direct naar inhoud van 7.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
Plan: Nijmegen Centrum - Binnenstad
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP5000-VG01

7.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

7.2.1 Inspraak

Tijdens een inspraakbijeenkomst op 18 mei 2011 is het voorontwerp bestemmingsplan Nijmegen Centrum-Binnenstad aan de bewoners en ondernemers uit het plangebied gepresenteerd. Vervolgens heeft het voorontwerp bestemmingsplan in de periode van 19 mei tot en met 15 juni 2011 voor inspraak ter inzage gelegen. Op verzoek van bewoners van de Binnenstad is de inspraakperiode met 2 weken verlengd (t/m 29 juni 2011). Er zijn 26 inspraakreacties binnengekomen. De inspraakreacties zijn opgenomen in Bijlage 3 Inspraaknota.

7.2.2 Vooroverleg ex artikel 3.1.1 Bro

7.2.2.1 Huis voor de Binnenstad, Nijmegen


Overlegreactie

In het raamwerk wordt uitgegaan van een stabiel beleid inzake detailhandel. Het Huis voor de Binnenstad is van oordeel dat dit niet het geval kan zijn en wijzen op de ontwikkelingen zoals die onder andere beschreven staan in het rapport Restructure-Retail 2020. Het aantal vierkante meters bewinkeld gebied zal de komende jaren eerder af dan toenemen. Bij de heroverweging dienen ook de geplande uitbreidingen bij Nijmegen-Noord betrokken te worden.


Voor de visie van het Huis voor de Binnenstad op verkeer en vervoer wordt verwezen naar de inbreng tijdens de discussies over Nijmegen bereikbaar en rond de dossiers parkeren en hoogwaardig openbaar vervoer.


Beoordeling reactie
De binnenstad staat aan de top van de winkelstructuur van Nijmegen en zal dit ook blijven. Tegelijkertijd zien we dat de binnenstad steeds meer een gebied wordt waar niet alleen gewinkeld wordt, maar ook waar bezoekers naar toe gaan voor cultuur, horeca of andere voorzieningen. Ontwikkelingen als internet-verkoop hebben hun impact op verkoop van producten in de stad. Internet biedt voor winkeliers ook kansen: het is een uitstekende manier om potentiële klanten aan te trekken en te informeren en ook is verkoop via een portal mogelijk. In 2011 zijn in overleg met diverse belanghebbenden in de binnenstad nieuwe beleidsregels voor de binnenstad vastgesteld. Insteek daarvan is meer ruimte voor dynamiek. Steeds zullen we in overleg met het Huis voor de Binnenstad de ontwikkelingen in het stadscentrum blijven volgen en daar waar nodig bijsturen. Instrumenten als de recent opgestelde Stadscentrummonitor helpen daarbij. De komende jaren zal de nieuwe winkelstructuur in Nijmegen-Noord vorm gaan krijgen. Uiteraard vindt afstemming tussen retailprogramma's van beide gebieden plaats.


Het Huis van Binnenstad heeft zitting gehad in de klankbordgroep van de nota Nijmegen Duurzaam Bereikbaar. Door tijdens de totstandkoming van de nota regelmatig gebruik te maken van de input en feedback van de klankbordgroep ligt er nu een document met een breed draagvlak. De Kamer van Koophandel en het Huis voor de Binnenstad hebben gezamenlijk een inspraakreactie geschreven, waarop de gemeente heeft gereageerd en delen van heeft overgenomen.

7.2.2.2 Kamer van Koophandel Centraal Gelderland, Arnhem

Overlegreactie

Met betrekking tot detailhandel is de overlegreactie gelijk aan de reactie van Huis voor de Binnenstad. Ten aanzien van dienstverlening dient voorkomen te worden dat de dienstverlening, ten koste van de detailhandel, gaat domineren in het stadscentrum. Hiervoor zijn in het bestemmingsplan beperkende maatregelen opgenomen. In principe kan de KvK zich vinden in deze beperkende maatregelen, al vragen ze zich wel af of een maximaal percentage van 50% in een aantal aanliggende centrumstraten niet aan de hoge kant is. Tevens wordt gevraagd hoe de gemeente deze beperkende maatregelen in de praktijk denkt te handhaven. Verzocht wordt het bestemmingsplan op deze punten te verduidelijken.


Voor de visie van de KvK op verkeer en vervoer wordt verwezen naar de inbreng tijdens de klankbordgroepbijeenkomsten en de schriftelijke reactie ten behoeve van de nieuwe beleidsnotitie Nijmegen Duurzaam Bereikbaar. Verzocht wordt de uitgangspunten van dit nieuwe beleidsplan mee te nemen in dit bestemmingsplan. De parkeercapaciteit tijdens piekmomenten schiet tekort. Door de jaren heen is er veel capaciteit aan het aantal parkeerplaatsen onttrokken. Zelfs met de geplande komst van de parkeervoorzieningen op Plein 44 en de Van Schaeck Mathonsingel is het aantal parkeervoorzieningen nog steeds lager dan in het verleden. Dit terwijl de cijfers van de gemeente laten zien dat het winkelend publiek in toenemende mate de voorkeur geeft te winkelen met de auto. Verzocht wordt om tot creatieve oplossingen te komen, door bijvoorbeeld capaciteit bij te lenen bij organisaties die op deze tijdstippen capaciteit over hebben. Tevens wordt verzocht om te komen tot een parkeerring voor het centrum. Dit voorkomt zoekend verkeer en zal de doorstroming bevorderen.


In de begripsomschrijving is aangegeven wat onder afhaalcentra wordt verstaan. Gevraagd wordt om streng toe te zien op dat consumptie anders dan ter plaatse plaatsvindt en waar nodig handhavend op te treden. Hierdoor wordt oneerlijke concurrentie met reguliere horecabedrijven voorkomen.


De KvK is voorstander van wonen en werken in de woonomgeving en is verheugd dat beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten vanuit de woning onder voorwaarden zijn toegestaan. In de regels wordt aangegeven dat bijgebouwen niet mogen worden gebruikt voor de uitoefening van aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten. Deze toevoeging houdt een onnodige beperking in en is niet wenselijk omdat dit de ontplooiing van economische activiteiten belemmert. Verzocht wordt om deze regel te laten vervallen.


Beoordeling overlegreactie
In 2011 zijn nieuwe beleidsregels voor de binnenstad vastgesteld. Insteek was daarbij meer ruimte voor dynamiek in het stadscentrum en meer ruimte te geven aan de markt zelf. De afgelopen tijd hebben steeds meer commerciële dienstverleners zich gemeld (bankwinkels, schoonheidssalons, zorgverzekeraars, etc.) die aanliepen tegen beperkende maatregelen. Tegelijkertijd is de verwachting dat het aantal detailhandelmeters terugloopt. De percentages voor toegestane dienstverlening zijn daarom verruimd. In overleg met ondernemersrorganisaties in het Huis voor de Binnenstad is per straat bepaald wat het maximaal toegestane percentage aan dienstverlening is. Bij overschrijding van deze percentages kan handhavend worden opgetreden.


Het Huis van de Binnenstad heeft zitting gehad in de klankbordgroep van de nota Nijmegen Duurzaam Bereikbaar. Door tijdens de totstandkoming van de nota regelmatig gebruik te maken van de input en feedback van de klankbordgroep ligt er nu een document met een breed draagvlak. De Kamer van Koophandel en het Huis voor de Binnenstad hebben gezamenlijk een inspraakreactie geschreven, waarop de gemeente heeft gereageerd en delen heeft overgenomen. In 2013 wordt het parkeerverwijssysteem vervangen. Hoe dit wordt vormgegeven maakt mede onderdeel uit van de nieuwe Parkeernota.


Afhaalcentra vallen onder detailhandel (zie begripsomschrijving in artikel 1.37 van planregels). Bij afhaalcentra is ondersteunende horeca toegestaan. In artikel 32.4 van de planregels van het bestemmingsplan zijn voorwaarden opgenomen waaraan ondersteunende horeca moet voldoen. Wanneer niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, zal handhavend worden opgetreden. De begripsomschrijving voor afhaalcentra is overigens uit de regels verwijderd omdat afhaalcentra niet in het bestemmingsplan worden genoemd.


Op grond van de algemene regel "Aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten" (artikel 32.1) zijn in woningen alsmede in aan- en uitbouwen onder voorwaarden andere functies toegestaan in de vorm van aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten. Aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten zijn niet toegestaan in (vrijstaande) bijgebouwen. Het uitoefenen van een beroeps- of bedrijfsactiviteit in een (vrijstaand) bijgebouw in de tuin gaat de reikwijdte van de woonfunctie te buiten. De beroeps- of bedrijfsactiviteit is dan immers niet meer direct gerelateerd aan de woning. Een dergelijke functieverandering kan ingevolge vaste jurisprudentie uitsluitend worden bewerkstelligd middels een wijziging of herziening van het bestemmingsplan (uitspraak ABR 06/04/2005, 200404674/1). In de regels is onder de begrippen gedefiniëerd wat onder aan huis verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten moet worden verstaan.

7.2.2.3 Provincie Gelderland, Ruimtelijke Ordening Advisering, Arnhem


Overlegreactie

Op pagina 47 en 48 van het raamwerk wordt het beleid van kantoren aangegeven. De provincie mist een toets aan de SER-ladder. Dat een ontwikkelaar een mooi pand wil neerzetten en de eindgebruiker bekend is, is onvoldoende toets aan de SER-ladder om mee te werken aan nieuwbouw van kantoren.


Beoordeling overlegreactie

De tekst van paragraaf 4.3.10 van het raamwerk Nijmegen Centrum is aangepast.

7.2.2.4 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid, sector Brandweer, Nijmegen


Overlegreactie

Nabij het plangebied vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats over het spoortraject Nijmegen-'s-Hertogenbosch. Vanwege dit transport dient de planontwikkeling te worden getoetst aan de Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (CRnvgs). In de CRnvgs staan twee risicomaten centraal: het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Voor het plaatsgebonden risico gelden grens- en richtwaarden. Voor het groepsrisico is een verantwoordingsplicht van toepassing. Binnen deze verantwoordingsplicht is het bestuur van de veiligheidsregio aangewezen als adviseur betreffende de mogelijkheden voor de rampenbestrijding en de zelfredzaamheid van burgers (zie Bijlage 4 Advies Veiligheidsregio Gelderland-Zuid).

Uit onze analyse blijkt dat, als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen over het spoor door Nijmegen, calamiteiten denkbaar zijn met zeer grote effecten ter hoogte van het plangebied. De kansen op dergelijke calamiteiten zijn echter zeer klein. Om de gevolgen van deze mogelijke calamiteiten inzichtelijk te maken zijn maatscenario's benoemd voor het transport van brandbare vloeistoffen, tot vloeistof verdichte gassen en toxische stoffen.


De mogelijkheden voor de rampenbestrijding ten gevolge van deze calamiteiten zijn beperkt. Voor de bestrijding van een calamiteit op het spoor is onvoldoende blus-/ koelwater beschikbaar om escalatie van het maatscenario te voorkomen of de effecten zo veel mogelijk te beperken. Daarnaast is de bereikbaarheid van incidenten op het spoor onvoldoende en stijgt het aantal te verwachten slachtoffers van twee van de drie maatscenario's boven de mogelijkheden van de geneeskundige hulpverlening uit.


Ook de mogelijkheden tot zelfredding zijn niet optimaal. De bestemmingen 'Cultuur en ontspanning -Kinderboerderij', 'Gemengd-1', 'Gemengd-4' en 'Maatschappelijk' bieden expliciet de mogelijkheid tot realisering van functies die specifiek zijn bedoeld voor verblijf of gebruik door verminderd of niet zelfredzame personen. Ook worden aanwezige personen niet bij alle maatscenario's in staat geacht het gevaar goed in te schatten. Daarnaast voert de gemeente Nijmegen in zijn algemeenheid geen actieve risicocommunicatiecampagne(s). Een dergelijke campagne, gericht op de bewoners van en bedrijven in de spoorzone, kan een bijdrage leveren aan het verhogen van het risicobewustzijn en daarmee de zelfredzaamheid deze personen.


Ter verbetering van de mogelijkheden voor de rampenbestrijding en de zelfredzaamheid van burgers, zijn in de analyse in de bijlage mogelijke maatregelen benoemd. Wij wijzen u er echter op dat, hoewel deze maatregelen bijdragen aan het terugdringen van de risico's, de risico's niet tot nul kunnen worden gereduceerd. Ook na het treffen van de benoemde maatregelen kunnen zich calamiteiten voordoen waarbij de mogelijkheden voor de rampenbestrijding worden overstegen. Het is aan het bevoegd gezag dit risico expliciet te accepteren en in het ruimtelijk besluit te verantwoorden binnen de verantwoordingsplicht groepsrisico.


Beoordeling overlegreactie

In paragraaf 6.2 is ingegaan op externe veiligheid en het advies van Veiligheidsregio.

7.2.2.5 Vitens Gelderland, Lelystad


Overlegreactie

Verzocht wordt om meer aandacht te besteden aan de drinkwaterwinning Nieuwe Marktstraat. Hiertoe wordt een tekstvoorstel gedaan.


Beoordeling overlegreactie
In paragraaf 4.6.2 van het raamwerk Nijmegen Centrum is ingegaan op het waterwingebied Nieuwe Marktstraat.

7.2.2.6 VROM-Inspectie, Directie Uitvoering, Den Haag


Overlegreactie

Het voorontwerp bestemmingsplan geeft aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen. Op de risicokaart staan 4 inrichtingen die als risicobron in de toelichting aandacht zouden moeten krijgen. Het gaat om een drietal inrichtingen waar vuurwerk wordt opgeslagen. Gevraagd wordt om deze inrichtingen in de toelichting op te nemen en aan te geven of deze inrichtingen voldoen aan het Besluit Vuurwerk. Verder staat op de risicokaart aan de Waalkade restaurant Quirins met een risicocontour aangegeven vanwege opslag van gevaarlijke stoffen in een bovengrondse tank. Gevraagd wordt hiervan de risico's in beeld te brengen.


In het bestemmingsplan is ten behoeve van de Waal de dubbelbestemming "Waterstaat-Waterberging" opgenomen. De benaming "Waterberging" is rivierkundig niet juist. De Waal en de gronden gelegen tussen de beide dijken en/of waterkeringen behoren tot het stroomvoerende deel van de rijksrivieren. De bestemming "Waterstaat-Waterstaatkundige functie" is een goede benaming. Deze bestemming is ook opgenomen in het bestemmingsplan "Ruimte voor de Waal". In het rivierbed zijn nieuwe activiteiten waaronder uitbreiding van bestaande activiteiten volgens de Beleidslijn grote rivieren niet toegestaan. Artikel 25.2.2 geeft mogelijkheden voor de overige bestemmingen die niet passen binnen de Beleidslijn grote rivieren. Verzocht wordt een artikel 25.2.2 b op te nemen in artikel 25.3.1 en zodanig aan te passen dat uitbreiding qua oppervlakte en inhoud niet mogelijk is. De term "waterbeheerder" wordt zowel gebruikt als aanduiding voor de beheerder van de waterkwaliteit als voor de beheerder van de rivier als snelle en veilige afvoer van water en scheepvaart. In artikel 25.3.3 is aangegeven dat advies gevraagd dient te worden aan te waterbeheerder. Aangenomen wordt dat hiermee de rivierbeheerder wordt bedoeld. Verzocht wordt de term rivierbeheerder in artikel 25.3.3 op te nemen of de term waterbeheerder nader toe te lichten in de begrippenlijst.


Beoordeling overlegreactie

In paragraaf 5.1 van het raamwerk Nijmegen Centrum is ingegaan op de inrichtingen waar vuurwerk wordt opgeslagen. Ook wordt ingegaan op restaurant Quirins aan de Waalkade.


De benaming van de dubbelbestemming "Waterstaat-Waterberging" is aangepast in "Waterstaat-Waterstaatkundige functie". De regels zijn aangepast conform bovenstaande reactie. Zie verder artikel 29 van de regels.

7.2.2.7 Waterschap Rivierenland, Tiel

Het toegezonden bestemmingsplan geeft geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. Deze reactie is aan te merken als wateradvies in het kader van de watertoetsprocedure.