Plan: | Tweelingstad - Ambulante handel winkelcentrum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0243.BP00108-0003 |
Tussen het Winkelcentrum Tweelingstad en de Nassaulaan bevindt zich het huidige parkeerterrein ten behoeve van de winkels. Omdat de doorstroming op het parkeerterrein onvoldoende is en er bovendien te weinig parkeerplaatsen zijn, is de verkeersveiligheid van het winkelend publiek in het geding. Om de verkeerssituatie en daarmee tevens de aantrekkelijkheid van het winkelcentrum te verbeteren bestaat al langere tijd de wens om het parkeerterrein opnieuw in te richten. Daarvoor zijn nu voldoende middelen
beschikbaar.
Op het parkeerterrein bevindt zich nabij de aansluiting van de Bernhardlaan op de Nassaulaan ambulante handel. In verband met de gewenste herinrichting van het parkeerterrein is het wenselijk dat de ambulante handel wordt verplaatst naar een andere locatie op het parkeerterrein. Voor deze verplaatsing is een wijziging van het geldende bestemmingsplan nodig.
Het voorliggende bestemmingsplan is een partiële herziening van het bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos en maakt uitsluitend de vestiging van ambulante handel op de nieuwe locatie planologisch-juridisch mogelijk. Voor het overige wijzigt het huidige bestemmingsplan niet.
Het belangrijkste doel van het op te stellen bestemmingsplan "Tweelingstad - Ambulante handel winkelcentrum" is het scheppen van een actueel, helder en toegankelijk ruimtelijk kader. Het voorliggende bestemmingsplan regelt het toestaan van ambulante handel op het parkeerterrein.
Het bestemmingsplan "Tweelingstad - Ambulante handel winkelcentrum" is een partiële herziening van het bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos dat op 12 mei 2011 door de gemeenteraad is vastgesteld en op 19 december 2011 onherroepelijk is geworden.
Het bestemmingsplan is een bijzonder plan. Het is namelijk een bindend plan voor zowel overheid als burgers. De gemeenteraad stelt het bestemmingsplan vast. Ze wijst daarin de bestemming, ofwel functie van de grond aan. Ook geeft het bestemmingsplan regels over het gebruik van de grond en hetgeen daarop gebouwd is (bouwwerken). Bouwvergunningen moeten worden getoetst aan het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan bepaalt daardoor mede of ergens gebouwd mag worden.
Het bestemmingsplan kan voor burgers zowel (digitaal) aan de balie als via het internet, direct worden geraadpleegd.
Het plangebied omvat uitsluitend het huidige parkeerterrein van winkelcentrum Tweelingstad.
Onderstaande afbeelding geeft de plangrenzen weer.
Het bestemmingsplan "Tweelingstad - Ambulante handel winkelcentrum" bestaat uit de volgende stukken:
Een bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding, regels en een toelichting. De verbeelding en de regels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan en moeten samen "gelezen" worden. Op de verbeelding zijn de bestemmingen van de in het plangebied begrepen gronden en opstallen aangegeven. Aan deze bestemmingen zijn regels en bepalingen gekoppeld teneinde de uitgangspunten van het plan zeker te stellen. De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het bestemmingsplan. De toelichting geeft aan wat de beweegredenen en achtergronden zijn die aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen en doet verslag van het onderzoek dat aan het bestemmingsplan vooraf is gegaan. Tot slot is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het bestemmingsplan.
In hoofdstuk 1 wordt kort ingegaan op de aanleiding van het plan en het plangebied zelf. Hoofdstuk 2 beschrijft de huidige situatie. In de hoofdstukken 3 en 4 wordt het beleidskader beknopt weergegeven en de gewenste toekomstige situatie. In hoofdstuk 5 komt de uitvoerbaarheid van het plan aan bod, waarbij met name ingegaan wordt op het aspect milieu. Hoofdstuk 6 gaat in op de planologisch-juridische regeling. Tot slot wordt in de hoofdstukken 7 en 8 ingegaan op het kostenverhaal en de economische uitvoerbaarheid van het plan en het proces van inspraak en overleg in relatie tot dit bestemmingsplan.
De wijk Tweelingstad is gebouwd in de jaren zestig, als onderdeel van de grootschalige uitbreiding van de stad. Het huidige winkelcentrum is in 1965 gebouwd en midden jaren negentig van de vorige eeuw gerenoveerd. Er is een centraal parkeerterrein gerealiseerd tussen het winkelcentrum en de Nassaulaan. Bij de entree van het parkeerterrein bevinden zich standplaatsen ten behoeve van ambulante handel.
De huidige uitrit/kruising van dit parkeerterrein op de Bernardlaan en de Nassaulaan wordt niet als veilig ervaren. De ambulante handel ontneemt het zicht aan automobilisten die het parkeerterrein verlaten via de Bernhardlaan op verkeer dat vanaf de rotonde Deventerweg komt aanrijden. Daarnaast is de parkeerdruk op het terrein de laatste jaren toegenomen, waardoor er regelmatig te weinig parkeerruimte is. Tot slot kunnen automobilisten door de huidige vormgeving van het terrein geen rondje rijden op het parkeerterrein om een parkeerplek te vinden. Dit levert verkeersonveilige situaties op.
Onderstaande afbeelding geeft een beeld van de huidige situatie.
Het (inter)nationale en provinciale beleid is neergelegd in verschillende nota's betreffende de ruimtelijke ordening, alsmede in de verschillende structuurvisies. Een "doorzetting" van dit beleid vindt veelal plaats in verschillende gemeentelijke en provinciale uitwerkingsnota's, beleidsplannen en bestemmingsplannen. Ook binnen de gemeente Harderwijk is dit het geval. Het beleid zoals dat door de hogere overheden wordt voorgestaan, is veelal van een andere schaal en aard dan de schaal die noodzakelijk is voor het opstellen van een (kleinschalig) bestemmingsplan.
Daarnaast wordt het planologisch kader voor deze partiële herziening gevormd door het huidige bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos dat op 12 mei 2011 door de gemeenteraad is vastgesteld. In de toelichting van dat bestemmingsplan is in hoofdstuk 3 uitvoerig ingegaan op relevant nationaal, provinciaal en gemeentelijk beleid. De desbetreffende informatie behoeft geen aanvulling. Voor het standplaatsenbeleid wordt verwezen naar paragraaf 3.2.
Bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos is met de daarbij behorende toelichting digitaal raadpleegbaar op de website www.ruimtelijkeplannen.nl.
Het innemen van een standplaats voor de ambulante handel is aan een vergunning op basis van de Algemene plaatselijke verordening gebonden. Op grond van het huidige standplaatsenbeleid mogen er bij verschillende winkelcentra maximaal twee standplaatsen per dag ingenomen worden. Een ambulante handelaar mag per winkelcentrum maximaal één vaste dag per week staan. Voor seizoensproducten geldt dat er maximaal 6 weken achtereen op dezelfde locatie standplaats mag worden ingenomen.
De standplaatslocaties zijn of worden in een bestemmingsplan als zodanig bestemd. Voor de verplaatsing van de standplaatsen bij Winkelcentrum Tweelingstad is voorliggend bestemmingsplan opgesteld.
Op een standplaats is ook wetgeving op het gebied van voedselveiligheid en milieu van toepassing. Zo moet een standplaats die binnen een afstand van 25 meter van woningen staat voldoen aan geurnormen. Dit betekent dat bakkramen voorzien moeten zijn van een ontgeuringinstallatie.
Het standplaatsenbeleid wordt voor de locatie ambulante handel winkelcentrum Tweelingstad gewijzigd. De nieuwe locatie wordt specifiek vastgelegd en er worden maximale afmetingen per standplaats vastgelegd. Daarnaast worden nog specifieke beleidsregels vastgesteld voor bijvoorbeeld de parkeermogelijkheden voor de voertuigen waarmee materialen en goederen voor standplaatsen worden aan- en afgevoerd, los van de op- en afbouwwerkzaamheden. Hierdoor blijft de verkeersveiligheid gewaarborgd en blijft het parkeerterrein zoveel mogelijk beschikbaar voor het parkeren door omwonenden en winkelend publiek. Deze beleidsregels passen binnen de APV toetsingscriteria.
Vanwege de verkeersveiligheid, de toegenomen parkeerdruk en de situatie op het parkeerterrein zelf is het wenselijk om het huidige parkeerterrein bij winkelcentrum Tweelingstad opnieuw in te richten.
Om de herinrichting van het parkeerterrein mogelijk te maken moet het standplaatsenbeleid en het bestemmingsplan worden aangepast. Daarnaast moeten de voorschriften uit de milieuwetgeving worden nageleefd. Dit houdt in dat er binnen 25 meter van geurgevoelige objecten, zoals woningen, geen hinder mag plaatsvinden.
Om de beschikbare ruimte zo goed mogelijk te benutten, een verkeersveiligere situatie te creëren en zoveel mogelijk parkeerplaatsen te kunnen realiseren, wordt de locatie voor ambulante handel verplaatst naar een andere locatie op het parkeerterrein. De nieuwe locatie van ambulante handel ligt op de kop van het parkeerterrein, nabij de rotonde in de Deventerweg. In onderstaande afbeeldingen is de nieuwe locatie voor ambulante handel weergegeven en tevens een sfeerbeeld van de toekomstige situatie.
Bij het bepalen van de nieuwe locatie spelen verschillende aspecten een rol, zoals een stedenbouwkundig verantwoorde locatie, milieutechnische eisen en verkeersveiligheid. Een locatie die binnen 25 meter van geurgevoelige objecten (woningen) ligt kan namelijk geuroverlast opleveren. Dit betekent dat als er bakkramen op deze standplaats staan, zij maatregelen moeten nemen om hinder te voorkomen, zoals het aanschaffen van een ontgeuringsinstallatie.
Om te zorgen voor een verkeersveiligere aansluiting op de Nassaulaan wordt de huidige kruising door middel van de aanleg van een plateau verhoogd. Hierdoor zal de snelheid van het doorgaande verkeer ter plaatse worden verlaagd en wordt een betere ontsluiting verkregen van het parkeerterrein.
Omdat bij winkelcentrum Tweelingstad alle openbare ruimte bestemd is als verkeersdoeleinden en niet -net zoals het winkelcentrum- voor detailhandelsdoeleinden, passen de standplaatsen voor ambulante handel niet binnen de regels. Door middel van het voorliggende bestemmingsplan worden standplaatsen voor ambulante handel aan de doeleindenomschrijving van de bestemming Verkeer toegevoegd. Door het gebied op de verbeelding te begrenzen (uitsluitend het parkeerterrein), wordt voorkomen dat ambulante handel overal binnen de bestemming Verkeer in de wijk is toegestaan.
Ingevolge artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening moet onderzoek worden verricht naar relevante feiten en af te wegen belangen (artikel 3.2. Algemene wet bestuursrecht).
In de toelichting van het bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos is in de hoofdstukken 4 en 5 uitvoerig ingegaan op relevante uitvoeringsaspecten, zoals bodem, water, geluid, luchtkwaliteit, archeologie, externe veiligheid, natuur, kabels en leidingen. Deze informatie behoeft geen aanvulling. Voorliggende partiële herziening is op de desbetreffende aspecten niet van invloed. Er is immers uitsluitend sprake van een herschikking van de huidige bestrating en een verplaatsing van de bestaande kramen voor ambulante handel. Het aspect geurhinder is wel van belang. Hiervoor wordt verwezen naar onderstaande alinea.
Bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos is met de daarbij behorende toelichting digitaal raadpleegbaar op de website www.ruimtelijkeplannen.nl.
Geurhinder
Met betrekking tot de ambulante handel moeten de voorschriften uit de milieuwetgeving worden nageleefd. Het Activiteitenbesluit op grond van de Wet milieubeheer stelt dat bij het bereiden van voedingsmiddelen ten behoeve van het voorkomen dan wel voor zover dat niet mogelijk is tot het aanvaarbaar niveau beperken van geurhinder, de bij misteriële regeling te bepalen maatregelen worden toegepast.
Eén van deze maatregelen is dat afgezogen dampen en gassen van het broeien of koken van dierlijke bijprodukten indien deze op de buitenlucht worden geëmitteerd:
Dit komt er kort gezegd op neer dat eventuele bakkramen die op een kortere afstand dan 25 meter staan, maatregelen moeten nemen om geurhinder naar omliggende woningen te voorkomen. In verband met de nabij gelegen hoge bebouwing van het winkelcentrum is een hoge schoorsteen niet haalbaar. De aanschaf van een ontgeuringsinstallatie is dan de enige mogelijkheid om geuroverlast te voorkomen. Voor bijvoorbeeld bloemenkramen is een dergelijke installatie niet nodig, omdat daar geen voedingsmiddelen worden bereid.
Voorliggende partiële herziening van het bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos bestaat uit een verbeelding, planregels en een toelichting. De partiële herziening regelt uitsluitend het toestaan van ambulante handel op de parkeerplaats bij winkelcentrum Tweelingstad. Hiertoe worden voor de gronden in het plangebied standplaatsen voor ambulante handel aan de doeleindenomschrijving van de bestemming Verkeer toegevoegd.
De toelichting, regels en verbeelding van het bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos zijn op deze herziening van toepassing voorzover er met deze herziening geen veranderingen zijn aangegeven. Deze partiële herziening moet daarom is samenhang met het bestemmingsplan Tweelingstad-Slingerbos worden gelezen.
In de regels van deze herziening staat deze samenhang in artikel 3 'Overige regels' expliciet opgenomen.
Omdat er uitsluitend sprake is van een kleine aanvulling op de regels van het vigerende bestemmingsplan, is voor de regels van deze herziening afgeweken van het Standaard Handboek Harderwijk.
Op grond van afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening rust op de gemeente de verplichting tot het verhaal van kosten die tot de grondexploitatie behoren indien het bestemmingsplan een bouwplan in de zin van artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) mogelijk maakt.
In voorliggend bestemmingsplan worden uitsluitend standplaatsen ten behoeve van ambulante handel aan de bestemming Verkeer toegevoegd. De geplande herinrichting van het parkeerterrein past binnen de huidige verkeersbestemming. Het bestemmingsplan maakt hierbij geen bouwplan zoals bedoeld in artikel 6.12 Wro mogelijk. Daarom hoeft geen exploitatieplan vastgesteld te worden.
Het gehele project wordt betaald uit een stelpost Meerjarenbegroting 2013, een bijdrage van Jumbo en regulier onderhoudsbudget. Voor de stelpost Meerjarenbegroting wordt bij de vaststelling van het bestemmingsplan een begrotingswijziging aan de raad gevraagd.
De economische uitvoerbaarheid van dit plan is hiermee aangetoond.
Hoofdregel uit de Inspraakverordening Harderwijk 2007 is dat elk bestuursorgaan over zijn eigen bevoegdheden besluit of al of niet inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van het gemeentelijk beleid. Dit betekent dat ook ten aanzien van een bestemmingsplan een besluit moet worden genomen over het al of niet toepassen van inspraak. In een aantal gevallen hoeft geen inspraak plaats te vinden, bijvoorbeeld over bestemmingsplannen die betrekking hebben op een zeer beperkt grondgebied (de zogenaamde postzegelplannetjes). Het onderhavige bestemmingsplan is aan te merken als een postzegelplan.
Overigens heeft er op 10 december 2012 een eerste overleg plaatsgevonden met de ambulante handelaren met betrekking tot de aanleiding om de standplaatslocatie te verplaatsen, het parkeerterrein anders in te richten en de kruising/uitrit van de Bernhardlaan en de Nassaulaan veiliger te maken.
Op 19 september 2013 is hierover nog een informatiebijeenkomst georganiseerd voor omwonenden, ondernemers in het winkelcentrum en de standplaatshouders.
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan moet in het kader van het overleg als bedoeld in art. 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening overleg worden gepleegd met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van provincie en rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn. Tegelijkertijd wordt het bestemmingsplan voorgelegd aan andere relevante instanties.
Het voorontwerpbestemmingsplan "Tweelingstad - Ambulante handel winkelcentrum" is aan het Waterschap Vallei en Veluwe en naar het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL & I) toegezonden. Omdat het voorliggende bestemmingsplan geen provinciaal belang betreft, is het plan niet naar provincie Gelderland gestuurd.
Uitsluitend Waterschap Vallei en Veluwe heeft gereageerd met de opmerking dat het bestemmingsplan beleidsmatig gezien geen aanleiding geeft om er inhoudelijk op te reageren.