direct naar inhoud van Hoofdstuk 4 Ruimtelijke- en programmatische aspecten van de ontwikkelingen
Plan: Bestemmingsplan Fluvium - SB gebouw
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.779-0301

Hoofdstuk 4 Ruimtelijke- en programmatische aspecten van de ontwikkelingen

Ruimtelijke opzet en structuur.

De bouwkundige opgave voor de herontwikkeling van het plangebied bestaat uit een aantal onderdelen die op onderstaande kaart met een letter zijn aangeduid.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.779-0301_0002.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.779-0301_0003.png"

De gebouwen A, C, F, H en J maken onderdeel uit van het bestemmingsplan. Hiervan zijn A, C en F bestaande gebouwen. Voor deze gebouwen geldt dat een mix van wonen en creatieve economie is voorzien.

Bij creatieve economie moet worden gedacht aan kleinschalige creatieve bedrijven zoals webdesign, grafische vormgeving, product design, beeldhouwers, schilders en andere kunstenaars.

Dit zijn niet louter kantoorbezigheden (creatieve dienstverlening).Handelingen zoals lassen, zagen en hakken in steen moeten ook mogelijk zijn. Hoe de mix van wonen en creatieve economie vorm zal krijgen is nog niet bekend. Het complex zal “organisch” worden ontwikkeld. Dit betekent dat het complex heel voorzichtig en gefaseerd invulling zal krijgen. Dit betekent ook dat de invulling de markt volgt. Of, en hoeveel, zelfstandige bedrijven zich vestigen zonder woning en hoeveel woningen een werkruimte in huis zullen hebben zal pas in de toekomst duidelijk worden.

De gebouwen A, C en F zullen in een organisch proces ten behoeve van de hierbovengenoemde functies worden herontwikkeld.

Gebouw H sluit aan op de bestaande bebouwing A en C en vormt met dit gebouw een nieuwe kop. In verband met de herontwikkeling in dit zuidelijk deel wordt een grote niet monumentale loods gesloopt.

In het zuidwestelijk deel van het plangebied wordt voorzien in nieuwbouw van een aantal grondgebonden woningen (gebouwen M, O en P) in de nieuwbouw van een complex (gebouwen K en L) dat dezelfde functie als de gebouwen A, C en F krijgt.

In het stedenbouwkundig plan is het beoogde programma met betrekking tot woningen en werkruimte in de (ter realiseren) gebouwen van het complex beschreven. Vanwege de organische ontwikkelingsvisie is dit programma echter op het moment van totstandkoming van dit bestemmingsplan niet aan te geven. Om die reden zijn beoogde aantallen en oppervlaktes niet in het bestemmingsplan opgenomen.

Stedenbouwkundig plan: “De transformatie” .

In het stedenbouwkundig plan voor Centrum Oost wordt ingezet op het ontwikkelen van een grofmazig stratenpatroon waar binnen grote bouwvelden zijn gelegen. Een van de bouwvelden in Centrum Oost is het noordoostelijk deel van Fluvium Noord. Dit is een vierkantig bouwveld dat is omsloten door de Broekstraat de Van Oldenbarneveldtstraat. De zuidwestelijke grens wordt gevormd door twee nieuw aan te leggen straten. Het gebied kenmerkt zich door een samenhangende buitencontour en een terloopse compositie rondom het centrale binnenplein.

De buitencontour van dit bouwveld wordt langs deze straten gemarkeerd door een reeks van gevelvlakken, tuinmuren, een nieuw schakelstation, hekken en de gebiedentrees. Hiermee wordt samenhang gebracht in de onderling sterk verschillende planonderdelen en wordt de omringende stadsruimte formeel begrensd.

Binnen deze buitencontour vormen de oude monumentale bebouwing en de nieuw toe te voegen gebouwen een losjes geplaatste compositie die meerdere ruimtes markeert.

De terloopse rangschikking van de bebouwing borduurt voort op de wijze waarop de bestaande bebouwing is geplaatst. In diverse tijdsperiodes is er een ensemble ontstaan dat een informele samenhang kent, maar nergens een formele ordening heeft. Zowel de positie van de gebouwen ten opzichte van elkaar als de gevelcomposities van de gebouwen zelf tonen de kunst van de nevenschikking, meer dan die van de rangschikking.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.779-0301_0004.jpg"

impressie

Bebouwingsopzet

De zuidelijke rand van het ensemble wordt gevormd door een tweetal samenhangende gebouwen. Het ene vormt een kop op de bestaande gebouwen A,C en H, het andere vormt een nieuwe straatwand aan de zuidzijde.

Aan de westzijde van het bouwveld 'omsingelt' een haakvormig complex stadshuizen het aanwezige transformatorstation. Tussen de nieuwe gebouwen in zijn twee informele gebiedstoegangen voorzien die het complex verbinden met de toekomstige woonomgeving

De bebouwing maakt binnen de contouren van het bouwveld drie hoven. De grootste ruimte wordt gevormd door de Binnenhof. Rond deze ruimte staan de oude monumenten, de grondgebonden

woningen en de ateliers. De bebouwing wordt merendeels vanuit deze hof ontsloten. Het vormt daarmee de meest collectieve en diverse ruimte van het ensemble. In aanvulling op de binnenhof wordt aan de Broekstraat vormgegeven aan een hernieuwde gebiedsentree. Oorspronkelijk was hier de hoofdentree tot het gebied gelegen. Deze is later dichtgezet, en wordt nu weer in ere hersteld. Het ensemble sluit daarmee weer volwaardig aan op de eveneens monumentale Van Verschuerwijk.

De "voorhof" die hiermee ontstaat brengt de monumentale positie van gebouw B weer tot leven. Aan de zuidwestzijde verbindt een 'buitenhof' het ensemble met de toekomstige woonbebouwing in Centrum-oost. Deze ruimte van het ensemble wordt geheel begeleid door nieuwe bebouwing; grondgebonden woningen aan de noordzijde, appartementen aan de oostzijde.

De grootste ruimte is de Binnenhof. De Binnenhof wordt omgeven door zeer diverse bebouwing waarin kantoren, ateliers en woningen zijn of worden ontwikkeld. De inrichting van de hof moet ruimte bieden aan het collectief en de diversiteit van omwonenden. De atelierruimtes aan de zuidzijde, de aanwonenden aan de oost- en westzijde, de kantoorruimte aan de noordzijde; elk van deze zijden

zal een ander gebruik van de hof uitlokken. Elk van deze gebouwen krijgt daarom een eigen specifieke overgangszone met de Binnenhof.

Het midden van de hof is echter neutraal ingericht als collectieve ruimte. Hier staan vier parallelle schermen van leiplatanen. Hiermee wordt een plek gemarkeerd voor speciale evenementen, en in het dagelijks gebruik is er ruimte om er maximaal 40 auto's tussen te parkeren. Voor de verlichting worden aan weerszijden een aantal hoge masten langs de hof geplaatst.

Het ontwerp van de Voorhof vormt een reconstructie van de oorspronkelijke hoofdentree. Deze is niet letterlijk terug te restaureren omdat delen aan weerszijden van de ruimte zijn verkocht.

Binnen deze beperkingen wordt opnieuw met gemetselde keermuren, zuilen en grasvlakken vorm gegeven aan een monumentale symmetrische toegang. In een nadere uitwerking moet bezien worden of met deze detaillering ook de erfgrens met de naast gelegen woningen beter kan worden vormgegeven.

De bedrijven die nu gevestigd zijn in gebouw B hebben ter plekke van de beoogde nieuwe terreintoegang tien parkeerplaatsen gehuurd. In het ontwerp zijn deze plaatsen teruggeplaatst op de kasseienstrook rond gebouw B.Voor acht plaatsen is ruimte in het ontwerp voor de Voorhof, de resterende twee plaatsen zijn gelegen aan de andere zijde van gebouw B aan de Binnenhof.

De Buitenhof verbindt het ensemble met de nieuwe stadswijk die rond “De transformatie” wordt ontwikkeld. De ruimte wordt aan één zijde geflankeerd door stadswoningen, en aan één zijde door de kop van een nieuw appartementencomplex. Een royale trappartij biedt vanaf deze pleinruimte toegang tot een hoger gelegen passage in het complex die appartementen en ateliers ontsluit.

De Buitenhof vormt in het stadsblokken- en stratenpatroon van Centrum-Oost een van de verbijzonderde ruimtes, waarin plaats is voor grotere solitaire bomen. De inrichting bestaat uit een uitloper van de kasseienvloer, aangevuld met grasplateau's.

Verkeer (parkeren en en ontsluiting)

Parkeren: Het parkeren kan op meerdere plekken plaatsvinden. De nieuwe gebouwen krijgen een inpandige parkeerruimte.

Op het binnenterrein is ruimte voor circa 40 parkeerplaatsen die mede ten behoeve van he wonen in het voormalige kantoorpand kunnen worden gebruikt.

De precieze uitwerking van het parkeren zal plaatsvinden aan de hand van de definitieve invullingen.

Ontsluiting: De ruimte tussen de twee bestaande bouwblokken vormt een van de 4 nieuwe toegangen van de herontwikkeling van het bouwveld op Fluvium noord oost. Met deze opzet wordt de autodruk gelijkmatig over de toegangen aan de noordzijde en zuidzijde verdeeld.

Ook voor langzaamverkeer zijn er toegangen onder andere tot de parkeergarage van de appartementen.