direct naar inhoud van Artikel 14 Verkeer
Plan: Buitengebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0216.BPBuitengebied-VG02

Artikel 14 Verkeer

14.1 Bestemmingsomschrijving
14.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen en straten, waarbij het bestaande aantal rijstroken niet wordt vermeerderd, onderscheiden in:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - stroomweg' een stroomweg;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg' een gebiedsontsluitingsweg;
    • 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg' een erftoegangsweg;
    • 4. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - halfverhard' voor een halfverharde weg;
    • 5. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - onverhard' voor een onverharde weg;
  • b. behoud, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden van de wegen en paden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg', 'specifieke vorm van verkeer - halfverhard' en 'specifieke vorm van verkeer - onverhard';
  • c. het behoud, beheer en herstel van de aanwezige cultuurhistorische en monumentale waarden van de grenspaal en de directe omgeving, als opgenomen in Bijlage 2 Rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten;
  • d. voet- en fietspaden;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. speelvoorzieningen;
  • h. beeldende kunstwerken;
  • i. nutsvoorzieningen;
  • j. water, waterberging en waterhuishoudkundige voorzieningen;

één en ander met bijbehorende voorzieningen.

14.2 Bouwregels
14.2.1 Algemeen

Binnen deze bestemming mogen uitsluitend worden opgericht gebouwen van openbaar nut, alsmede bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

14.2.2 Gebouwen van openbaar nut

Voor gebouwen van openbaar nut, zoals abri's en voorzieningen voor telecommunicatie, water- en energiedistributie, gelden de volgende regels:

  • a. de bebouwde oppervlakte mag niet meer dan 15 m² bedragen;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer dan 3,5 m bedragen.
14.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 4 m;
  • b. in afwijking van sub a geldt dat de bouwhoogte van lichtmasten en andere bouwwerken ten behoeve van de verkeersgeleiding niet meer mag bedragen dan 8 m.
14.3 Afwijken van de bouwregels
14.3.1 Afwijking nutsgebouwen

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2.1. teneinde het oprichten van grotere gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende regels:

  • a. de bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan 25 m2;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5 m;
  • c. de omgevingsvergunning mag de verkeersveiligheid niet in gevaar brengen;
  • d. de omgevingsvergunning leidt niet tot een onevenredige aantasting van de stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.
14.4 Specifieke gebruiksregels
14.4.1 Strijdig gebruik

Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval begrepen het gebruik, laten gebruiken of doen gebruiken van de gronden binnen deze bestemming voor:

  • a. opslag-, stort- of bergplaats van andere, al dan niet afgedankte voorwerpen, stoffen of producten behoudens voorzover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik;
  • b. het al dan niet ten verkoop opstellen en opslaan van nieuwe of gebruikte, dan wel geheel of ten dele uit gebruikte onderdelen samengestelde motorvoertuigen, aanhangwagens, machines, c.q. onderdelen daarvan;
  • c. het verharden van de ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - halfverhard' gelegen weg;
  • d. het verharden of halfverharden van de ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - onverhard' gelegen weg.
14.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
14.5.1 Omgevingsvergunningplicht

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) het beloop en/of het dwarsprofiel van bestaande wegen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - erftoegangsweg', 'specifieke vorm van verkeer - halfverhard' en 'specifieke vorm van verkeer - onverhard' incidenteel aan te passen.

14.5.2 Uitzonderingen

Het onder 14.5.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

  • 1. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan aanlegvergunning of omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden is verleend;
  • 2. welke betreffen het normale onderhoud en beheer;
  • 3. welke in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens de Monumentenwet 1988 worden uitgevoerd, of konden worden uitgevoerd.
14.5.3 Toetsing aan aanwezige waarden

De onder 14.5.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien door de uitvoering van de werken of werkzaamheden, danwel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen blijvend geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de cultuurhistorische waarden van de gronden en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.