Plan: | Dieren-Noord, locatie Spankerenseweg 22 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0275.BPDN9-0004 |
Externe veiligheid gaat over het beperken van de blootstelling van mensen aan een verhoogd gevaar als gevolg van activiteiten met gevaarlijke stoffen. De aan de productie, het behandelen of het vervoer van gevaarlijke stoffen verbonden risico's moeten volgens het beleid externe veiligheid aanvaarbaar blijven. De wet- en regelgeving voor externe veiligheid is dan ook gestoeld op een risicobenadering.
Het gaat in de eerste plaats om de kans op een groep dodelijke slachtoffers door een ongeval met een gevaarlijke stof, ofwel het groepsrisico. Dit risico drukt de kans uit op een ramp van bepaalde omvang in doden. In de tweede plaats gaat het over de persoonlijke veiligheid van de individuele burger, ofwel het plaatsgebonden risico. Dit is de overlijdenskans die een persoon loopt, door op een bepaalde afstand van een inrichting of een transportroute permanent aanwezig te zijn.
Het plaatsgebonden risico is de berekende kans per jaar, dat een persoon overlijdt als rechtsreeks gevolg van een ongeval bij een risicobron, aangenomen dat hij op die plaats permanent en onbeschermd verblijft. Het plaatsgebonden risico wordt gebruikt bij de toetsing of een risicovolle activiteit op een bepaalde plek mag plaatsvinden en wat in de directe omgeving ervan gebouwd mag worden.
Het groepsrisico (GR) is een maat om de kans weer te geven dat een incident met een bepaald aantal dodelijke slachtoffers voorkomt. Tevens wordt het groepsrisico beschouwd als maat voor de maatschappelijke ontwrichting welke kan ontstaan ten gevolge van een incident
Voor transportassen zijn de regels vastgelegd in de 'Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (Crnvgs)', voor buisleidingen in het 'Besluit externe veiligheid buisleidingen (BEVB)' en voor bedrijven in het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen (BEVI)'. Alle drie de besluiten hanteren dezelfde risicobenadering. Voor het plaatsgebonden risico geldt een grens- en een richtwaarde. De beoordeling van het groepsrisico vindt niet plaats door toetsing aan een vaste norm maar door middel van het afleggen van een verantwoording. Het bevoegd gezag beoordeelt hierbij de aanvaardbaarheid van het groepsrisico in het omgevingsbesluit.
In de omgeving van het plan vinden activiteiten met gevaarlijke stoffen plaats. Met het voorliggend bestemmingsplan wordt de realisatie van 2 woningen mogelijk gemaakt.
In de nabijheid van het plangebied liggen de volgende relevante risicobronnen:
Burgemeester de Bruinstraat, provinciale weg waarover vervoer van gevaarlijke stoffen mogelijk is en de Spoorlijn Arnhem-Zutphen.
Onderstaand worden de bovenstaande risicobronnen nader beschouwd.
Over de provinciale weg (Burgemeester de Bruinstraat) en de spoorlijn Arnhem-Zutphen vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Op basis van de circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen paragraaf 5.2.3, hoeven er geen beperkingen aan het ruimtegebruik te worden gesteld in het gebied dat op meer dan 200 meter van een route of tracé ligt. De te realiseren woningen in het plangebied liggen op meer dan 200 meter van de provinciale weg en de spoorlijn Arnhem-Zutphen.
Voor deze ontwikkeling is het aspect externe veiligheid dan ook niet relevant.