direct naar inhoud van Artikel 10 Leiding - Hoogspanningsverbinding
Plan: Nijmegen Groot Bijsterhuizen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP17000-VG02

Artikel 10 Leiding - Hoogspanningsverbinding

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor aanleg, instandhouding en/of bescherming van een bovengrondse hoogspanningsverbinding.

10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen

Op de gronden als bedoeld in 10.1 zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.

10.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, mag niet meer dan 4 meter bedragen, met dien verstande dat palen en (licht- en hoogspannings)masten en hoger mogen zijn.

10.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 10.2.1 teneinde het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden voorkomende andere bestemmingen toe te staan, mits hierbij uit hoofde van de bescherming van de hoogspanningsverbinding geen bezwaar bestaat; dienaangaande wordt voor de verlening van de omgevingsvergunning door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.

10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
10.4.1 Omgevingsvergunningsplicht

Het is verboden op de tot 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' bestemde grond, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, die de veiligheid kunnen schaden of de continuïteit van de energievoorziening in gevaar kunnen brengen:

  • a. het afgraven, ophogen en egaliseren van gronden;
  • b. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen, het bebossen van gronden of het indrijven van voorwerpen in de grond;
  • c. het aanleggen en verharden van wegen, paden, parkeergelegenheden en andere oppervlakteverhardingen;
  • d. het aanleggen van rioleringen, leidingen of kabels anders dan ten behoeve van de bestemming;
  • e. het opslaan van zaken (waaronder begrepen afvalstoffen).
10.4.2 Uitzonderingen
  • a. Het onder 10.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
  • 1. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
  • 2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan
  • 3. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
  • b. De werken en werkzaamheden als bedoeld onder a. zijn slechts toelaatbaar indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de belangen van de gasleidingen en/of energievoorziening ontstaat of kan ontstaan.
10.4.3 Advisering

Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld onder 10.4.1 wordt het advies ingewonnen van de leidingbeheerder.