direct naar inhoud van Artikel 9 Algemene wijzigingsregels
Plan: Recreatiepark De Zanding
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0228.BP2012OTTO0001-0301

Artikel 9 Algemene wijzigingsregels

9.1 Wijzigingsbevoegdheid herinrichting

Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen Bijlage 1 'Lijst verblijfsrecreatie' wijzigen ten behoeve van een herinrichting van een terrein voor verblijfsrecreatie, voor welk terrein aan de bestemming na wijziging de beperking is verbonden van een bedrijfsmatige exploitatie van recreatieverblijven en met dien verstande dat het maximale aantal recreatiewoningen uitsluitend kan worden vergroot op een terrein voor verblijfsrecreatie dat deel uitmaakt van een 'groeigebied';

Bij de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid worden de volgende specifieke voorwaarden in acht genomen:

  • 1. voor het terrein waarvoor een herinrichting aan de orde is dient ten tijde van toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid sprake te zijn van een bedrijfseconomische dan wel markttechnische aanleiding voor herinrichting en voorts dient er sprake te zijn van een duurzame bedrijfsvoering en inrichting die aantoonbaar bijdraagt aan de inpassing in de omringende natuur;
  • 2. er vindt geen permanente bewoning van recreatieverblijven (meer) plaats, behoudens in de gevallen dat zulks in het kader van een uitsterfregeling voorlopig wordt geaccepteerd;
  • 3. deze wijzigingsbevoegdheid mag alleen worden toegepast voor zover uit onderzoek is gebleken dat de natuurwetenschappelijke/ecologische waarden niet onevenredig worden aangetast. Hierbij wordt met name gedoeld op de mogelijk (significante) gevolgen van de voorgenomen wijziging voor gebieden welke zijn aangewezen dan wel aangemeld als speciale beschermingszone in het kader van de Vogel- en de Habitatrichtlijn. Indien de ingreep significante gevolgen heeft op deze gebieden, dan wel redelijkerwijs te verwachten is dat geen ontheffing op basis van de Flora- en faunawet zal kunnen worden verleend, blijft de onderhavige wijzigingsbevoegdheid buiten toepassing;
  • 4. voor zover de activiteit plaatsvindt in groeigebied, dient de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid plaats te vinden met inachtneming van de ruimtelijke randvoorwaarden zoals die zijn beschreven in de clustervisie voor het recreatiecluster Otterlo;
  • 5. toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid mag alleen plaatsvinden indien en voor zover deze niet leidt tot onevenredige aantasting van archeologische resten in archeologisch waardevolle gebieden;
  • 6. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden worden niet onevenredig beperkt in welke afweging mede de bescherming van het leefmilieu van omwonenden wordt betrokken;
  • 7. toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid mag alleen plaatsvinden indien aantoonbaar wordt voldaan aan het gestelde bij of krachtens het Besluit externe veiligheid inrichtingen.

9.2 Wijzigingsbevoegdheid dienstwoning

Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen Bijlage 1 'Lijst verblijfsrecreatie' wijzigen voor zover het de bestemming 'Recreatie' betreft ten behoeve van de toevoeging van één extra dienstwoning ten opzichte van het aantal zoals genoemd in de Bijlage 1 'Lijst verblijfsrecreatie', met dien verstande dat:

  • 1. de dienstwoning binnen het bestemmingsvlak dient te worden gebouwd;
  • 2. toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid mag alleen plaatsvinden indien aantoonbaar wordt voldaan aan het gestelde bij of krachtens het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
  • 3. voor het terrein ten tijde van toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid sprake dient te zijn van een bedrijfseconomische dan wel markttechnische aanleiding voor de bouw van een extra dienstwoning.