direct naar inhoud van Artikel 7 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Wissel en Schaveren, correctieve herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0232.BG024WisselSchavCH-VBP1

Artikel 7 Recreatie - Verblijfsrecreatie

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Recreatie - Verblijfsrecreatie ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijfsmatig geëxploiteerde verblijfsrecreatie van het gehele terrein en alle bebouwing waaraan de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatie is toegekend;
  • b. recreatiewoningen tot het ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal recreatiewoningen' aangegeven aantal;
  • c. kampeermiddelen;
  • d. stacaravans;
  • e. bedrijfswoningen voor zover het per bestemmingsvlak betreft het bestaande aantal op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp;
  • f. het uitoefenen van activiteiten gericht op dagrecreatie, alsook ondergeschikte en daarbijbehorende:
    • 1. detailhandel;
    • 2. dienstverlening;
    • 3. horeca;
    • 4. vermaak- en creativiteitsactiviteiten;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting', voor een hoofdontsluiting;

met daarbijbehorende:

  • h. gebouwen;
  • i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • j. andere-werken;
  • k. wegen;
  • l. paden;
  • m. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • n. groenvoorzieningen;
  • o. parkeervoorzieningen.
7.2 Bouwregels

Op de voor ' Recreatie - Verblijfsrecreatie ' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

7.2.1 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw, niet zijnde een gebouw als bedoeld in 7.2.3, 7.2.4, 7.2.5 en 7.2.6 , dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwd oppervlak (m²)' geldt dat de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan het aangeduide oppervlak;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' geldt dat de goot- respectievelijk bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de aangegeven hoogte;
  • d. in afwijking van het bepaalde onder a mogen gebouwen voor onderhoud en sanitaire voorzieningen worden gebouwd tot een oppervlakte van niet meer dan 250 m² en een bouwhoogte van niet meer dan 6 m;
  • e. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer dan 800 m3 bedragen;
  • f. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp mogen gehandhaafd worden.
7.2.2 Aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen bij bedrijfswoningen

Voor een aanbouw, uitbouw en bijgebouw bij een bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte mag niet meer dan 60 m² bedragen;
  • b. de afstand tot de voorgevel van de bedrijfswoning en het verlengde daarvan mag niet minder dan 3 m bedragen;
  • c. de goothoogte mag niet meer dan 3 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte mag niet meer dan 5 m bedragen;
  • e. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan mogen worden gehandhaafd.
7.2.3 Recreatiewoningen

Voor een recreatiewoning gelden de volgende regels:

  • a. het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan het ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal recreatiewoningen' aangegeven aantal;
  • b. de inhoud van een recreatiewoning, inclusief eventuele kelder, inpandige dan wel vrijstaande bergingen, mag niet meer dan 300 m3 bedragen;
  • c. de oppervlakte, inclusief eventuele al dan niet vrijstaande bergingen, mag niet meer dan 75 m2 bedragen;
  • d. de afstand van een berging tot de recreatiewoning mag niet meer dan 10 m bedragen;
  • e. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 m, tenzij anders is aangeduid;
  • f. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5 m, tenzij anders is aangeduid;
  • g. de bouwhoogte van een vrijstaande berging mag niet meer bedragen dan 3 m.
7.2.4 Stacaravans

Voor een stacaravan gelden de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van een stacaravan mag niet meer dan 50 m2 bedragen;
  • b. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • c. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3,75 m;
  • d. de onderlinge afstand mag niet minder dan 10 m bedragen.
7.2.5 Aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen bij stacaravans

Voor een aanbouw, een uitbouw en een bijgebouw bij een stacaravan gelden de volgende regels:

  • a. het aantal per stacaravan mag niet meer dan 1 bedragen;
  • b. de oppervlakte mag niet meer dan 5 m2 bedragen;
  • c. de bouwhoogte mag niet meer dan 2,5 m bedragen.
7.2.6 Trekkershutten

Voor een trekkershut gelden de volgende regels:

  • d. de gezamenlijke oppervlakte aan trekkershutten mag niet meer dan 30 m2 bedragen;
  • e. de bouwhoogte mag niet meer dan 4 m bedragen.
7.2.7 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 5 m bedragen.
7.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van verlenen van het bepaalde in:

  • a. 7.2.1 onder b en toestaan dat de maximum bebouwingsoppervlakte wordt vergroot met niet meer dan 25%.
7.3.1 Afwegingskader

Een in 7.3 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:

  • a. sprake is van een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit;
  • b. sprake is van bedrijfsmatige exploitatie;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
7.4 Specifieke gebruiksregels
7.4.1 Strijdig gebruik

Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken in strijd met de bepalingen uit dit bestemmingsplan. Tot strijdig gebruik wordt nadrukkelijk ook bedoeld:

  • a. het gebruik of laten gebruiken van verblijfsrecreatieve voorzieningen voor bewoning anders dan ten dienste van het recreatief verblijf;
  • b. de niet-bedrijfsmatige exploitatie van verblijfsrecreatieve voorzieningen.
7.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.5.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende andere-werken uit te voeren:

  • a. het verwijderen van beplanting;
  • b. het vergraven van watergangen en waterpartijen.
7.5.2 Uitzonderingen op verbod

Het in 7.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op andere-werken:

  • a. die het normale onderhoud betreffen;
  • b. die reeds in uitvoering zijn danwel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan.
7.5.3 Strijd met bestemming

Uitvoering van de andere-werken is in strijd met de bestemming indien daardoor dan wel door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen een onevenredige aantasting van de waarden van deze gronden kan plaatsvinden.