direct naar inhoud van 4.1 Milieuaspecten
Plan: Beurtvaartstraat aanleg Grift
Status: vastgesteld
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.pb1002-vas1

4.1 Milieuaspecten

4.1.1 Inleiding

Op grond van artikel 5.1.3 van het Besluit ruimtelijke ordening (verder: Bro) moet de gemeente in de toelichting op het projectbesluit een beschrijving opnemen van de wijze waarop de milieukwaliteitseisen bij het plan zijn betrokken. Daarbij moet rekening gehouden worden met de geldende wet- en regelgeving en met de vastgestelde (boven)gemeentelijke beleidskaders. Bovendien is een projectbesluit vaak een belangrijk middel voor afstemming tussen de milieuaspecten en ruimtelijke ordening.

In dit hoofdstuk wordt alleen stilgestaan bij datgene wat ruimtelijk relevant is met betrekking tot de uitvoerbaarheid van het project. Met de aanleg van de Grift, het plaatsen van hekjes en de bouw van 5 bruggen worden er geen milieugevoelige functies in het gebied geïntroduceerd.

4.1.2 Bodem

Onderzocht moet worden of de bodem verontreinigd is en wat voor gevolgen een eventuele bodemverontreiniging heeft voor de uitvoerbaarheid van het plan. Een nieuwe functie mag pas worden toegelaten als is aangetoond dat de bodem geschikt (of geschikt te maken) is voor de nieuwe of aangepaste bestemming.

Onderzoeksresultaten bodem

In de rapportage van februari 2008, opgesteld door Hunneman Milieu Advies Raalte B.V. en opgenomen in de bijlagen, zijn de resultaten van het bodemonderzoek weergegeven. Hieruit blijkt dat de kwaliteit van grond en grondwater geschikt is voor de beoogde bestemming.