direct naar inhoud van Hoofdstuk 1 Inleiding
Plan: Lage Boeschoterweg I
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0203.1031-0004

Hoofdstuk 1 Inleiding

De heer Schuiteman heeft een loon- en grondverzetbedrijf met circa 20 personeelsleden. In piekperiode loopt dit aantal door inhuur van derden op tot circa 30 personen. Het perceel is gelegen binnen de Ecologische Hoofdstructuur en de aan- en afvoer van personeel en materiaal vindt plaats via de onverharde Lage - en Hoge Boeschoterweg. Op het perceel is op dit moment naast de voormalige bedrijfswoning circa 1.400 m² aan bedrijfsbebouwing aanwezig. Hiernaast beschikt de heer Schuiteman nog over een niet gerealiseerde bouwvergunning voor een bedrijfsgebouw van circa 580 m². Het totale perceel van de heer Schuiteman (bouwperceel inclusief achterliggende agrarische percelen) heeft een omvang van circa 6 hectare. Hiervan is circa 4.000 m² bos, dit bevindt zich in het noordoostelijke deel van het plangebied.


Gelet op de ligging van het perceel in de Ecologische Hoofdstructuur heeft de gemeente een voorkeur uitgesproken voor een ontwikkeling naar een laagdynamische woonfunctie. Hierbij dienen de volgende voorwaarden in acht te worden genomen:

  • Sloop van alle bedrijfsopstallen op het perceel exclusief de voormalige bedrijfswoning;
  • Inlevering van alle vigerende milieuvergunningen en nog niet gerealiseerde bouwvergunningen;
  • Herontwikkeling van het perceel met een beperkt aantal vrijliggende woonkavels in groene omgeving;
  • Concentratie van bebouwing binnen het voormalige bestemmingsvlak van het loonwerkersbedrijf;
  • Natuurontwikkeling als vorm van verevening op de omliggende gronden (circa 4,5 hectare, het bos in het noordoosten van het plangebied wordt daarbij niet gebruikt, dit wordt gerevitaliseerd).

Op basis van deze uitgangspunten is een plan ontwikkeld voor een herontwikkeling met drie woongebouwen inclusief natuurontwikkeling op het circa 4,5 hectare grote omliggende terrein (niet zijnde het bos in het noordoosten van het plangebied). In het plan is per woongebouw één wooneenheid geprojecteerd.


Het plan past niet binnen de voorschriften van het vigerende bestemmingsplan "Buitengebied 2000". Om deze ontwikkeling planologisch-juridisch mogelijk te maken dient een herziening van het vigerende bestemmingsplan plaats te vinden.