direct naar inhoud van 4.1 Groenstructuur
Plan: Bestemmingsplan Barnewinkel naast 13
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1129-vas1

4.1 Groenstructuur

Uitgangspunt zoals geschetst in de Structuurschets De Barnewinkel (bijalge 2) is een flexibele en groene inrichting. De ontwikkeling op het plangebied maakt onderdeel uit van de ontwikkeling van Landgoed Barnewinkel. In verband met de fasering wordt dit plan in drie separate bestemmingsplannen opgenomen (zie bijlage 1 voor een overzichtskaart van de verschillende bestemmingsplanprocedures).

Het gebied Stadslandgoed Barnewinkel maakt onderdeel uit van de Groene Wig Zonnehoeve, die het stedelijk gebied van Apeldoorn in oostwest-richting verbindt met het buitengebied. Uitgangspunt is een landschappelijk raamwerk te realiseren dat ruimtelijk en functioneel aansluit op de groene wig in Zonnehoeve. In landschappelijk en thematisch opzicht sluit het gebied aan op de landgoederenzone. De basis hiervoor vormen de al aanwezige bospartijen en lanen. Door deze uit te breiden tot een raamwerk ontstaat in samenspel met de nieuw toe te voegen bebouwing de 'ingrediënten' voor een nieuwe buitenplaats; een stadslandgoed.

Door een stevig groen raamwerk te maken van lanen, boomgroepen en bosstroken wordt uitwerking gegeven aan de groene wig en worden de gebouwde ontwikkelingen landschappelijk ingepast. Het raamwerk van opgaande beplanting vormt een aantal groene kamers, waarbinnen bestaande bebouwing en nieuwe ontwikkelingen worden opgenomen. Uitgangspunt is dat het landschappelijk raamwerk de bebouwing een stevige groene inkadering geeft; bosstroken en lanen vormen de achtergrond voor de gebouwen, bij de entree, langs de snelweg en op de kavels geven boomgroepen diepte aan het terrein en begeleiden het zicht op de bebouwing. Ook worden (nieuwe) niveauverschillen op het terrein ingezet als middel om gebouwen en hun parkeervoorzieningen landschappelijk in te passen. Ten oosten van Groot Schuylenburg wordt een nieuwe bosstrook aangeplant die de overgang vormt tussen het instituut en het nieuwe landgoed en rugdekking biedt aan de nieuwe bebouwing.

De open ruimtes in Barnewinkel worden zo gemaakt dat ze vanaf de snelweg optimaal beleefd worden. De bossages afgewisseld met open ruimtes geven zicht het gebied in. De snelweg, die hier op maaiveld ligt, komt daarmee middenin de grotere landgoederenreeks te liggen en vormt geen beëindiging maar een doorsnijding van het gebied.

De Zutphensestraat vormt één van de hoofdentrees van Apeldoorn. Vanaf deze straat/het viaduct is het landgoed, mede door de hogere ligging, direct zichtbaar. Met de open ruimte op de voorgrond (waarin het p&r-terrein is opgenomen) en de grote ruimte van het transferium daarachter zijn (delen van) het hoofdgebouw, een bijgebouw en de oprijlaan zichtbaar. Bebouwing en landschap dragen daarmee bij aan een markante ingang van Apeldoorn.