Plan: | Miggelenbergweg 65 Hoenderloo |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1197-vas1 |
Het ruimtelijk beleid van de provincie is vastgelegd in het Streekplan Gelderland 2005 (provinciale structuurvisie). De hoofddoelstelling van dat beleid voor de periode 2005-2015 is om de ruimtebehoefte zorgvuldig in regionaal verband te accommoderen en te bevorderen dat publieke (rijk, provincie, gemeenten, waterschappen) en private partijen de benodigde ruimte vinden, op een wijze die meervoudig ruimtegebruik stimuleert, duurzaam is en de regionale verscheidenheid versterkt, gebruik makend van de aanwezige identiteiten en ruimtelijke kenmerken.
Doelen die als uitwerking van de hoofddoelstelling worden gehanteerd zijn onder andere:
Met de Ruimtelijke Verordening Gelderland stellen Provinciale Staten regels over de inhoud, toelichting of onderbouwing van bestemmingsplannen. De voorschriften in de ruimtelijke verordening, die een rechtstreekse doorwerking hebben, zijn gebaseerd op het streekplan. In de verordening is onder andere vastgelegd dat in een bestemmingsplan:
In afwijking van het laatstgenoemde kan een bestemmingsplan een grotere omvang of een grotere inhoud van recreatiewoningen op recreatieparken toestaan, indien in de toelichting bij het bestemmingsplan wordt aangetoond dat er vanuit de toeristische markt behoefte bestaat aan het realiseren van recreatiewoningen met een grotere maatvoering op de betreffende locatie.
In het provinciale ruimtelijke beleid komen een aantal onderwerpen aan de orde die relevant zijn voor de nu aan de orde zijnde ontwikkeling op het perceel Miggelenbergweg 65. Het betreft: de Ecologische Hoofd Structuur (EHS) en het daaraan verwante Natura 2000 , Nationaal landschap en recreatie (waaronder het Krimp&Groei beleid).
Ecologische Hoofd Structuur (EHS) en Natura 2000
De natuur in Nederland is behoorlijk versnipperd. Om daar verandering in aan te brengen, leggen het Rijk en de provincies sinds 1990 een samenhangend netwerk van grote en kleine natuurgebieden en natuurrijke cultuurlandschappen aan, de Ecologische Hoofd Structuur.
De begrenzing en ruimtelijke bescherming van de EHS is geregeld in het streekplan. In 2009 is de grens definitief vastgesteld. Binnen de EHS geldt de 'nee, tenzij'-benadering. Dit houdt in dat bestemmingswijziging niet mogelijk is, als daarmee de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied worden aangetast. Afwijken van deze regel is alleen mogelijk als het maatschappelijk belang groot is en er geen reële alternatieven zijn.
De provincie heeft de wezenlijke kenmerken en waarden beschreven in de in 2006 vastgestelde streekplanuitwerking Kernkwaliteiten en omgevingscondities van de Gelderse ecologische hoofdstructuur.
Ligging EHS ten opzichte van plangebied
De Europese Unie heeft een gevarieerde natuur, die van biologische, esthetische en economische waarde is. Om deze natuur te behouden heeft de Europese Unie het initiatief genomen voor Natura 2000. Dit is een samenhangend Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. Voor Nederland gaat het in totaal om 162 gebieden. Voor het plangebied is relevant dat Veluwe is aangewezen als Natura 2000-gebied (Vogel- en Habitatrichtlijn).
Bij het nemen van een besluit tot het vaststellen van een plan dat, gelet op de instandhoudingsdoelstelling voor een Natura 2000-gebied, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in dat gebied kan verslechteren of een significant verstorend effect kan hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen, dient rekening te worden gehouden met de gevolgen die het plan kan hebben voor het gebied.
Ligging Natura 2000 ten opzichte van plangebied
Nationaal Landschap
De Rijksoverheid heeft twintig karakteristieke gebieden in Nederland aangewezen als Nationaal Landschap, zeven liggen (deels) in Gelderland. Eén daarvan is de Veluwe. De provincie Gelderland streeft naar instandhouding en versterking van de bijzondere kenmerken van het landschap en naar het (nog) beter toegankelijk maken van de Nationale Landschappen voor inwoners en bezoekers.
Binnen de Nationale Landschappen geldt 'behoud door ontwikkeling'. Dit betekent dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen bijdragen aan het behouden en versterken van de kernkwaliteiten van het landschap. Het doel voor de Nationale Landschappen is om landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten te behouden, duurzaam te beheren en waar mogelijk te versterken. In samenhang hiermee zal de toeristisch-recreatieve betekenis moeten toenemen.
In juli 2007 is de streekplanuitwerking Nationale Landschappen en het Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap Veluwe vastgesteld. Met de streekplanuitwerking hebben de door de provincie nader gedetailleerde grenzen van de Nationale Landschappen in Gelderland de streekplanstatus gekregen. In het uitvoeringsprogramma zijn de begrenzing, de kernkwaliteiten en een globale projectenlijst opgenomen. In de Nationale Landschappen is het ruimtelijk beleid uit het streekplan van toepassing.
Recreatie (waaronder het Krimp&Groei beleid)
De provincie wil de extensieve vormen van recreatie en toerisme stimuleren. Onder extensieve recreatie wordt verstaan: kleinschalige nevenactiviteiten, zijnde verhuur van recreatieve producten of horeca aan huis, een minicamping of gelijksoortige vormen met een beperkte capaciteit. Deze vormen van recreatie & toerisme kunnen een waardevolle bijdrage leveren aan de leefbaarheid van het landelijk gebied en kunnen ook een nieuwe functie vormen voor vrijgekomen agrarische bedrijven. Voorwaarde blijft dat de extensieve vormen van recreatie te verenigen moeten zijn met natuur- en landschapsdoelstellingen.
Intensieve recreatie, in de vorm van terreinen met recreatiewoningen, dient gezien aard en functie een aan de omgeving aangepast karakter te hebben. Om dit te waarborgen zijn richtlijnen ten aanzien van oppervlakte en bouwvolume gesteld. Er wordt een maximummaat toegestaan van 75 m2 en 300 m³ (inclusief berging, en kelder). Aan de bouw van solitaire recreatiewoningen wordt geen medewerking verleend. Voor recreatiewoningen geldt als nadere eis deze slechts mogen worden opgericht en gebruikt voor de verhuur ten behoeve van wisselend gebruik.
Het provinciaal beleid voor recreatie op de Veluwe is vastgelegd in het reconstructieplan Veluwe . Het reconstructieplan, dat is vastgesteld in 2005, is nodig om de problemen die op het platteland spelen te kunnen aanpakken. In delen van het landelijk gebied zitten de (intensieve) landbouw, wonen, werken, recreatie natuur en landschap elkaar te vaak in de weg. Het gevolg is dat vooral economisch belangrijke sectoren als landbouw en recreatie zich niet genoeg kunnen ontwikkelen en de kwaliteit van natuur, landschap en water te weinig verbetert.
Dit heeft grote gevolgen voor de leefbaarheid en vitaliteit van het platteland. In het reconstructieplan worden de functies bijna opnieuw over de gebieden verdeeld en nieuwe ontwikkelmogelijkheden gestimuleerd. Een aantal onderdelen uit het reconstructieplan wordt rechtstreeks overgenomen in het streekplan en de bestemmingsplannen.
Een belangrijk onderdeel van het reconstructieplan is de zonering. Gebieden hebben een bepaalde bestemming gekregen:
Ten aanzien van de mogelijke ontwikkelingen van verblijfsrecreatie op het Veluwemassief geldt een specifiek beleid, te weten het Groei- en krimpscenario, zoals ontwikkeld in het kader van de nota Veluwe 2010 en uitgewerkt in het reconstructieplan Veluwe. Het groei- en krimpscenario gaat uit van een betere ruimtelijke afstemming op het Veluwemassief van recreatie en natuur om zo een kwaliteitsslag voor beiden te kunnen maken. Hoofdlijn van dit scenario is het enerzijds groei (ontwikkelingsmogelijkheden) toestaan aan recreatiebedrijven op vanuit natuuroverwegingen minder kwetsbare plekken en anderzijds krimp (saneren) van recreatiebedrijven, die vanuit natuuroverwegingen ongunstig gelegen zijn.