;
  • b. verblijfsrecreatie;
  • c. extensieve recreatie;
  • d. horeca;
  • e. mini-golf;
  • f. verkeers- en verblijfsvoorzieningen;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. water en waterberging;
  • j. nutsvoorzieningen;

één en ander met de bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 7.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.

7.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 7.1.1:

a dagrecreatie, verblijfsrecreatie, extensieve recreatie
  • 1. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' zijn na wijziging als bedoeld in 7.4.1 voorzieningen ten behoeve van de verblijfsrecreatie toegestaan;
  • 2. ter plaatse van de aanduidingen 'dagrecreatie' en 'verblijfsrecreatie' zijn voorzieningen ten behoeve van de dagrecreatie toegestaan;
  • 3. voorzieningen ten behoeve van mini-golf zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie' en 'verblijfsrecreatie' en uitsluitend na wijziging als bedoeld in 7.4.1;
  • 4. op de gronden binnen deze bestemming zonder de aanduiding 'dagrecreatie' en 'verblijfsrecreatie' is uitsluitend extensieve recreatie toegestaan.
b horeca

Voor horeca geldt het volgende:

  • 1. uitsluitend is ondersteunende horeca toegestaan;
  • 2. Zelfstandige horeca is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' en uitsluitend in categorie I en II, met dien verstande dat een hotel niet is toegestaan, en uitsluitend na wijziging als bedoeld in 7.4.1.
c parkeervoorzieningen

Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' is het inrichten en het gebruik van gronden ten behoeve van parkeren toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - reserveparkeerterrein' het gebruik van de gronden ten behoeve van parkeren wordt toegestaan, indien en voorzover op basis van een incidenteel hoge parkeerdruk behoefte is aan een reserveparkeerterrein.

7.2 Bouwregels
7.2.1 Algemeen

Binnen deze bestemming mogen uitsluitend worden opgericht gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming.

7.2.2 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', met dien verstande dat het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' pas is toegestaan nadat burgemeester en wethouders een wijzigingsplan als bedoeld in 7.4.1 hebben vastgesteld;
  • b. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' is aangegeven;
  • c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven.
7.2.3 Bouwvlakoverschrijding ondergeschikte bouwdelen

Overschrijding van het bouwvlak is toegestaan voor ondergeschikte bouwdelen, mits het bouwdeel ondergeschikt is en de overschrijding niet meer bedraagt dan 0,5 m.

7.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 4 m bedragen;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder b mag de bouwhoogte van vlaggenmasten niet meer dan 6 m bedragen;
  • d. in afwijking van het bepaalde onder b, mag de bouwhoogte van sport- en speeltoestellen niet meer dan 6 m bedragen;
  • e. in afwijking van het bepaalde onder b mag de bouwhoogte van ballenvangers en lichtmasten ten behoeve van weg- of terreinverlichting niet meer dan 8 m bedragen.
7.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:

  • a. als terrein voor het beproeven van motorvoertuigen en als oefenterrein voor het racen en crossen met motoren en bromfietsen;
  • b. opslag-, stort- of bergplaats van andere, al dan niet afgedankte voorwerpen, stoffen of producten behoudens voorzover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik;
  • c. het al dan niet ten verkoop opstellen en opslaan van nieuwe of gebruikte, dan wel geheel of ten dele uit gebruikte onderdelen samengestelde motorvoertuigen, aanhangwagens, machines, c.q. onderdelen daarvan;
  • d. permanente bewoning.
7.4 Wijzigingsbevoegdheid
7.4.1 Verblijfsrecreatie, mini-golf en horeca

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om deze bestemming te wijzigen teneinde overeenkomstig het bepaalde in 7.1.2 onder a mini-golf en verblijfsrecreatie en overeenkomstig het bepaalde in 7.1.2 onder b zelfstandige horeca mogelijk te maken, met dien verstande dat:

  • a. de verblijfsrecreatieve voorzieningen aan het volgende dienen te voldoen:
    • 1. uitsluitend is verblijfsrecreatie in de zin van groepsaccommodatie toegestaan waarbij niet meer dan 2 gebouwen zijn toegestaan met een gezamenlijke bebouwde oppervlakte van 1.000 m2;
    • 2. in afwijking van het bepaalde onder 1 zijn in plaats van groepsaccommodatie recreatiewoningen toegestaan met een gezamenlijke bebouwde oppervlakte die niet meer bedraagt dan 600 m2 met een maximale oppervlakte en inhoud per recreatiewoning van respectievelijk 75 m² en 300 m³.
  • b. de zelfstandige horeca dient aan het volgende te voldoen:
    • 1. de bruto-vloeroppervlakte van de voorzieningen ten behoeve van zelfstandige horeca mag niet meer bedragen dan 450 m2;
    • 2. een hotel is niet toegestaan;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 8 m;
  • d. er dient sprake te zijn van voldoende parkeergelegenheid;
  • e. er mag geen sprake zijn van permanente bewoning;
  • f. bij de aanleg van de mini golfbaan wordt rekening gehouden met de veiligheid van personen die zich in de omgeving van de mini golfbaan bevinden. Dit uit zich onder andere in een zorgvuldige plaatsing van de afslagpunten en de holes;
  • g. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
  • h. uit een watertoets dient te blijken dat er voorzien wordt in voldoende bergingscapaciteit en dat er (ook voor het overige) geen sprake is van een onevenredige aantasting van de waterhuishoudkundige situatie in het plangebied en de directe omgeving;
  • i. er moet sprake zijn van een duurzame bedrijfsmatige exploitatie;
  • j. de wijziging niet in strijd is met de Ruimtelijke Verordening Gelderland;
  • k. de wijziging mag, gelet op de instandhoudingsdoelstelling van in de nabijheid gelegen Natura 2000-gebieden, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in de Natura 2000-gebieden niet laten verslechteren of een significant verstorend effect hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen.