Plan: | 1e herziening Drielanden-West 1e fase 2015 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0243.BP00170-0002 |
Op 13 oktober 2015 is het bestemmingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015' vastgesteld. Dit bestemmingsplan biedt het kader voor de eerste fase van de woningbouw in Harderweide (Drielanden-West). Kenmerkend voor de stedenbouwkundige opzet voor het zuidelijke deel van Harderweide zijn enkele groenstructuren die deels worden gevormd door bestaande en te versterken houtwallen en deels bestaan uit nieuwe groenstructuren die refereren aan houtwallen. Deze houtwallen zijn vrij rigide bestemd in het bestemmingsplan voor het eerste deel, met het doel om deze structuren te conserveren. Deze houtwallen zijn in 2015 vooruitlopend op de ontwikkeling en bouw van de wijk al gerealiseerd. De manier waarop deze houtwallen uiteindelijk feitelijke gerealiseerd zijn wijkt deels af van de begrenzing zoals die is opgenomen in het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan sluit voor wat betreft deze houtwallen ook niet meer aan op de uiteindelijke stedenbouwkundige opzet van het plan. Door de wijze van bestemmen van de houtwallen wordt de vergunningverlening voor een deel van de woningen en de aanleg van ontsluitingswegen belemmerd. Voorliggend plan heeft tot doel deze belemmeringen weg te nemen.
Het belangrijkste doel van het op te stellen bestemmingsplan "1e herziening Drielanden-West 1e fase 2015" is het wegnemen van de belemmeringen voor de vergunningverlening voor de eerste fase van Harderweide. Omdat start bouw van de eerste woningen gepland staat voor de tweede helft van 2016 is gekozen voor de meest pragmatische oplossing, om zo de risico's op vertraging tot een minimum te beperken.
Het bestemmingsplan "1e herziening Drielanden-West 1e fase 2015" is een partiƫle herziening van het bestemmingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015', IMRO-idn NL.IMRO.0243.BP00147-0002, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 13 oktober 2015 en onherroepelijk geworden op 10 maart 2016.
Het plangebied is gelijk aan de begrenzing van de betreffende gronden met de aanduiding 'groen' binnen de bestemming 'Wonen' van het bestemmingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015'.
Het bestemmingsplan "1e herziening Drielanden-West 1e fase 2015" heeft als IMRO-idn NL.IMRO.0243.BP00170--0002 en bestaat uit een gml-bestand, regels en een toelichting. Het gml-bestand kent een analoge en digitale verbeelding. De analoge versie van het plan betreft een boekje met kaarten (PDF of hardcopy). De digitale versie is te raadplegen via de landelijke voorziening (www.ruimtelijkeplannen.nl).
De verbeelding en de regels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan en dienen in samenhang gelezen te worden. Indien er verschil bestaat tussen de analoge en de digitale verbeelding, gaat de digitale verbeelding voor.
Op de verbeelding zijn de bestemmingen van de in het plangebied begrepen gronden en opstallen aangegeven. Aan deze bestemmingen zijn regels gekoppeld. De toelichting van dit bestemmingsplan heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een onderdeel van het plan. De toelichting geeft aan wat de beweegredenen en achtergronden zijn die aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen en doet verslag van het onderzoek dat aan het bestemmingsplan vooraf is gegaan. Tot slot is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het bestemmingsplan.
De groenstructuur voor de eerste fase woningbouw in Harderweide is in het bestemmingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015' opgenomen door de aanduiding 'groen' binnen de bestemming 'Wonen'. In de specifieke gebruiksregels van de bestemming 'Wonen' is opgenomen dat de gronden binnen de aanduiding 'groen' uitsluitend groenvoorzieningen, waterlopen, waterpartijen en waterbergingen, speelvoorzieningen en voet- en fietspaden zijn toegestaan. Er kan eventueel voor wat betreft zowel afmeting als locatie met ten hoogste 5 meter worden afgeweken van de aanduidingsgrens.
Omgekeerd betekent dit dat binnen deze aanduiding geen woningen mogen worden gebouwd en geen ontsluitingswegen mogen worden aangelegd. Door de manier van bestemmen levert dit belemmeringen op voor de vergunningverlening voor de woningen, zoals hieronder op de afbeelding aangegeven bij A. De ontsluiting bij B kan op basis van de huidige bestemmingsplanregeling eveneens niet worden aangelegd.
Meest pragmatisch, gelet op de fase van ontwikkeling, is dat de nadere aanduiding met bijbehorende regels voor de betreffende groenstroken komt te vervallen. Dit is de meest eenvoudige aanpassing van het bestemmingsplan, met een zo beperkt mogelijk plangebied, die het snelst gerealiseerd kan worden met het oog op start verkoop en start bouw in de tweede helft van 2016. Het behoud van de groenstructuur is verzekerd, omdat de groenstructuren in 2015 feitelijk al zijn aangelegd en omdat deze gronden niet worden uitgegeven, maar gemeentelijk eigendom blijven. Na realisatie van de wijk kan bij herziening/actualisering van het bestemmingsplan opnieuw worden bezien wat de meest passende bestemming voor de groenstructuur is.
Ingevolge artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening wordt in de toelichting bij een bestemmingsplan een beschrijving opgenomen van het verrichtte onderzoek naar relevante feiten en af te wegen belangen (artikel 3.2. Algemene wet bestuursrecht). Het bestemmingsplan "1e herziening Drielanden-West 1e fase 2015" is echter alleen een ondergeschikte aanpassing van het bestemmingsplan "Drielanden-West 1e fase 2015". Bovendien wordt geen nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Daarom wordt dan ook verwezen naar de toelichting op het bestemingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015'. De wijzigingen in voorliggend plan passen binnen de daarin opgenomen onderzoeken en onderbouwing. Aangezien het plan eind 2015 is vastgesteld zijn de in het plan 'Drielanden-West 1e fase 2015' opgenomen onderzoeken en onderbouwing voldoende actueel.
Op grond van afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening rust op de gemeente de verplichting tot het verhaal van kosten die tot de grondexploitatie behoren indien het bestemmingsplan een bouwplan in de zin van artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) mogelijk maakt.
Voorliggend plan is een partiƫle herziening van het bestemmingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015' aangaande de groenstructuur. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Daarom hoeft geen exploitatieplan vastgesteld te worden. De ontwikkeling van dit bestemmingsplan brengt voor de gemeente alleen plankosten met zich mee. Deze kosten worden gedekt uit de grondexploitatie Drielanden.
In de Inspraakverordening Harderwijk 2007 is bepaald dat elk bestuursorgaan over zijn eigen bevoegdheden besluit of al of niet inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van het gemeentelijk beleid. Dit betekent dat ook ten aanzien van een bestemmingsplan een besluit moet worden genomen over het al of niet toepassen van inspraak. In een aantal gevallen hoeft geen inspraak plaats te vinden, bijvoorbeeld als sprake is van een ondergeschikte herziening van eerder vastgesteld beleidsvoornemen. Het onderhavige bestemmingsplan is als zodanig aan te merken.
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan moet in het kader van het overleg als bedoeld in artikel 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening overleg worden gepleegd met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van provincie en rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn. De betrokken overheden hebben aangegeven geen opmerkingen of belangen te hebben ten aanzien van het bestemmingsplan 'Drielanden-West 1e fase 2015'. Omdat het wijzigingen van ondergeschikte aard zijn en omdat de instanties eerder geen opmerkingen hadden volstaat derhalve het eerdere vooroverleg voor dit plan. Het bestemmingsplan "1e herziening Drielanden-West 1e fase 2015" zal daarom in het kader van het vooroverleg niet worden voorgelegd aan de gebruikelijke instanties. De betreffende overheidsinstanties worden wel in kennis gesteld van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan.