direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Tonselse Veld 2014, herstelplan 2017
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0233.BPtonselseveld2017-0402

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 18 februari 2016 is het bestemmingsplan 'Tonselse Veld 2014' vastgesteld door de raad van de gemeente Ermelo. Op 5 april 2017 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de Afdeling) het bestemmingsplan 'Tonselse Veld 2014' op onderdelen vernietigd. In de uitspraak heeft de Afdeling de raad enkele opdrachten gegeven:

  • voor enkele planonderdelen wordt de raad opgedragen om uit oogpunt van rechtszekerheid de beslissing van de Afdeling, binnen vier weken na verzending van de uitspraak te verwerken op de landelijke voorziening, www.ruimtelijkeplannen.nl. Dat is inmiddels gebeurd;
  • voor andere planonderdelen heeft de Afdeling opdracht gegeven om binnen 26 weken een nieuw besluit te nemen, waarbij de geconstateerde gebreken worden "gerepareerd". Dit betreft een drietal locaties. Het voorliggende bestemmingsplan voorziet daarin.

De planonderdelen worden beschreven in Hoofdstuk 2.

1.2 Doel en reikwijdte

De herziening van het bestemmingsplan Tonselse Veld 2014, herstelplan 2017 heeft tot doel de volgende percelen te repareren:

  • 1. Fazantlaan 10
  • 2. Harderwijkerweg 142-153 en Eendenparkweg 6,8 en 12
  • 3. Eendenparkweg 49a.

De Afdeling heeft de raad de opdracht gegeven om bovengenoemde percelen te voorzien van een passende juridisch-planologische regeling. Voor het perceel aan Eendenparkweg 49a is nader onderzoek verricht naar het huidige gebruik en de geldende bestemmingsplanregeling.

1.3 Opzet van het herstelplan en leeswijzer

Voorliggend bestemmingsplan betreft een reparatie op onderdelen van het bestemmingsplan Tonselse Veld 2014 van de gemeente Ermelo. Het herstelplan bestaat uit een set regels en een verbeelding. De verbeelding betreft slechts de plangebieden van de drie betreffende locaties. De planregels betreffen de regels van het bestemmingsplan Tonselse Veld 2014, rekening houdend met de door de Afdeling vernietigde onderdelen en voorzover relevant voor de drie percelen.

Het herstelplan wordt vergezeld door deze toelichting. Hoofdstuk 2 bevat een toelichting op alle correcties ten opzichte van het vastgestelde bestemmingsplan. Hoofdstuk 3 behandelt de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid van het herstelplan.

Hoofdstuk 2 Herzieningen op perceelsniveau

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de wijzigingen die voortvloeien uit de uitspraak van de Afdeling van 5 april 2017, zie Bijlage 1. In de uitspraak van 5 april 2017 dienen naar aanleiding van de tegen het bestemmingsplan Tonselse Veld 2014 ingestelde beroepen enkele onderdelen van het bestemmingsplan Tonselse Veld 2014 te worden gerepareerd. De onderdelen worden in dit hoofdstuk weergegeven. Ook wordt beknopt beschreven welke aanpassingen er door middel van voorliggend herstelplan juridisch-planologisch zijn vastgelegd.

2.2 Fazantlaan 10

2.2.1 Uitspraak

De gronden op het perceel aan Fazantlaan 10 te Ermelo zijn in het bestemmingsplan Tonselse Veld 2014 bestemd als 'Bedrijf - Kwekerij'. Binnen de bestemming Bedrijf - Kwekerij is abusievelijk geen ondergeschikte detailhandel mogelijk gemaakt.

Op het perceel aan Fazantlaan 10 zijn twee bedrijfswoningen aanwezig. Op grond van de planregels zijn bedrijfswoningen toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'. Ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen' mag het aantal bedrijfswoningen niet meer bedragen dan is aangegeven. Op de verbeelding is laatstgenoemde aanduiding niet opgenomen. Daarmee is het aantal aanwezige bedrijfswoningen niet als zodanig bestemd, terwijl dit wel door de raad is beoogd.

2.2.2 Wijze van reparatie - nieuw besluit

De verbeelding en de regels worden als volgt gewijzigd:

  • De omschrijving van het begrip 'kwekerij' is aangepast.
  • Op de verbeelding is ter plaatse van de twee aanwezige bedrijfswoningen op het perceel aan de Fazantlaan 10 te Ermelo de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen (2)' opgenomen.

2.3 Harderwijkerweg 142-152 en Eendenparkweg 6,8 en 12

2.3.1 Uitspraak

Uit de uitspraak blijkt dat niet alle vergunde en aanwezige bebouwing binnen het aanduidingsvlak "specifieke vorm van agrarisch - dierenverblijven" is opgenomen. Met name de meest noordoostelijk gelegen stal op het perceel ligt ten onrechte niet binnen dit aanduidingsvlak. Het gebruik van de stal als dierenverblijf is ten onrechte onder het overgangsrecht geplaatst, aldus de Afdeling.

2.3.2 Wijze van reparatie - nieuw besluit

Aan het betreffende gedeelte van de stal is alsnog de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - dierenverblijven" toegekend.

2.4 Eendenparkweg 49a

2.4.1 Uitspraak

In de uitspraak voor dit perceel wordt onderscheid gemaakt in drie woningen. Het betreft een noodwoning aan de voorkant aan het perceel (hierna: woning 1), een woning daarachter (hierna: woning 2) en een woning daar weer achter (hierna: woning 3).

Voor woning 1 stelt de Afdeling dat de raad had moeten afwegen of het bestaande gebruik als burgerwoning kan leiden tot een woonbestemming.

De raad heeft naar voren gebracht dat vanwege overlast van de hondentrimsalon bij de woning geen goed woon- en leefklimaat kan worden verzekerd en dat hij om die reden geen reguliere woonbestemming heeft willen toekennen. De raad heeft deze stelling evenwel niet nader onderbouwd. Naar het oordeel van de Afdeling heeft de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de overlast van de hondentrimsalon zodanig is dat bij de woning geen aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden verzekerd. Daarbij betrekt de Afdeling dat de aanduiding "hondentrimsalon" aan een klein gedeelte, groot ongeveer 20 m², van het perceel is toegekend en dat de afstand van de woning tot die gronden ongeveer 35 m bedraagt. Voorts acht de Afdeling van belang dat aan het naastgelegen perceel Eendenparkweg 49 wel een woonbestemming is toegekend. De afstand van dat perceel tot de hondentrimsalon bedraagt eveneens ongeveer 35 m.

Woning 2: naar het oordeel van de Afdeling heeft de eigenaren verklaringen overlegd van het gebruik van dit gebouw als woning dan wel recreatiewoning. Volgens de Afdeling is dit een begin van bewijs dat het gebruik van de woning als woning dan wel recreatiewoning door het overgangsrecht van het vorige plan werd beschermd. De raad heeft zich gelet op de verklaringen niet zonder meer op het standpunt kunnen stellen dat het gebruik van de woning als reguliere woning dan wel recreatiewoning niet reeds bestond ten tijde van de vaststelling van het voorheen geldende bestemmingsplan en nadien niet ononderbroken is voortgezet.

Woning 3: Aan woning 3 is de bestemming "Sport - Manege" toegekend en de aanduiding "specifieke vorm van wonen - wonen toegestaan". Ingevolge artikel 15, lid 15.1, onder c, van de planregels is een bedrijfswoning toegestaan ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - wonen toegestaan". Anders dan appellant betoogt is het gebruik als bedrijfswoning van woning 3 dus als zodanig bestemd.

2.4.2 Wijze van reparatie - nieuw besluit

Woning 1: er bestaan geen ruimtelijke bezwaren om alsnog een reguliere woonbestemming aan deze bestaande woning toe te kennen. Deze is op de verbeelding opgenomen.

Woning 2: over dit gebouw is een nadere afweging gemaakt. Geconstateerd is dat het gebruik daarvan als recreatiewoning weliswaar onder de beschermende werking van het overgangsrecht uit het vorige bestemmingsplan viel, op de peildatum, maar dat het gebruik sindsdien niet ononderbroken is voortgezet. Appellant heeft niet aannemelijk gemaakt dat het gebruik wel ononderbroken heeft plaatsgevonden. Het gebruik als recreatiewoning hoeft daarmee niet positief te worden bestemd. Voor het opnieuw onder het overgangsrecht brengen bestaat evenmin een grond. Het gebouw mag blijven staan en wordt gezien als bijgebouw. Dit mag niet worden bewoond of recreatief worden gebruikt. Aan bijgebouwen en overkappingen is op het totale perceel maximaal 300 m2 toegestaan, waarvan 200 m2 toebehoort aan het hoofdgebouw (woning 1) en 100 m2 aan de tweede woning (woning 3). De aanwezige bebouwing - inclusief woning 2 - blijft overigens binnen deze maatvoeringen. Deze oppervlaktes aan bijgebouwen zijn expliciet in de regels vastgelegd.

Woning 3: uit de uitspraak volgt dat dit een bedrijfswoning blijft. De aanduiding "specifieke vorm van wonen - wonen toegestaan" kan worden gehandhaafd. Omdat het perceel sinds jaren niet meer gebruikt wordt als manege is in dit plan een woonbestemming opgenomen voor het perceel. Daarmee is het dus geen bedrijfswoning meer. De aanduiding "specifieke vorm van wonen - wonen toegestaan" is gehandhaafd, maar dan binnen de bestemming Wonen.

De aanduiding 'specifieke vorm van sport - hondentrimsalon' is vervallen. Een hondentrimsalon valt onder de regeling voor bedrijf aan huis zoals is opgenomen in de woonbestemming. De regeling is van toepassing op alle gronden met een woonbestemming en derhalve ook ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wonen toegestaan'.

Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid

3.1 Economische uitvoerbaarheid

Dit bestemmingsplan betreft de verwerking van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. De uitvoerbaarheid daarvan is niet in het geding.

3.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Conform de uitspraak van de Afdeling kan de procedure beperkt blijven tot het nemen van een nieuw besluit door de gemeenteraad en dit besluit daarna zo spoedig mogelijk op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te maken.