direct naar inhoud van Artikel 10 Algemene aanduidingsregels
Plan: Eerbeekse Enk
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0213.BPEEKOM300002-on01

Artikel 10 Algemene aanduidingsregels

10.1 geluidzone - industrie
10.1.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - industrie" geldt dat die gronden - naast de aangewezen bestemming(en) - tevens bestemd zijn voor de bescherming en instandhouding van de geluidsruimte.

10.1.2 Bouwregels

Er mag geen toename plaatsvinden van het aantal geluidsgevoelige objecten als bedoeld in het Besluit Grenswaarden Binnen Zones Langs Industrieterreinen .

10.1.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de aanduiding wijzigen in die zin dat de zone wordt aangepast indien daartoe als gevolg van wijziging in gebruik, bedrijfsvoering, regelgeving of vergunningverlening aanleiding bestaat.

10.2 veiligheidszone - leiding
10.2.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - leiding" geldt dat die gronden - naast de aangewezen bestemming(en) - tevens bestemd zijn voor de aanleg, instandhouding en bescherming van een aardgastransportleiding.

10.2.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bouwwerken geldt de volgende bepaling:

  • a. op deze gronden mag niet worden gebouwd met uitzondering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke noodzakelijk zijn voor de aanleg, instandhouding en bescherming van de aardgastransportleiding;
  • b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat ze naar aard en afmetingen bij de bestemming passen.
10.2.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in 10.2.2 en toestaan dat gebouwen ten behoeve van de aangewezen bestemming(en) worden gebouwd, mits:

  • a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt of kan plaatsvinden van het doelmatig functioneren van de leiding respectievelijk geen onevenredig risico ontstaat of kan ontstaan voor mensen en/of gebouwen;
  • b. daartoe vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.
10.2.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  • a. Het is verboden op of in de gronden binnen de bestemming zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. het aanleggen van wegen, paden, banen en andere oppervlakteverhardingen;
    • 2. het veranderen van het huidige maaiveldniveau door ontginnen, bodemverlagen, egaliseren, afgraven of ophogen;
    • 3. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en/of bomen;
    • 4. het uitvoeren van heiwerkzaamheden en het op een of andere wijze indrijven van voorwerpen;
    • 5. diepploegen;
    • 6. het aanleggen van andere kabels en leidingen dan in de bestemmingsomschrijving aangegeven, en daarmee verband houdende constructies.
  • b. Het verbod als bedoeld in 10.2.4 sub a is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
    • 1. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
    • 2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
    • 3. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning, het aanleggen van watergangen of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande watergangen.
  • c. De werken of werkzaamheden als bedoeld in 10.2.4 sub a zijn slechts toelaatbaar, mits:
    • 1. geen onevenredige aantasting plaatsvindt of kan plaatsvinden van het doelmatig functioneren van de leiding;
    • 2. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.