direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch met waarden - Landschap
Plan: Wylerbergmeer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0282.BpWylerbergmeer-GVS2

Artikel 3 Agrarisch met waarden - Landschap

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch met waarden - Landschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarische doeleinden, gericht op het behoud van aanwezige landschappelijke waarden in de vorm van behoud van de openheid;
  • b. extensief recreatief medegebruik;
  • c. water en waterberging;

één en ander met de bijbehorend bouwwerken en voorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Op de gronden binnen deze bestemming zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1 m.

3.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
3.3.1 Omgevingsvergunningplichtige werken

Het is verboden op de in 3.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het bebossen van gronden ten behoeve van de houtproductie;
  • b. het aanplanten van hoogstamfruitboomgaarden;
  • c. het aanplanten van windsingels;
  • d. het aanplanten van wilgen ten behoeve van de driejarige wilgenteelt.
3.3.2 Uitzonderingen

Het onder 3.3.1 bedoelde verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud betreffen;
  • b. welke worden verricht binnen de normale bodemexploitatie en/of beheer en het normale bodemgebruik;
  • c. welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn danwel, krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning kunnen worden uitgevoerd.
3.3.3 Verlening

De in 3.3.1 genoemde werken of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden danwel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen geen blijvende, onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de openheid van het gebied en/of hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.