direct naar inhoud van Artikel 4 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Harfsensesteeg 15 Harfsen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0262.buHarfsensestg15Ha-BP41

Artikel 4 Recreatie - Verblijfsrecreatie

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een bedrijfsmatig geëxploiteerd terrein voor recreatief (nacht)verblijf met bijbehorende bebouwing, terreinen en voorzieningen, waaronder begrepen centrale recreatieve voorzieningen, verkeer- en parkeervoorzieningen en spel- en sportvoorzieningen;
  • b. de instandhouding en ontwikkeling van de in artikel 11.2 genoemde landschapstypen en hun kernkwaliteiten;
  • c. groen, nutsvoorzieningen en water;

alsmede voor:

  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - ehs', de instandhouding en ontwikkeling van de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de ecologische hoofdstructuur.
4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

4.2.1 Bedrijfswoningen
bestaande inhoud bedrijfswoning   Vergroting tot maximaal  
kleiner dan 550 m³   600 m³  
tussen 550 en 600 m³   20%  
tussen 600 m³ en 750 m³   15% tot een maximum van 750 m³  
groter dan 750 m³   handhaven bestaande omvang  

  • c. de goothoogte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 4,5 meter bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 10 meter;
  • d. herbouw van een bedrijfswoning is mogelijk ter plaatse van de bebouwingscontour van de huidige bedrijfswoning, of op een locatie die maximaal 10 meter van de huidige bebouwingscontour is gesitueerd (behoudens afwijking volgens Artikel 12 van deze regels);
  • e. bijgebouwen bij de bedrijfswoning dienen achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw te worden gesitueerd;
  • f. per bedrijfswoning is maximaal 75 m² oppervlakte aan bijgebouwen toegestaan ter vergroting van het woongenot;
  • g. de goothoogte van een bijgebouw bij een bedrijfswoning mag maximaal 3,50 meter bedragen en de bouwhoogte maximaal 6,50 meter.

4.2.2 Centrale recreatieve voorzieningen
  • a. per terrein is voor centrale recreatieve voorzieningen maximaal de oppervlakte toegestaan, zoals aangegeven in de 'Bebouwingstabel terreinen verblijfsrecreatie' in Bijlage 2;
  • b. de goothoogte van centrale recreatieve voorzieningen mag niet meer dan 3,50 meter bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 8 meter.

4.2.3 Kampeermiddelen

per terrein is maximaal het aantal kampeermiddelen toegestaan, zoals aangegeven in de 'Bebouwingstabel terreinen verblijfsrecreatie' in Bijlage 2.

4.2.4 Kampeerverblijven
  • a. per terrein is maximaal het aantal kampeerverblijven toegestaan, zoals aangegeven in de 'Bebouwingstabel terreinen verblijfsrecreatie' in Bijlage 2;
  • b. de oppervlakte van een kampeerverblijf mag niet meer dan 55 m² bedragen (inclusief sanitair/veranda of andere overkapping en exclusief berging), en de bouwhoogte niet meer dan 3,80 meter;
  • c. per kampeerverblijf is maximaal 1 vrijstaande of inpandige berging toegestaan met een bouwhoogte van maximaal 3 meter en een oppervlakte van maximaal 6 m².

4.2.5 Recreatiewoningen
  • a. per terrein is maximaal het aantal recreatiewoningen toegestaan, zoals aangegeven in de 'Bebouwingstabel terreinen verblijfsrecreatie' in Bijlage 2;
  • b. de oppervlakte van een recreatiewoning mag niet meer dan 75 m² bedragen (inclusief berging, veranda of andere overkappingen), de goothoogte niet meer dan 3,50 meter bedragen, de bouwhoogte niet meer dan 7 meter en de inhoud niet meer dan 300 m³;
  • c. indien de bestaande en vergunde recreatiewoning al groter is geldt de bestaande omvang als de maximale maatvoering en mag deze niet verder worden uitgebreid;
  • d. herbouw van een recreatiewoning is mogelijk ter plaatse van de bebouwingscontour van de huidige recreatiewoning, of op een locatie die maximaal 10 meter van de huidige bebouwingscontour is gesitueerd;
  • e. per recreatiewoning is maximaal 1 vrijstaande berging toegestaan met een oppervlakte van maximaal 6 m² (die wordt verrekend met de oppervlakte voor de recreatiewoning), en een bouwhoogte van maximaal 3 meter voor een vrijstaande berging.

4.2.6 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De volgende bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan:

Bouwwerk, geen gebouw   Maximale bouwhoogte in meters of oppervlakte in m²  
Hekwerken en andere terreinafscheidingen   2 meter  
Maximaal 3 vlaggenmasten ten behoeve van de centrale recreatieve voorzieningen   8 meter  
Spel- en sportvoorzieningen ten behoeve van de centrale recreatieve voorzieningen   8 meter  
Verlichting   4 meter  
Andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde   3 meter  

4.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels:

  • a. voor een uitbreiding van de oppervlakte voor centrale recreatieve voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - ehs' tot maximaal 5% van het bestemmingsvlak, mits:
    • 1. de initiatiefnemer met een natuuronderzoek kan aantonen dat de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de ecologische hoofdstructuur daardoor niet significant worden aangetast;
    • 2. de landschappelijke kernkwaliteiten daardoor niet worden aangetast;
    • 3. de bebouwing landschappelijk wordt ingepast met beplanting die eigen is aan het landschapstype ter plaatse;
    • 4. het terrein voor verblijfsrecreatie bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd;
  • b. voor een uitbreiding van het aantal kampeerverblijven tot maximaal 25 kampeerverblijven per hectare, mits de initiatiefnemer met een onderzoek kan aantonen dat:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - ehs' de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de natuur niet significant worden aangetast;
    • 2. de landschappelijke kernkwaliteiten niet worden aangetast;
    • 3. het terrein landschappelijk wordt ingepast met beplanting die eigen is aan het landschapstype ter plaatse;
    • 4. de bedrijfsmatige exploitatie van de nieuwe kampeerverblijven is gewaarborgd;
  • c. voor de bouw van een eerste, tweede of derde bedrijfswoning op een bedrijfsmatig geëxploiteerd terrein voor verblijfsrecreatie mits:
    • 1. voor elke bedrijfswoning is aangetoond dat deze noodzakelijk is in verband met de permanente huisvesting van een eerste, tweede of derde medewerker op het terrein vanwege de veiligheid, een goede dienstverlening aan de gasten, en de aard en omvang van de bedrijfsvoering;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - ehs' is aangetoond dat de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de natuur daardoor niet significant worden aangetast;
    • 3. de inhoud van een bedrijfswoning niet meer dan 600 m² bedraagt;
    • 4. de goothoogte van een bedrijfswoning niet meer dan 4,5 meter bedraagt en de bouwhoogte niet meer dan 10 meter;
    • 5. per bedrijfswoning maximaal 75 m² bijgebouwen worden toegestaan ter vergroting van het woongenot;
    • 6. de bijgebouwen achter de voorgevel van het hoofdgebouw worden gesitueerd;
    • 7. de afstand van de bijgebouwen tot de bedrijfswoning niet meer dan 20 meter bedraagt;
    • 8. de goothoogte van een bijgebouw bij een bedrijfswoning maximaal 3,50 meter bedraagt en de bouwhoogte maximaal 6,50 meter.
  • d. voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een maximale bouwhoogte van 12 meter, mits de landschappelijke kernkwaliteiten daardoor niet worden aangetast.
4.4 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

4.4.1 Horeca:

Van de vierkante meters voor centrale recreatieve voorzieningen mag maximaal 200 m² worden gebruikt voor horeca in categorie 1 en 2 van de 'Staat van horeca-activiteiten' in Bijlage 1 mits op het recreatieterrein wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid.

4.4.2 Permanente bewoning:

De permanente bewoning van recreatiewoningen, kampeermiddelen, kampeerverblijven en/of andere onderkomens en gebouwen die niet voor permanente bewoning bestemd zijn, wordt als gebruik in strijd met dit bestemmingsplan aangemerkt en is strafbaar gesteld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening.