direct naar inhoud van Artikel 4 Kantoor
Plan: Hogebrinkerweg en Veenwal
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0267.BP0020-0009

Artikel 4 Kantoor

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kantoren;
  • b. ter plaatse van de aanduiding dienstverlening' tevens voor het gescheiden inzamelen van diverse huishoudelijke restmaterialen/producten;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'wonen' tevens voor wonen voor zover op de verdiepingen van de gebouwen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument' tevens voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van de cultuurhistorische waarden van de bebouwing;

met daarbijbehorende:

  • e. gebouwen, een bedrijfswoning daaronder niet begrepen ;
  • f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • g. werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden;
  • h. tuinen;
  • i. erven;
  • j. terreinen;
  • k. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • l. groenvoorzieningen;
  • m. parkeervoorzieningen.
4.2 Bouwregels

Op de voor 'Kantoor' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

4.2.1 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels;

  • a. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' mag de bouwhoogte en het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan is aangegeven;
  • c. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp mogen gehandhaafd worden.
4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer dan 3 meter bedragen.
4.3 Nadere eisen
4.3.1 Nadere eis

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de milieusituatie;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de externe veiligheid.
4.3.2 Procedure

Voor het stellen van een nadere eis geldt de in 12.1 vermelde voorbereidingsprocedure.

4.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval gerekend:

  • a. bewoning van bedrijfsruimten.