direct naar inhoud van 2.7 Welstandsbeleid
Plan: Koningstraat 58 en 60
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1147-onh1

2.7 Welstandsbeleid

Artikel 12a van de Woningwet verplicht alle gemeenten om een welstandsnota vast te stellen. Die welstandsnota moet, in de vorm van beleidsregels, criteria bevatten voor de welstandstoetsing.

Om te voldoen aan deze verplichting heeft de gemeenteraad in juli 2004 de kadernota 'Over welstand geschreven' vastgesteld. De nota geeft de kaders voor het welstandsbeleid. Hiermee worden bouwplannen getoetst aan redelijke eisen van welstand, om de fraaie leefomgeving in de stad te behouden en te versterken.

In deze nota wordt voor ieder perceel in Apeldoorn één welstandsthema en één welstandsniveau aangewezen. Het niveau geeft aan hoeveel welstandsaandacht de gemeente aan een gebied geeft, waarbij de niveaus variëren van zwaar tot welstandsvrij. Het thema wordt bepaald door de bouwstijl of bouwperiode van de bebouwing. In het bestemmingsplan wordt het specifieke karakter van het gebied geregeld voor zover dit gaat om bebouwingsregels en gebruik. Het welstandsbeleid is hierop aanvullend en heeft betrekking op situering, massa en vorm, gevelkarakteristiek en detaillering, kleur en materiaalgebruik.

Voor de planlocatie geldt een normaal welstandsbeleid met het welstandsthema historische dorpsgebieden in de stad. Bij woninguitbreiding, verbouwing of renovatie dient het oorspronkelijke karakter van het pand als uitgangspunt.

Voor Het Loo en Kerschoten is op 16 december 2010 gebiedsgericht welstandsbeleid vastgesteld door de gemeenteraad. Het perceel valt binnen dit welstandsbeleid in een gebied met een zwaar welstandsniveau en het thema "Lintbebouwing met Apeldoornse huisjes". De waarde van de bebouwingslinten is te vinden in de stedenbouwkundige karakteristiek van vrijstaande objecten met vergelijkbare massa en een historisch gegroeide diversiteit in architectuur en inrichting. Bij woninguitbreiding, verbouwingen of renovatie dient het oorspronkelijke karakter van het pand als uitgangspunt. Het zware welstandsniveau geldt voor gebieden die van cruciale betekenis zijn voor het totaalbeeld van de stad, de dorpen en het landschap. Uitgangspunt bij dit niveau is het handhaven, herstellen en versterken van gewaardeerde ruimtelijke karakteristieken. Daarbij wordt zowel op de relatie met de omgeving, het bouwplan op zich én de detaillering gelet. Lintbebouwing bestaat uit vrijstaande en individueel vormgegeven woningen van gelijke bouwmassa. De meeste bebouwing staat relatief dicht naast elkaar. De waarde van de bebouwingslinten is te vinden in de stedenbouwkundige karakteristiek van vrijstaande objecten met vergelijkbare massa en een historisch gegroeide diversiteit in architectuur en inrichting.

Op de planlocatie worden twee wooneenheden in een bestaand bedrijfspand gerealiseerd. Het oorspronkelijke karakter van het pand blijft behouden.