Plan: | Buitengebied Dorp Lent - 33 (Woning naast nummer 46) |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0268.BP140W33-VG01 |
In het rapport “Het land over de Waal” en de MER Waalsprong is het betreffende gebied aangeduid als een gebied met hoge cultuurhistorische waarde. De Oosterhoutsedijk is een waardevolle historische structuur.
Een belangrijke ontwikkeling in de geschiedenis van Lent en Nijmegen Noord was de aanleg van de bandijk in de dertiende eeuw. De aanleg van de dijk had gevolgen voor de afwatering. Voorheen liep het water van de stroomrug nog via de natuurlijke geulen westwaarts. Nu moest de waterlossing haaks op de eerdere natuurlijke afwatering gelegd worden. Via sluizen in de huidige Steltsestraat en Laauwikstraat liep het water naar de Boven-Zeeg in het Visveld en via een sluis in het Molenpad en de Zaligestraat liep het naar de Beneden-Zeeg bij het Hof van Holland.
Hoewel de dijk moest zorgen voor bescherming van het land daarachter tegen het rivierwater, zorgde de aanleg van de dijk ook vaker voor overstromingen van het gebied. Kwelwater zorgde voor grote overlast, maar ook dijkdoorbraken. Vooral vanaf de vijftiende eeuw werd de Waal steeds gewelddadiger. In de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw waren er veel dijkdoorbraken. Door deze dijkdoorbraken ontstonden verschillende kolken en wielen. Meestal werd de nieuwe dijk aan de rivierzijde van de wiel gelegd, zodat de wiel binnendijks kwam te liggen. Maar in latere tijd, toen steeds vaker reusachtige wielen werden gevormd, ontstond de behoefte de wielen buiten te dijken. Het buitengedijkte land wordt ook al oudhoevig land genoemd. De Lotwaard is bijvoorbeeld buitengedijks land.
Het Molenpad leidde eeuwenlang naar een molen aan de Waaldijk, waar het Lentse koren werd gemalen. De molen stond hier waarschijnlijk al voor 1551. Met de spooraanleg rond 1878 werd het Molenpad via een tunneltje, in de volksmond de Dukker genaamd, door de spoordijk heen geleid. Na de Tweede Wereldoorlog is de tunnel afgesloten. Het buurtje bij de molen werd de Molenbuurt genoemd.
De rijke kleigronden zorgden er voor dat Lent en omgeving zeer geschikt was voor landbouw. Vooral in de negentiende eeuw ontwikkelde Lent zich op het gebied van fruit- en groenteteelt. Boerderijen, weilanden en boomgaarden aan onder andere de Oosterhoutsedijk herinneren nog aan deze ontwikkeling.
In 1925 werd langs de spoordijk het bedieningsgebouw met werkplaatsen behorend bij het openluchtstation van de PGEM (Oosterhoutsedijk 48, nu tijdelijk in gebruik door de Firma Heijmans) gebouwd. Het ontwerp was van de hand van PGEM huisarchitect Hendrik Fels. Fels ontwikkelde voor de PGEM een huisstijl die wordt gekenmerkt door de kubistische vormen, veelal platte daken en het uit verticalen en horizontalen bestaande lijnenspel van de zogeheten Nieuwe Haagse School. Het bijbehorende blok van drie wit geverfde dienstwoningen (Oosterhoutsedijk 50, 52, 54) ligt evenwijdig langs de insteekweg naar de panden Oosterhoutsedijk 56 t/m 68. Achter de dienstwoningen lag het daadwerkelijke openluchtstation. Op die plek staan nu twee moderne loodsen. Het met het voorfront naar de Oosterhoutsedijk gekeerde woningblok vormt een ensemble met het tegen de spoordijk gelegen bedieningsgebouw.
De boerderij aan de Oosterhoutsedijk 46 dateert uit 1880 en heeft geen monumentale waarde, maar wel een markante bouwmassa.
Cultuurhistorische waarden in het gebied
Zowel het blok met dienstwoningen als het bedieninggebouw met werkplaatsen van architect Fels zijn gemeentelijk monument, de twee loodsen en de schuurtjes achter de woningen zijn niet beschermd. Het woonhuis met achterhuis aan de Oosterhoutsedijk 74-76 is ook een gemeentelijk monument wegens het bebouwingstype in relatie met de ligging aan de dijk.
Naast de beschermde gebouwen is de Oosterhoutsedijk een cultuurhistorisch waardevol element.
Het betreffende perceel is thans een weiland met fruitbomen, zoals er tot voor kort overal in Lent te zien waren. Historisch kaartmateriaal laat zien dat het perceel waarschijnlijk nooit bebouwd is geweest.
Vanuit cultuurhistorisch oogpunt zijn er geen bezwaren tegen de voorgestelde bestemmingsplanherziening. Hoewel het perceel vermoedelijk nooit eerder bebouwd is geweest, past een woonhuis binnen het karakter van het gebied. Ook blijven de gemeentelijke monumenten Oosterhoutsedijk 50-52-54 vanaf de Oosterhoutsedijk zichtbaar.
Het is aan te raden de fruitbomen op het perceel zo veel mogelijk te behouden, als herinnering aan het tuindersverleden van Lent.