Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Buitengebied, derde herziening
Status: ontwerp
Plan identificatie: NL.IMRO.0214.BUIBP20120011-on01

Artikel 46 Algemene wijzigingsregels

46.1 Archeologische waarden
46.1.1 Verwijderen dubbelbestemming
Burgemeester en wethouders kunnen het plan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, wijzigen ten aanzien van de gronden met de bestemmingen "Waarde - Archeologisch onderzoeksgebied 1" of "Waarde - Archeologisch onderzoeksgebied 2, Waarde - Archeologisch onderzoeksgebied 3 of Waarde - Archeologisch waardevol gebied", waarbij de bestemming geheel of gedeeltelijk vervalt indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betreffende gronden geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
 
46.1.2 Toevoegen dubbelbestemming
Burgemeester en wethouders kunnen het plan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, wijzigen waarbij gronden alsnog worden bestemd tot "Waarde - Archeologisch onderzoeksgebied 1" of "Waarde - Archeologisch onderzoeksgebied 2, Waarde - Archeologisch onderzoeksgebied 3 of Waarde - Archeologisch waardevol gebied", indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.
 
46.2 Nutsvoorzieningen
Burgemeester en wethouders kunnen het plan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening, wijzigen waarbij gronden worden bestemd voor de bouw van bouwwerken voor verdeel-, regel- en transformatorruimten, met dien verstande dat:
  1. de bouwhoogte niet meer dan 5 m mag bedragen;
  2. de inhoud niet meer dan 150 m³ mag bedragen.
46.3 Wijzigingsgebied 1
Burgemeester en wethouders kunnen het plan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, ter plaatse van de Wro - zone - wijzigingsgebied 1 wijzigen ten einde de bedrijfswoning en de bedrijfsbebouwing elders te situeren met in achtname van het volgende:
  1. voorzien wordt in een bijgesteld plan voor de landschappelijke inpassing;
  2. het wijzigingsplan milieutechnisch uitvoerbaar is;
  3. het wijzigingsplan economisch uitvoerbaar is;
  4. verhaal van gemeentelijke (plan-)kosten is zekergesteld;
  5. het wijzigingsplan stedenbouwkundig inpasbaar is.