direct naar inhoud van Artikel 8 Wonen
Plan: Buitengebied, derde herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0236.bpbgderdeherz-VSG1

Artikel 8 Wonen

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. aan huis verbonden beroep;
  • c. erven en terreinen;
  • d. behoud en herstel van landschappelijke waarden;
  • e. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding,

met de daarbij behorende:

  • f. bouwwerken.

Per bouwvlak is één woning toegestaan.

8.2 Bouwregels
  • a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. woningen worden uitsluitend gebouwd binnen het bouwvlak;
    • 2. per bouwvlak mag één woning worden gebouwd;
    • 3. de inhoud van een woning bedraagt niet meer dan:
      • 500 m³ voor bestaande woningen waarvan de inhoud kleiner is dan of gelijk is aan 500 m³;
      • 650 m³ voor bestaande woningen waarvan de inhoud groter is dan 500 m³ en kleiner dan of gelijk aan 650 m³;
      • de bestaande inhoud indien deze groter is dan 650 m³, vermeerderd met 10%;
    • 4. de afstand tussen gebouwen bedraagt niet meer dan 20 m, dan wel de bestaande afstand indien deze meer bedraagt;
    • 5. de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse bouwperceelgrens bedraagt niet minder dan 3 m, dan wel de bestaande afstand indien deze minder bedraagt;
    • 6. de hoofdgebouwen worden voorzien van een kap met een dakhelling van ten minste 30° en ten hoogste 60°, dan wel de bestaande dakhelling indien deze minder dan 30° of meer dan 60° bedraagt;
    • 7. de bouwhoogte van woningen bedraagt ten hoogste 8,5 m, dan wel niet meer dan de bestaande bouwhoogte, indien deze hoger is;
    • 8. bij een woning zijn bijgebouwen toegestaan, met dien verstande dat:
      • de goothoogte van bijgebouwen niet meer dan 3 m bedraagt, dan wel niet meer dan de bestaande goothoogte indien deze meer bedraagt;
      • de bouwhoogte van bijgebouwen niet meer dan 6 m bedraagt, dan wel niet meer dan de bestaande bouwhoogte indien deze meer bedraagt;
      • de gezamenlijke oppervlakte van de bijgebouwen niet meer bedraagt dan 75 m².
    • 9. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
    • 10. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt voor de voorgevellijn niet meer dan 1 m en achter de voorgevellijn niet meer dan 2 m;
    • 11. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt niet meer dan 2 m, met uitzondering van palen en masten, waarvan de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 6 m.

8.3 Afwijken van de bouwregels
  • a. Afwijkingen als bedoeld onder b tot en met e worden niet verleend indien ten aanzien van de betreffende bebouwing sprake is van onevenredige aantasting van:
      • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
      • het bebouwings- en landschapsbeeld;
      • de verkeersveiligheid.
        In de afweging dienen in ieder geval de agrarische, landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische, verkeerstechnische en milieuhygiënische belangen.

  • b. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.2 onder a3 voor het vergroten van de inhoud van de woning met 10%, indien en voor zover de woning een zodanige inhoud heeft, dat deze op grond van het bepaalde in lid 8.2 onder a3 niet met 10% kan worden uitgebreid.

  • c. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.2 onder a3 voor het vergroten van de inhoud van een woning, mits:
    • 1. de inhoud van de woning met niet meer dan 200 m³ mag worden vergroot;
    • 2. per 1 m³ vergroting van de woning ten minste 2 m² aan overtollige bedrijfsgebouwen wordt gesloopt, met dien verstande, dat de oppervlakte aan bestaande bijgebouwen niet minder dan 75 m² zal gaan bedragen.

  • d. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.2 onder a6 voor een dakhelling van minder dan 30° dan wel een platte afdekking, mits dit stedenbouwkundig aanvaardbaar is te achten.

  • e. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.2 onder a8 tot een gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen van niet meer dan 200 m² indien de bestaande oppervlakte meer bedraagt dan 75 m² en van dit meerdere per 0,6 m² vergroting van de oppervlakte aan bijgebouwen ten minste 1 m² wordt gesloopt, waarbij tevens vervangende nieuwbouw mogelijk is, met dien verstande, dat bij nieuwbouw de goothoogte maximaal 3 m mag bedragen en de bouwhoogte 6 m.

8.4 Specifieke gebruiksregels
  • a. Onder het doel 'aan huis verbonden beroep' wordt tevens verstaan de uitoefening van een aan huis gebonden beroep mits:
    • 1. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd in ondergeschikte vorm een beperkte verkoop in verband met een beroepsmatige activiteit in of bij een woning;
    • 2. maximaal 40% van het vloeroppervlak van de woning en de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van beroepsmatige activiteiten in gebruik is, zulks met een maximum van 45 m².

  • b. Onder strijdig gebruik met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan:
    • 1. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting;
    • 2. het gebruik van gronden ten behoeve van het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen en stacaravans voor dag- en/of verblijfsrecreatieve doeleinden, uitgezonderd voor zover toegelaten binnen het plan;
    • 3. het gebruik van (een gedeelte van) woningen voor detailhandel.

8.5 Afwijken van de gebruiksregels
  • a. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels voor een aan huis gebonden bedrijf mits:
    • 1. de woonfunctie in overwegende mate behouden blijft;
    • 2. de bedrijfsactiviteiten niet leiden tot een toename van de bebouwing;
    • 3. er geen bedrijfsactiviteiten, waaronder tevens begrepen opslagactiviteiten, buiten de gebouwen plaatsvinden;
    • 4. de bedrijfsactiviteit geen onevenredige hinder voor de omliggende belangen en waarden oplevert;
    • 5. vaststaat dat de bedrijfsactiviteit een kleinschalig karakter heeft en zal behouden;
    • 6. diegene die de bedrijfsactiviteit in de woning of een bijgebouw in hoofdzaak uitvoert tevens gebruiker van de woning is;
    • 7. het niet betreft activiteiten welke een zodanige verkeersaantrekking hebben, dat deze leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimten;
    • 8. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd in ondergeschikte vorm een beperkte verkoop in verband met een beroepsmatige activiteit in of bij een woning;
    • 9. het totale vloeroppervlak van de bedrijfsactiviteit niet meer bedraagt dan 75 m² waarbij gebruik dient te worden gemaakt van bestaande gebouwen. In geval van sloop van bestaande gebouwen als bedoeld in lid 8.3 onder e kan omgevingsvergunning voor een vloeroppervlakte van maximaal 120 m² worden verleend.

  • b. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels ten behoeve van het kleinschalig kamperen, met dien verstande, dat:
    • 1. kleinschalig kamperen uitsluitend is toegestaan op het erf of op de direct daarbij aansluitende gronden van woningen;
    • 2. er ten opzichte van omliggende woningen van derden een afstand van minimaal 50 m in acht wordt genomen;
    • 3. zorg wordt gedragen voor een goede landschappelijke inpassing;
    • 4. maximaal 1 sanitairgebouw is toegestaan, met een oppervlakte van niet meer dan 50 m² en een bouwhoogte van niet meer dan 5 m;
    • 5. het verlenen van omgevingsvergunning niet mag leiden tot een aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.

  • c. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels voor bed and breakfast/kamerverhuur ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden in een woning en/of in een bijgebouw tot een maximale vloeroppervlakte van 50 m², met dien verstande, dat de woonfunctie in overwegende mate behouden dient te blijven en geen onevenredige hinder optreedt voor de omliggende belangen en waarden.

  • d. Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels voor een theetuin op het erf van een woning, mits geen onevenredige hinder optreedt voor omliggende belangen en zorg wordt gedragen voor sanitaire voorzieningen binnen bestaande bebouwing.