Kloosterhof Weurt

Het ontwerpproces van de nieuwe school en dorpscentrum heeft plaatsgevonden tijdens de bestemmingsplanontwikkeling. Het definitieve ontwerp van de Kloosterhof is door de architect in intensief overleg met gebruikers en omwonenden tot stand gekomen. De ontwikkeling is zodanig goed voorbereid en opgezet, dat het plan een zeer breed draagvlak kent.

Tijdens de vaststelling van het bestemmingsplan d.d. 22 oktober 2013 was het ontwerpproces nog gaande. Derhalve kon in het bestemmingsplan nog geen specifieke situering van geluidsbelastende activiteiten (laden en lossen en schoolplein) plaatsvinden. In het vastgestelde plan is echter wel aangegeven dat de milieueffecten op de omgeving aanvaardbaar zijn (worst-case benadering).

Tegen het vastgestelde bestemmingsplan heeft een omwonende beroep ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS). Vooruitlopend op de behandeling van de zaak is een voorlopige voorziening gevraagd en gekregen (3 februari 2014). De reden voor toekenning van de voorlopige voorziening was het nog niet volledig afgerond zijn van het flora en faunaonderzoek m.b.t. het vleermuizenonderzoek.

In het kader van het beroep heeft de Afdeling op 9 juli 2014 (201311441/1/R2) geoordeeld dat de meest gunstige inrichting in het plan dient te worden opgenomen en daarbij dient te worden gemotiveerd waarom de geluidbelasting vanuit met name het gebruik van de buitenruimte als speelplein en het laden en lossen op de woning van appellant aanvaardbaar is. Daarbij is van belang dat dit gebruik niet valt onder het Activiteitenbesluit. Het gebruik van een speelplein buiten schooltijd, valt - vanaf een uur na schooltijd - wel onder het Activiteitenbesluit.

Voorts dient de raad op grond van de uitkomsten van het onderzoek naar de aanwezige flora en fauna nader te motiveren waarom de Ffw niet aan de uitvoerbaarheid van het plan in de weg staat. De raad behoeft bij de wijziging van het bestreden besluit geen toepassing te geven aan afdeling 3.4 van de Awb.(bestuurlijke lus)

Het onderhavige plan is aangepast conform de uitspraak van de ABRvS. Het centrale schoolplein en het peuterplein, beide pleinen waar tijdens het speelkwartier en tijdens het overblijven gespeeld wordt, zijn aangeduid. Het schoolplein kan ook buiten schooltijd worden gebruikt.Ook de laad- en losplaats is aangeduid.

De erfafscheiding aan de zijde van Jonkerstaat 10 krijgt een geluidwerend karakter, zodat er in geen geval sprake is van onaanvaardbare aantasting van het woon- en leefmilieu op de woning op Jonkerstraat 10. De voorwaardelijke verplichting als opgenomen in art. 3.4.2. waarborgt de realisatie van de geluidwerende erfafscheiding, alsvorens het peuterplein kan worden gebruikt. De akoestische effecten van met name het laden en lossen en het gebruik van de buitenruimte als speelplaats zijn specfiek voor de woning Jonkerstraat 10 onderzocht en als bijlage toegevoegd aan dit bestemmingpsplan. Ook zijn andere onderdelen van het plan nader onderzocht op geluidbelastende gevolgen (installatie en dorpscentrum b.v.) ten opzichte van de woning aan de Jonkerstraat; dit laatste is geschied teneinde ook de cummulatieve effecten bij de beoordeling te kunnen betrekken.

Het onderzoek in het kader van de Ffw is afgerond en als zodanig als bijlage toegevoegd aan dit bestemmingsplan. Uit het onderzoek blijkt dat de Ffw niet aan de uitvoerbaarheid van het plan in de weg staat.