direct naar inhoud van Artikel 34 Waarde - Cultuurhistorie
Plan: Buitengebied Lochem 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0262.buBuitengebied2010-BP41

Artikel 34 Waarde - Cultuurhistorie

34.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde-Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. het behoud en de versterking van de cultuurhistorische waarden van landgoederen die bestaat uit de samenhang van een economische productie-eenheid in de vorm van een landhuis en boerderijen, omringend parkbos, lanen, paden, watergangen en waterpartijen, agrarische productiegronden en (productie)bos;
  • b. cultuur- en natuureducatie;
  • c. kleinschalige nevenactiviteiten zoals nader geregeld in 34.4.1;
  • d. extensief recreatief medegebruik.
34.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

Op de voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde, toegestaan ten dienste van de dubbelbestemming, waaronder worden begrepen bewegwijzering, informatieborden, verlichting, straat- en tuinmeubilair, met een bouwhoogte van maximaal 3 meter, met dien verstande dat per hoofdgebouw of hoofdtoegang maximaal 3 vlaggenmasten zijn toegestaan met een bouwhoogte van maximaal 8 meter;

34.3 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

kleinschalige nevenactiviteiten zijn uitsluitend met een omgevingsvergunning toegestaan.

34.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels:

34.4.1 Kleinschalige nevenactiviteiten:

voor kleinschalige nevenactiviteiten op een landgoed, mits:

  • a. uitsluitend nevenactiviteiten worden toegelaten die voorkomen op de bij deze regels behorende Lijst van kleinschalige nevenactiviteiten in Bijlage 3, of die naar aard en invloed op de omgeving daarmee vergelijkbaar zijn;
  • b. voor de kleinschalige nevenactiviteiten gebruik wordt gemaakt van de bestaande gebouwen;
  • c. per kleinschalige nevenactiviteiten maximaal 350 m² vloeroppervlakte binnen de bestaande gebouwen wordt aangewend;
  • d. van het buitenterrein maximaal 1.000 m² voor kleinschalige nevenactiviteiten wordt aangewend;
  • e. de cultuurhistorische waarden daardoor niet worden aangetast en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed daarover positief heeft geadviseerd.

34.4.2 Parkeren voor de bestemming Gemengd:

voor parkeren ten behoeve van de bestemming Gemengd, mits:

  • a. de cultuurhistorische waarden daardoor niet worden aangetast en de Rijksdienst voor het Cultuurhistorisch Erfgoed daarover positief heeft geadviseerd;
  • b. de landschappelijke kernkwaliteiten daardoor niet worden aangetast;
  • c. de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de ecologische hoofdstructuur daardoor niet significant worden aangetast.
34.5 Omgevingsvergunning voor de uitvoering van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
34.5.1 Verbod:

Het is verboden om de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren op de voor 'Waarde - cultuurhistorie' aangewezen gronden zonder een omgevingsvergunning voor de uitvoering van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden:

  • a. het kappen, vellen of rooien van bomen en houtgewas;
  • b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 20 m²;
  • c. het afgraven of ophogen van gronden, en het graven van poelen;
  • d. het egaliseren van gronden;
  • e. het dempen van watergangen en/of waterpartijen;
  • f. het wijzigen van de waterhuishouding;
  • g. aanleggen van onder- en/of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen, en de daarmee verband houdende constructies en/of installaties.

34.5.2 Uitzonderingen op het verbod:

Het in 34.5.1 genoemde verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden:

  • a. die tot het normale onderhoud en beheer worden gerekend;
  • b. die ten tijde van het van kracht worden van dit bestemmingsplan in uitvoering waren of waarvoor op dat tijdstip reeds een vergunning was verleend;
  • c. die reeds moeten worden gemeld in het kader van de Boswet.

34.5.3 Voorwaarden voor de vergunning:

De in 34.5.1 genoemde vergunning mag alleen en moet worden geweigerd indien als gevolg van deze werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan, hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen, de in 34.1 genoemde waarden worden aangetast.