direct naar inhoud van Artikel 5 Wonen 1
Plan: Woongebouw Laantje te Malden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0252.BUbplaantje-VA01

Artikel 5 Wonen 1

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. één vrijstaande woning of twee nieuwe woningen in één woongebouw , uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – nieuw woongebouw toegestaan';
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - ecologisch waardevolle muur', voor het behoud van een ecologisch waardevolle muur;
  • c. aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteiten en/of bed&breakfast in hoofd- en bijgebouwen, met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de gebouwen tot een maximum van 100 m2 hiervoor mag worden gebruikt;
    • 2. er geen detailhandel wordt uitgeoefend behoudens een beperkte verkoop in het klein van ter plaatse vervaardigde producten en direct in verband met de aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteiten;
    • 3. het gebruik geen ernstige hinder voor het woonmilieu en de agrarische bedrijfsvoering in de omgeving mag opleveren en geen afbreuk mag doen aan het karakter van de omgeving;
    • 4. er geen activiteiten mogen plaatsvinden die in de regel worden uitgeoefend op een industrieterrein of bedrijventerrein;
    • 5. het gebruik geen nadelige invloed mag hebben op de verkeersafwikkeling en de parkeerbalans;
    • 6. er geen etalages en vitrines mogen zijn;
    • 7. er gelijktijdig niet meer dan twee medewerkers werkzaam mogen zijn;
    • 8. er geen bedrijfsmateriaal buiten op het perceel opgeslagen mag worden;
    • 9. er geen activiteiten mogen plaatsvinden die vergunningplichtig of meldingsplichtig zijn krachtens de Wet milieubeheer;

met bijgebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tuinen en erven.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - ecologisch waardevolle muur' mag niet worden gebouwd.

5.2.2 Hoofdgebouwen

Hoofdgebouwen moeten voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. de goothoogte is maximaal 6 m;
  • b. de bouwhoogte is maximaal 10 m;
  • c. de inhoud van een vrijstaande woning is maximaal 800 m³;
  • d. de inhoud van een woongebouw is maximaal 1200 m³;
  • e. de voorgevel dient te worden gebouwd in of op de gevellijn.

5.2.3 Kelders

Kelders zijn uitsluitend onder de woning en overige gebouwen toegestaan.

5.2.4 Bijgebouwen en overkappingen

Bijgebouwen en overkappingen moeten voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. de afstand tot zijgevel van het hoofdgebouw is maximaal 15 m;
  • b. de afstand tot achtergevel van het hoofdgebouw is maximaal 25 m;
  • c. de afstand tot de perceelsgrens is minimaal 5 m daar waar bouwgrenzen de scheiding vormen tussen meer bouwpercelen;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte per woning is maximaal 50 m²;
  • e. de goothoogte is maximaal 3 m;
  • f. de bouwhoogte is maximaal 5 m.
5.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is maximaal:

  • a. 1 m voor erf- en perceelsafscheidingen vóór de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • b. 2 m voor erf- en perceelsafscheidingen achter de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • c. 2 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.2.6 Herbouw woning

Herbouw van een woning is uitsluitend toegestaan op de bestaande locatie met inachtneming van het bepaalde in artikel 5.2.1,5.2.2 en 5.2.3.

5.3 Afwijken van de bouwregels
5.3.1 Vergroten oppervlakte bijgebouwen en overkappingen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.4 onder d voor het vergroten van de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen tot maximaal 75 m² indien de woning op een perceel staat met een oppervlakte groter dan 0,5 ha.

5.3.2 Erf- en terreinafscheidingen

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.5 onder a voor het oprichten van naar de openbare weg gekeerde erf- en terreinafscheidingen tot een hoogte van maximaal 1.80 m, mits dit uit landschappelijk oogpunt aanvaardbaar is.

5.3.3 Uitbreiden woning

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.1 onder a, voor het uitbreiden van de woning buiten de aanduiding ''specifieke bouwaanduiding – nieuw woongebouw toegestaan', met in acht name van de aangegeven maximale inhoudsmaat, mits daardoor de belangen van omliggende agrarische bedrijven niet worden aangetast en mits aangetoond is dat er sprake is van een goed woon- en leefklimaat.

5.4 Specifieke gebruiksregels

Als verboden gebruik wordt gerekend: gebruik van de opstallen op de gronden met de bestemming wonen ten behoeve van het wonen, indien de landschappelijke beplanting als bedoeld in artikel 3 niet binnen 6 maanden na gereedkomen van de bebouwing is aangelegd overeenkomstig het landschappelijk beplantingsplan zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels.

5.5 Afwijken van de gebruiksregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.4 en worden toegestaan af te wijken het landschappelijk beplantingsplan als opgenomen in bijlage 1 van deze regels, mits is aangetoond dat de realisatie van het inrichtingsplan niet mogelijk of doelmatig is en mits is aangetoond dat het bereiken van de beoogde natuur- en landschapswaarden niet wordt belemmerd.

5.6 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
5.6.1 Verbod

Het is verboden zonder omgevingsvergunning de ecologisch waardevolle muur ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - ecologisch waardevolle muur' te slopen.

5.6.2 Voorwaarden omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk

De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien is vast komen te staan dat de muur geen ecologische waarden meer bezit, danwel dat de ecologische waarden passend worden gecompenseerd op een andere locatie.