direct naar inhoud van Artikel 3 Verkeer
Plan: Dorp Lent - 11 (Definitieve locatie Station Nijmegen Lent e.o.)
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP141W11-OH01

Artikel 3 Verkeer

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen met een functie voor verblijf en verplaatsing, verkeerswegen (waaronder busbanen, fiets- en voetpaden), voorzieningen ten behoeve van openbaar vervoer, kunstwerken (zoals bruggen, overkluizingen, ongelijkvloerse kruisingen, viaducten, onderdoorgangen, taluds en waterstaatkundige werken), parkeervoorzieningen, fietsenstallingen en kiosken;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'railverkeer' (rv) voor railverkeer- en spoorwegvoorzieningen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'brug' (br) voor een brug, ongelijkvloerse kruising, viaduct dan wel overkluizing met bijbehorende voorzieningen;
  • d. groenvoorzieningen en bermen;
  • e. wadi's, water en waterhuishoudkundige voorzieningen, alsmede daarbij behorende voorzieningen zoals duikers, kunstwerken en overbruggingen;
  • f. geluidwerende voorzieningen, zoals geluidswallen en geluidsschermen;
  • g. nutsvoorzieningen, zoals ondergrondse kabels en leidingen;
  • h. (bouw)werken ten algemenen nutte zoals bedoeld in artikel 6.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemene bouwregels

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen en bouwwerken (waaronder overkappingen) ten behoeve van openbaar vervoersvoorzieningen, zoals een treinstation, abri's en bushaltes;
  • b. gebouwen en bouwwerken (waaronder overkappingen) ten behoeve van kiosken;
  • c. gebouwen en bouwwerken (waaronder overkappingen) ten behoeve van fietsenstallingen;
  • d. gebouwen en bouwwerken (waaronder overkappingen) ten behoeve van (bouw)werken ten algemenen nutte zoals bedoeld in artikel 6;
  • e. bouwwerken, geen gebouw zijnde en werken.

3.2.2 Specifieke bouwregels

De in artikel 3.2.1 genoemde gebouwen en bouwwerken zijn toegestaan voor zover voldaan wordt aan de volgende regels:

  • a. per kiosk geldt dat is toegestaan een bebouwde oppervlakte van maximaal 50 m2, een maximale goothoogte van 3 meter en een maximale bouwhoogte van 5 meter;
  • b. de bouwhoogte van fietsenstallingen mag niet meer dan 3 meter bedragen;
  • c. uitsluitend op de gronden met de aanduiding "railverkeer" zijn gebouwen, bouwwerken, bouwwerken, geen gebouw zijnde, werken, en voorzieningen toegestaan ten behoeve van railverkeersvoorzieningen.
  • d. op de gronden met de aanduiding "railverkeer" mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouw zijnde, niet meer mag bedragen dan 6 meter t.o.v. het aanliggende perron, met dien verstande dat palen, (licht)masten, geluidwerende voorzieningen, alsmede voorzieningen voor verkeersgeleiding (zoals draagconstructies en portalen voor bovenleidingen, bakens, seinpalen en andere railverkeersvoorzieningen) hoger mogen zijn;
  • e. op de gronden met de aanduiding "railverkeer" en de aanduiding 'brug' zijn bouwwerken, geen gebouw zijnde, werken, en voorzieningen toegestaan ten behoeve van het realiseren van een brug, ongelijkvloerse kruising dan wel overkluizing;

3.2.3 Dwarsprofielen

  • a. Ter plaatse van dwarsprofiel 1 op de verbeelding, dient de rijbaan te bestaan uit maximaal 2x2 rijstroken met aan weerszijden daarvan één busbaan;
  • b. Ter plaatse van dwarsprofiel 2 op de verbeelding, dient de weg te bestaan uit een ventweg;

waarbij voor alle dwarsprofielen geldt dat afwijkingen in verband met en ten behoeve van kruispunten, parkeerplaatsen, bushaltes, vluchtstroken, en in- en uitvoegstroken zijn toegestaan.