Door Buijvoets bouw- en geluidsadvisering is een akoestisch onderzoek uitgevoerd ten behoeve van de bouwplannen (akoestisch rapport van juni 2009). Het door de gemeente Lochem opgestelde geluidsbeleid t.a.v. de voorkeursgrenswaarden en de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting (notitie “Geluid in Lochem” van maart 2007) is bij het onderhavige onderzoek betrokken.
De geluidbelasting is berekend conform het gestelde in het “Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006” ex art 110d van de wet geluidhinder. De berekening van de geluidbelasting is gemaakt volgens de standaard rekenmethode II.
In het rekenmodel (DGMR-Geonoise V5.41) zijn schematisch opgenomen :
- de wegen met intensiteiten,
- de bouwblokken en de gebouwen, objecten en verharde bodemgebieden,
- 2 waarneempunten met een waarneemhoogte van 1.5 m boven de vloer op een hoogte van 1,5 en 4.5 m boven het maaiveld.
Van de berekende waarde mag 5 dB afgetrokken worden (i.v.m. het stiller worden van motorvoertuigen) voor wegen met een wettelijke maximum snelheid tot 70 km/uur.
Onder de gehanteerde uitgangspunten wordt de voorkeursgrenswaarde van 48 dB door wegverkeerslawaai op de Borculoseweg op de woning 1 en 2 met maximaal 2 respectievelijk 3 dB overschreden. Woning 1 is de woning die op de hoek met de Soerinkweg is gesitueerd. Voor de waarden van 50 en 51 dB dient een hogere grenswaarde gevraagd te worden. Om een hogere grenswaarde te kunnen krijgen moet aan twee voorwaarden worden voldaan:
- de optredende geluidbelasting moet lager zijn dan de maximaal toelaatbare gevelbelasting, in dit geval 63 dB;
- de situatie moet passen in het gemeentelijk geluidsbeleid ten aanzien van vaststelling van de hogere grenswaarden.
Conclusie
De voorkeursgrenswaarde van 48 dB ligt op een afstand van ruim 40 m uit de as van de Borculoseweg en de Ruurloseweg. De geplande bouwblokken liggen buiten de maximale grenswaarde van 63 dB (= 68 dB contour). Voor de woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen binnen de 48 dB contour (= 40 m uit wegas van beide wegen) moet een hogere grenswaarde worden aangevraagd.
Maatregelen om de geluidbelasting te reduceren worden onderzocht in de volgorde bronmaatregelen en overdrachtsmaatregelen.
Bronmaatregelen
Het geluid door een voertuig wordt veroorzaakt door motor- en bandengeluid. In de loop der jaren zijn voertuigen, met name vrachtwagens veel stiller geworden, daar is in de rekenmethode al rekening mee gehouden. De verwachting is dat voertuigen in de toekomst nog stiller worden. Door toepassing van de zogenoemde tijdelijke aftrek wordt daar rekening mee gehouden. De initiatiefnemer van het bouwplan ten behoeve waarvan het akoestisch onderzoek wordt uitgevoerd heeft geen invloed op het reduceren van het motor- en bandengeluid aan het voertuig. Wel is het mogelijk een reductie te krijgen op het bandengeluid door aanpassing van het wegdektype. Naarmate de snelheid groter is kan de reductie door stiller asfalt toenemen.
Het aanbrengen van stil asfalt “dunne deklaag 1” op de Borculoseweg levert een reductie op van afgerond 3 dB waarmee geen overschrijding van de voorkeursgrenswaarde meer plaats vindt.
De kosten van het toepassen van stille wegdekken bedragen bij een prijs van € 100,-/m2 excl. BTW en een wegvaklengte van ca 90 m x 6.5 m breedte = € 58.500,- excl. BTW. Deze kosten zijn hoog omdat het om een relatief klein wegvak gaat. De wegbeheerder zal niet instemmen met de aanpak van een klein wegdeel omdat dit onderhoudstechnisch en bij de gladheidbestrijding tot problemen leidt.
Overdrachtsmaatregelen (geluidschermen, wallen) langs de weg(en) zijn niet reëel. Enerzijds vanwege de geringe afstand tussen de weg en de woningen, anderzijds omdat de hooggelegen bouwlagen niet af te schermen zijn. Bovendien is op lagere hoogten een scherm uit stedenbouwkundig oogpunt niet gewenst en zijn de kosten onevenredig hoog. Het vergroten van de afstand heeft pas voldoende effect bij verdubbeling van de afstand woning – wegas, in dit geval ca 44 m uit de as van de Borculoseweg, waarvoor geen ruimte is.
Maatregelen aan de gevels
Wanneer een hogere grenswaarde wordt verleend zijn maatregelen aan de gevels noodzakelijk. De vereiste geluidwering GA;k bedraagt 21 tot 23 dBA.
De kosten van de maatregelen zijn sterk afhankelijk van de keuze voor de materialen en het ventilatiesysteem. Wanneer wordt gekozen voor een natuurlijke toevoer via openingen in de geluidbelaste voorgevel zijn susroosters noodzakelijk.
De susroosters komen dan i.p.v. normale roosters tegen een meerprijs van enkele honderden euro’s. Wanneer een mechanisch balansventilatiesysteem wordt toegepast zijn geen meerkosten.
Conclusie maatregelen
De maatregelen die voor de woningen getroffen dienen te worden om aan de voorkeursgrenswaarde te voldoen, ontmoeten overwegende bezwaren van stedenbouwkundige, landschappelijke of financiële aard. De ontheffingsgrond is:
- door de gekozen situering een open plaats tussen aanwezige bebouwing opvullen.
Deze passage kan teruggevoerd worden op het geluidbeleid van de gemeente Lochem. Hierin wordt aangegeven dat burgemeester en wethouders slechts onder voorwaarden gebruik zullen maken van de mogelijkheid een hogere geluidsbelasting toe te laten. Bij het wegverkeerslawaai (paragraaf 5.3 blz. 9 van de notitie “Geluid in Lochem” van maart 2007) kan dit spelen wanneer sprake is van een nog niet geprojecteerde woning binnen de bebouwde kom die door de gekozen situering een open plaats tussen aanwezige bebouwing opvult. Het onderhavige plan voldoet aan deze voorwaarden.
De woningen hebben aan de noordzijde (de achterkant) geluidluwe gevels evenals de buitenruimte aan deze zijde (LDEN =< 48 dB).
Deze passage kan eveneens teruggevoerd worden naar het hiervoor genoemde geluidbeleid van de gemeente Lochem. Hierin wordt onder paragraaf 5.3 aangegeven dat burgemeester en wethouders alleen een hogere waarde van 53 dB zullen vaststellen, indien voldoende verzekerd is dat de verblijfsruimten en de tot de woning behorende buitenruimte, niet aan de uitwendige scheidingsconstructie worden gesitueerd waar de hoogste geluidsbelasting optreedt, tenzij dit uit oogpunt van stedenbouw of volkshuisvesting niet anders mogelijk is.
De hogere grenswaarde zal niet meer bedragen dan 53 dB, waardoor er geen situeringseisen gelden voor de buitenruimte. Met andere woorden de buitenruimte ligt aan de rustige achterzijde van de te bouwen woningen.
In augustus 2010 is door burgemeester en wethouders en hogere grenswaarde voor de betreffende woningen vastgesteld. De hogere grenswaarde is op 50 en 51 dB (inclusief aftrek op grond van artikel 110g van de Wet geluidhinder) vastgesteld. Dit besluit is als bijlage bijgevoegd.
In alle gevallen waarin ontheffing wordt verleend, worden eisen gesteld aan het binnenniveau en de indeling. De binnenwaarde, waaraan bij het realiseren van de nieuwe woningen zal moeten worden voldaan, bedraagt 33 dB.