4.1 Geluid
De Wet geluidhinder (Wgh) heeft tot doel de mensen te beschermen tegen geluidsoverlast. Op basis van deze wet dient bij het opstellen van een bestemmingsplan aandacht te worden besteed aan het aspect "geluid".
In de Wet geluidhinder is een zonering van industrieterreinen, wegen en spoorwegen geregeld. Enerzijds betekent dit dat (geluids)eisen worden gesteld aan de milieubelastende functies, anderzijds betekent dit dat beperkingen worden opgelegd aan milieugevoelige functies. In deze paragraaf wordt ingegaan op de geluidsaspecten met betrekking tot industrielawaai, wegverkeerslawaai en spoorweglawaai.
Industrielawaai
Bedrijven die akoestisch van invloed zouden kunnen zijn op het plan, komen in de omgeving niet voor. Dat betekent dat de geprojecteerde woningen geen bedrijven in hun geluidsruimte belemmeren en vice versa dat er geen bedrijven zijn die de twee woningen zou kunnen frustreren.
Wegverkeerslawaai
Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) ligt rond iedere weg een zone (art.74). Dit geldt niet voor woonerven en 30 km/uur wegen. Ook de ruimte boven en onder de weg behoren tot de zone. Bij aanleg van een nieuwe weg geldt de zone vanaf het moment dat de weg in een ontwerpbestemmingsplan is opgenomen.
In dit geval is het plangebied geheel of gedeeltelijk gelegen binnen de 200 meter brede zones van de Ericalaan en de Drieërweg. Voor de beschouwde wegvakken geldt een maximale snelheid van 50 km/uur. Er kan daarom voor toetsing van de grenswaarden worden gerekend met een aftrek ex. art. 110g Wgh en ex. art. 3.6 RMG2006 van 5 dB voor het stiller worden van het verkeer.
In de Wgh is geregeld dat bij een bestemmingsplanwijziging een akoestisch onderzoek de gevolgen voor geluidgevoelige objecten binnen de zone in beeld moet brengen. Uitgangspunt is dat voor alle woningen binnen de zone de voorkeursgrenswaarde van Lden=48 dB voor wegverkeer wordt gerealiseerd. Bij hogere waarden moet uit akoestisch onderzoek blijken welke maatregelen nodig zijn om wel aan de voorkeursgrenswaarde te voldoen. Indien dit niet haalbaar is, bestaat er een stelsel van ontheffingsmogelijkheden. Daarvoor is de gemeente in de meeste gevallen het bevoegd gezag en kunnen burgemeester en wethouders een hogere waarde vaststellen.
Als de geluidbelasting niet kan worden teruggebracht tot 48 dB kunnen burgemeester en wethouders op basis artikel 83/100/100a van de Wet een hogere waarde verlenen. De maatregelen moeten dan aantoonbaar onvoldoende doeltreffend zijn of overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard. Tevens dient bij het verlenen van een hogere waarde rekening gehouden te worden met cumulatie van geluid met andere geluidsoorten.
Uit het "Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai Bouwplan Russulalaan x Ericalaan Ermelo" met projectnummer 2012-3059 van 1 augustus 2012 blijkt dat de geluidsbelasting ten gevolge van de Ericalaan de voorkeursgrenswaarde van Lden=48 dB op het meest noordelijk gelegen bouwblok 1 wordt overschreden. Wel wordt voldaan aan de maximale grenswaarde. De geluidsbelasting op het meest zuidelijk gelegen bouwblok 2 voldoet aan de voorkeursgrenswaarde.
Om wel aan de voorkeursgrenswaarde te kunnen voldoen dient het bouwblok meter 30 meter verder van de Ericalaan te worden geprojecteerd of zou een scherm geplaatst moeten worden. Bij realisatie langs de grens met de Ericalaan moet een dergelijk scherm over een lengte van 50 meter een hoogte hebben van 2 meter, 3 meter of 4 meter om aan de voorkeursgrenswaarde te voldoen op respectievelijk de begane grond, 1e verdieping en 2e verdieping. Om de volgende redenen vindt de gemeente een verplaatsing van de woningen en/of de realisatie van het scherm niet gewenst.
De locatie maakt onderdeel uit van het bebouwingslint aan de oostzijde van de Ericalaan. Dit lint wordt gekenmerkt door vrijstaande lage bungalowbebouwing op een afstand van circa 25 meter uit de Ericalaan met het bos van de Veluwe op de achtergrond. Het is de laatste bebouwing voordat het bos begint. De geprojecteerde woningbouw (bouwblok 1) volgt de voorgevelrooilijn van de bestaande bebouwing. Het verschuiven van de nieuwe woningen op een grotere afstand van de Ericalaan zal als storend worden ervaren. Het zal ook een grotere inbreuk op het boskarakter van het gebied betekenen.
Het plaatsen van een geluidscherm binnen de bebouwde kom tussen een gezoneerde weg en een geluidsbelaste voorgevel komt niet voor. Binnen het dorpse karakter van Ermelo is dit ongewenst. Voor de bestaande woning staat geen scherm. Dat zou betekenen dat het straatbeeld plotseling wordt verstoord door een scherm. Dat is ruimtelijk onaanvaardbaar. Zeker omdat er ook andere mogelijkheden zijn om het gewenste binnenniveau te behalen. De overschrijding is minimaal. Met extra gevelmaatregelen is het mogelijk om de gewenste voorkeursgrenswaarde voor het binnenniveau te realiseren zonder dat een scherm moet worden geplaatst. Deze oplossing is voor deze binnenstedelijke situatie ruimtelijk en landschappelijk de beste oplossing.
Gezien de geringe overschrijding is in het akoestisch onderzoek als bronmaatregel in overweging gegeven om de afstand tussen de weg en het bouwblok 1 over een afstand van 5 meter is zuidoostelijke richting te verschuiven. Hierdoor valt de geluidsbelasting minimaal in de GES-klasse 'vrij matig/geel'. Deze overweging is in het voorliggende bestemmingsplan doorgevoerd. Het geluidbeleid stelt dan nog als voorwaarden om (verdere) bronmaatregelen te treffen indien mogelijk, bij groot onderhoud aan de weg stil asfalt te overwegen en te zorgen voor tenminste één geluidsluwe gevel.
Het voorgaande betekent dat voor de vaststelling van het bestemmingsplan een hogere waarde moet worden vastgesteld van maximaal Lden = 52 dB incl. aftrek ex. art. 110 Wgh van 5 dB (Ges-score 2: redelijke geluidskwaliteit). Het ontwerpbesluit voor het vaststellen van deze hogere waarde is tegelijk met het ontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegd.
Bij de bouwvergunning zal extra aandacht besteed moeten worden aan de gevelwering, kierdichting en ventilatie van de noordwestgevel, om te garanderen dat aan het maximale binnenniveau van Lden = 33 dB kan worden voldaan.
Spoorweglawaai
Op circa 2 kilometer afstand van het plangebied ligt de spoorweg Zwolle-Amersfoort. Deze spoorweg levert geen beperkingen op voor het plan.
Geluid bedrijven
De locatie ligt ver van bedrijven af die mogelijk akoestisch van invloed zouden kunnen zijn. Geluid vanuit bedrijven is dan ook niet aan de orde.