direct naar inhoud van 2.1 Waterhuishouding
Plan: Nijmegen Zuid - 5 (Couwenbergstraat 34-36)
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP1005-ON01

2.1 Waterhuishouding

2.1.1 De watertoets

Voor de ruimtelijke aspecten heeft het Nationaal Waterplan de status van structuurvisie. Hierin zijn water en ruimtelijke ontwikkelingen geïntegreerd, conform de Wet ruimtelijke ordening en de Waterwet.

Binnen de volgende documenten is de watertoets verankerd:

  • Nota Anders Omgaan met Water (Kabinetsstandpunt over het waterbeleid 21e eeuw, dec. 2000)
  • Nationaal Bestuursakkoord Water (2 juli 2003)
  • Landelijke Handreiking Watertoets 2 (RIZA, december 2006)
  • Waterbeheerplan 2010-2015 (Waterschap Rivierenland 15 december 2008)
2.1.2 Algemeen

Het plangebied maakt deel uit van de bestaande waterhuishoudkundige inrichting van het gebied Hatert. Voor dit gebied zijn het “Waterplan Nijmegen (2001) & Gemeentelijk Rioleringsplan 2010 t/m 2016” relevant. Er vinden geen wijzigingen plaats als gevolg van de voorgenomen bestemming.

2.1.3 Oppervlaktewater

Binnen het plangebied is geen oppervlaktewater aanwezig.

2.1.4 Grondwater

Het plangebied bevindt zich niet in een grondwaterwingebied of grondwaterbeschermingsgebied.

Uitgangspunt bij nieuwe stedelijke in- en uitbreidingen is dat er grondwaterneutraal wordt gebouwd. Dat wil zeggen dat de oorspronkelijke grondwaterstanden en -stromen in de omgeving niet wijzigen. Dit kan bereikt worden door:

  • een grondwatergerelateerde locatiekeuze: geen stedelijke uitbreidingen in gebieden met (kans op) hoge grondwaterstanden;
  • maatregelen te treffen bij bouwrijp maken en tijdens de bouw (ophogen, goede structuur van het oppervlaktewatersysteem, voorkomen verdichting bodemstructuur);
  • een waterproof bouwkundig ontwerp van woningen en gebouwen (bijvoorbeeld kruipruimteloos)

Om grondwateroverlast in bestaand stedelijk gebied te beperken zet het Waterschap in eerste instantie in op bouwkundige maatregelen. Pas als dit onvoldoende soelaas biedt komen drainerende of onttrekkende oplossingen in beeld.

Dit sluit niet uit dat er niet ondergronds gebouwd mag worden, mits er voldoende technische maatregelen worden getroffen zodat de bouw waterdicht is.

2.1.5 Riolering / hemelwater

De riooltechnische ontsluiting van het plangebied bevindt zich aan de Thorbeckstraat. De riolering is uitgevoerd als gemengd gescheiden stelsel. In het kader van het bevorderen van het duurzaam omgaan met water geldt als gemeentelijk beleid, om schoon hemelwater af te koppelen van c.q. niet aan te sluiten op het gemengde rioolstelsel. Schoon hemelwater dat afstroomt van (nieuw) verhard oppervlak dient in de bodem te worden geïnfiltreerd. Bij infiltratie van hemelwater dient waar mogelijk conform convenant Duurzaam bouwen in het KAN 2000, gebruik te worden gemaakt van duurzame bouwmaterialen. De 'Nota afkoppelen en infiltreren hemelwaterafvoer (april 2010)' is van toepassing (zie toepassingsgebied op onderstaand kaartje).

afbeelding "i_NL.IMRO.0268.BP1005-ON01_0003.jpg"

Voor plannen waarbij afstromend hemelwater in de bodem geïnfiltreerd wordt moet een waterhuishoudkundig plan bij de gemeente worden ingediend.