direct naar inhoud van Hoofdstuk 5 Randvoorwaarden
Plan: Uitbreiding Oranje Nassauschool
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0267.BP0022-0004

Hoofdstuk 5 Randvoorwaarden

5.1 Geluidhinder

Ten behoeve van dit bestemmingsplan is er door Schoonderbeek en partners advies b.v. een akoestisch onderzoek uitgevoerd om de akoestische consequenties van de uitbreiding van de school in beeld te brengen. Het doel van het onderzoek was het in kaart brengen van de door de uitbreiding veroorzaakte geluidniveaus. Het betreft onder andere de door de spelende kinderen veroorzaakte niveaus en de indirecte hinder door de extra verkeersbewegingen.

Onderzocht zijn de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus, de maximale geluidniveaus en de geluidniveaus ten gevolge van de indirecte hinder, bij de woningen van derden. De resultaten zijn getoetst aan de geluidvoorschriften, zoals opgenomen in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Barim).

Ondanks dat stemgeluid uitgezonderd is van toetsing aan geluidvoorschriften uit het Barim, is de geluidimmissie bij de woningen in de directe omgeving, tengevolge van het stemgeluid toch bepaald. Dit omdat de gemeente in het kader van een goede ruimtelijke ordening de belangen van het realiseren dient af te wegen tegen de mogelijke hinder en geluidbelasting.

Uit het onderzoek blijkt dat er ruim voldaan wordt aan de geluidvoorschriften uit het besluit. Op basis hiervan wordt gesteld dat de extra geluidbelasting ten gevolge van de uitbreiding van de school bij de woningen aanvaardbaar is.

5.2 Bedrijven en milieuzonering

De huidige afstanden van de woningen Isaac Sweerstraat 14a en 16a is 17 meter tot aan het schoolplein. Volgens de algemeen geldende normering zoals deze is opgenomen in de publicatie Bedrijven en Milieuzonering zou de richtafstand 30 meter moeten bedragen qua geluid. Na de uitbreiding van de school komen de genoemde woningen nog dichter bij het schoolgebouw en het (uitgebreide) schoolplein te liggen. Dit is de reden geweest voor een nader akoestich onderzoek (zie par 5.1). Uit dit onderzoek blijkt dat gemotiveerd kan worden afgeweken van de hier genoemde richtafstand.

Verder is het zeer aan te bevelen om de eindgevel van het nieuw te bouwen gedeelte van de school richting de woningen aan de Isaac Sweerstraat 14a en 16a blind/gesloten uit te voeren, in verband met zowel geluidsoverlast naar de woningen toe en ook in verband met inkijk.

5.3 Bodem

Uit een gehouden historisch vooronderzoek is naar voren gekomen dat er stroomopwaarts binnen twintig meter van het plangebied mogelijk een ondergrondse HBO-tank heeft gelegen.

Gezien de geringe afstand en ligging bovenstrooms van de mogelijke ondergrondsetank is aanvullend onderzoek uitgevoerd op de rand van het plangebied.

Hiertoe is een peilbuis zo dicht mogelijk bij de vermoedelijke ondergrondsetank geplaatst maar nog op het perceel van Prof. Eijkmanstraat 20. Er is een heel licht verhoogd gehalte naftaleen aangetroffen (net boven de streefwaarde). Deze stof is te relateren aan huisbrandolie.

Door de situering van de peilbuis kan worden aangenomen dat het gehalte naftaleen op het overig gedeelte van het onderzoeksperceel nog lager zal zijn, omdat het verder weg ligt van de vermoedelijke tank. Ook kan worden aangenomen dat de bodemkwaliteit voldoende is voor de nieuwe bestemming.

5.4 Asbest

Uit een historisch onderzoek blijkt dat asbesthoudend bouwmateriaal is toegepast binnen het plangebied. Volgens het onderzoek is er een kleine kans dat dit materiaal in de bodem is geraakt.

Geadviseerd wordt om voorafgaand aan de sloop een asbestinventarisatie uit te laten voeren. Eventueel asbesthoudend materiaal kan dan voor de sloop verwijderd worden, zodat een asbestvrij verklaring kan worden afgegeven.

5.5 Archeologische en cultuurhistorische waarden

Aangezien de bodem op de locatie van de uitbreiding en het schoolplein al geroerd is en het om een relatief kleine oppervlakte gaat, is een nader archeologisch onderzoek niet nodig. De kans is namelijk verwaarloosbaar klein dat er op deze locatie intacte archeologische overblijfselen gevonden zullen worden.

5.6 Water

Gezien de beperkte schaal van onderhavig plan zijn de waterhuishoudkundige gevolgen van de uitbreiding van de Oranje Nassauschool te verwaarlozen. Uitgangspunt is dat hemelwater zal worden gescheiden van het afvalwater. Dit is mogelijk, omdat er in de omgeving van het plangebied reeds een gescheiden rioleringssysteem is aangelegd.

Bij de bouw zal geen gebruik worden gemaakt van uitlogende materialen, zoals koper zink en lood. Door het benutten van dit soort materialen zal het afstromend regenwater van daken e.d. verontreinigd raken. Gecoate zink of een ander niet uitloogbaar materiaal kan wel worden gebruikt.

5.7 Flora en Fauna

Aangezien de uitbreiding van de school zal plaatsvinden op een locatie waar al lange tijd een woningblok en andere verharding is gerealiseerd, mag de conclusie worden getrokken dat zich geen waardevolle flora en fauna bevindt binnen het plangebied. Er is dan ook geen onderzoek in het kader van flora en fauna uitgevoerd.

5.8 Luchtkwaliteit

De uitbreiding van de Oranje Nassauschool heeft niet in betekenende mate invloed op de luchtkwaliteit en er hoeft derhalve geen nader onderzoek naar verricht te worden.

5.9 Externe veiligheid

In de directe omgeving van de planlocatie zijn geen inrichtingen gelegen die vanuit het aspect van externe veiligheid van invloed zijn op de uitbreiding van de school.