direct naar inhoud van Artikel 3 Wonen
Plan: Veluwstraat 16 te Ewijk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0209.BPVeluwstr16-onhe

Artikel 3 Wonen

3.1 Bestemmingsomschrijving
3.1.1 Algemeen

De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf als bedoeld in 3.1.2 onder a;
  • b. een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals tuinen en erven en overeenkomstig de in 3.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.

3.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 3.1.1:

a beroep of bedrijf aan huis

Binnen de bestemming 'Wonen' is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of bedrijf toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • 1. het bebouwingspercentage ten behoeve van het van het aan huis verbonden beroep of bedrijf mag niet meer bedragen dan 30% van de totaal op het bouwperceel toegestane bebouwde oppervlakte, met dien verstande dat een bebouwde oppervlakte van 45 m² voor deze functie niet mag worden overschreden;
  • 2. de woning blijft voldoen aan de bepalingen ingevolge of krachtens de Woningwet;
  • 3. het gebruik de woonfunctie ondersteunt, d.w.z. dat de gebruiker van de woning ook de beroeps- of bedrijfsmatige activiteit ontplooit;
  • 4. het gebruik mag geen ernstige hinder voor het woonmilieu opleveren. Dit betekent bijvoorbeeld dat het geen activiteit mag zijn waarvoor een milieuvergunning of melding op grond van de milieuwetgeving verplicht is. Ook mag de activiteit geen industriële handelingen inhouden; evenmin is een seksinrichting toegestaan;
  • 5. het onbebouwde deel van het perceel mag niet worden gebruikt voor de activiteiten; buitenopslag is niet toegestaan;
  • 6. de activiteit mag niet in vrijstaande bijgebouwen worden ontplooit;
  • 7. detailhandel mag niet plaatsvinden tenzij het gaat om een beperkte verkoop in het klein dat direct verband houdt met het aan huis verbonden beroep of bedrijf;
  • 8. het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken; parkeren dient op eigen perceel plaats te vinden.

b Aantal woningen

Per bouwvlak is maximaal één woning toegestaan..

3.2 Bouwregels
3.2.1 Toegestane bebouwing

Uitsluitend binnen het bouwvlak mogen bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met vrijstaande bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht.

3.2.2 Dove gevels
  • a. De noordzijde van de woning dient te zijn voorzien van een dovel gevel zoals opgenomen in artikel 1b lid 5 van de Wet geluidhinder.
  • b. De westzijde van de woning dient op de eerste en tweede verdieping te zijn voorzien een dovel gevel zoals opgenomen in artikel 1b lid 5 van de Wet geluidhinder.

3.2.3 Maatvoering

Met betrekking tot de maatvoering en situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:

DE WONING   MAX.  
GOOTHOOGTE   6 m  
(NOK)HOOGTE   10 m  
INHOUD   1200 m³ (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij:
- de bestaande inhoud van de bestaande woning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt;
 

VRIJSTAANDE BIJGEBOUWEN BIJ WONING   MAX.  
GEZAMENLIJKE OPPERVLAKTE PER WONING   120 m² , indien de bestaande oppervlakte groter is dan 120 m², geldt de bestaande oppervlakte als maximum.  
GOOTHOOGTE   3 m  
(NOK)HOOGTE   6 m  

BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE   MAX.  
HOOGTE ERFAFSCHEIDINGEN   2 m  
HOOGTE VAN CARPORTS C.Q. OVERKAPPINGEN   3 m  
OPPERVLAKTE VAN EEN CARPORTS C.Q. OVERKAPPING   20 m²  
HOOGTE OVERIGE BOUWWERKEN, GEEN GEBOUWEN ZIJNDE   6 m  

3.2.4 Dakkapel

Dakkapellen zijn toegestaan op het voordakvlak, waarbij de dakkapel maximaal 50% van de breedte van het dakvlak mag bedragen.

3.2.5 Herbouw

Aanvullend gelden voor herbouw van bestaande woningen de volgende voorwaarden:

  • a. de herbouw vindt grotendeels plaats op de (voor zover aanwezig) bestaande fundamenten van de woning met dien verstande dat de nieuwe woning op minimaal 50% van de bestaande fundamenten herbouwd dient te worden;
  • b. de voorgevel van de te herbouwen woning wordt geplaatst in de (voormalige) gevellijn van de woning;
  • c. de bouwwijze (vrijstaand) van de te herbouwen woning wijkt niet af van de bouwwijze van de oorspronkelijke woning.

3.2.6 Ondergrondse gebouwen

Ondergrondse gebouwen zijn toegestaan, mits er voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. ondergrondse gebouwen (kelders) zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de gebouwen;
  • b. ondergrondse gebouwen zijn uitsluitend toegestaan in één bouwlaag ondergronds.

3.3 Afwijking van de bouwregels
3.3.1 Afwijking m.b.t. herbouw

Het bevoegd kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 onder b teneinde de voorgevel te kunnen plaatsen buiten de (voormalige) gevellijn, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. de nieuwe situering van de woning is stedenbouwkundig, verkeerskundig en milieukundig aanvaardbaar;
  • b. er dient sprake te zijn van (zekerheidsstelling omtrent de) sloop van de bestaande woning
  • c. door de herbouw wordt het landelijke karakter van het gebied niet onevenredig aangetast;
  • d. de nieuwe situering van de woning leidt niet tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven, voortvloeiende uit milieuregelgeving;
  • e. er moet voldaan worden aan de Wet geluidhinder;
  • f. er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing;
  • g. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.

3.4 Specifieke gebruiksregels
3.4.1 Strijdig gebruik

Onder strijdig gebruik met de bestemming wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:

  • a. vrijstaande bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte;
  • b. bedrijfsactiviteit anders dan bedoeld in 3.1.2 onder a.

3.5 Afwijking van de gebruiksregels
3.5.1 Afwijking m.b.t. bed & breakfast

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het genoemde in 3.1.1 onder b teneinde een bed & breakfast toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. deze nevenactiviteit is enkel in de woning toegestaan;
  • b. de nevenactiviteit is ondergeschikt van aard;
  • c. permanente bewoning of huisvesting van tijdelijke werknemers is niet toegestaan;
  • d. er wordt een nachtregister bijgehouden;
  • e. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving;
  • f. de verkeersaantrekkende werking dient te zijn afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie;
  • g. er dient op eigen terrein te worden voorzien in de parkeerbehoefte;
  • h. het woon- en leefklimaat mag niet onevenredig worden aangetast.