direct naar inhoud van 3.3 Flora en Fauna
Plan: Nijmegen Kern Lent - Visveld - 1 (Steltsestraat 18-20)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP19001-VG01

3.3 Flora en Fauna

De Flora- en faunawet is op 1 april 2002 in werking getreden. Deze wet regelt de bescherming van planten- en diersoorten. In de Flora- en faunawet zijn EU-richtlijnen voor de bescherming van soorten opgenomen (Habitatrichtlijn, Vogelrichtlijn) en het internationale CITES-verdrag voor de handel in bedreigde diersoorten. De doelstelling van de wet is de bescherming en het behoud van in het wild levende planten- en diersoorten. Het uitgangspunt van de wet is: 'Nee, tenzij'. Dit betekent dat activiteiten met een schadelijk effect op beschermde soorten in principe verboden zijn. Van het verbod op schadelijke handelingen ('nee') kan onder voorwaarden ('tenzij') worden afgeweken. Daarnaast stelt de wet dat ook dieren die geen direct nut opleveren voor de mens van onvervangbare waarde zijn (erkenning van de intrinsieke waarde).

3.3.1 Zorgplicht en Verbodsbepalingen

In de Flora- en faunawet is een zorgplicht opgenomen. Deze zorgplicht houdt in dat menselijk handelen geen nadelige gevolgen voor flora en fauna mag hebben. De zorgplicht geldt voor alle planten en dieren, beschermd of niet. In het geval van beschermde planten of dieren geldt de zorgplicht ook als er een ontheffing of vrijstelling is verleend. De zorgplicht voor dieren betekent niet dat er geen dieren mogen worden gedood, maar wel dat dit, indien noodzakelijk, met zo min mogelijk lijden gepaard gaat. De Flora- en faunawet bevat daarnaast een aantal verbodsbepalingen om ervoor te zorgen dat in het wild levende soorten zoveel mogelijk met rust worden gelaten. Deze verbodsbepalingen houden onder andere in dat (beschermde) planten niet geplukt mogen worden. Dieren (beschermd of niet) mogen niet gedood, verwond of gevangen worden. Ook de plaatsen waar dieren verblijven zijn beschermd. Het uitzetten van dieren of planten in de vrije natuur is niet toegestaan, net zomin als het kopen of verkopen van (beschermde) planten of dieren, of producten die van (beschermde) planten of dieren zijn gemaakt.

Bij ruimtelijke ingrepen dient er altijd te worden nagegaan of er een vergunning nodig is op grond van de internationale en nationale Flora en Fauna wetgeving. Dit kan aan de hand van een flora en fauna onderzoek. Gebleken is dat er geen beschermde en of bijzondere flora en fauna in het onderzoeksgebied aanwezig zijn. Een ontheffing van de Flora- en Faunawet aanvragen is dan ook niet nodig.

Met het oog op de beschermingsstatus van alle broedvogels, dienen de kapwerkzaamheden bij voorkeur buiten het broedseizoen plaats te vinden dan wel zodanig worden uitgevoerd dat geen nesten worden verstoord. Indien het terrein braak komt te liggen, kunnen er echter wel bodem- en ruigtebroeders gaan vestigen. In dat geval is nestcontrole in het broedseizoen noodzakelijk (indien er werkzaamheden gaan worden uitgevoerd in het broedseizoen).

Compensatie is vanuit de Flora en Faunawet niet nodig, maar met enkele simpele inrichtingsmaatregelen kan het huis wel natuurvriendelijker worden. Zo zouden er enkele speciale broeddakpannen kunnen worden geplaatst voor de Huismus (sinds kort een bedreigde soort van de Rode lijst) en kunnen er zwaluw- en vleermuizenkasten worden opgehangen.